blog placeholder

Kenmerken zakelijke communicatie:

  • Functioneel
  • Namens een organisatie
  • In opdracht
  • Gericht op heterogene doelgroepen met verschillende belangen
  • Tijdsdruk

In zakelijke correspondentie is het in het belang van de lezer om de tekst te lezen

5 eisen aan schriftelijke communicatie:

1. Duidelijk

2.  Efficiënt

3. Gepast

4.  Aantrekkelijk

5. Correct

 

 

Commerciële teksten moeten voor de lezer:

  • Opvallen tussen alle andere teksten.
  • Aan het lezen zetten.
  • Blijven laten doorlezen tot het einde van de tekst.
  • Ingaan op het aanbod in de tekst.

Commercieel wervende teksten zijn verondersteld in vrijheid.

Direct mail, direct e-mail, verkoopbrieven, folders, brochures en persbrieven.

Doel: overtuigen, motiveren, activeren.

Commerciële teksten schrijven aan de hand van communicatiemodel: doel, doelgroep en situatie bepalen.

 Communication

Vormgeving commerciële teksten:

  • Tussenkopjes.
  • Positief (direct) begin van de eerste zin van een alinea.
  • Accentuering in de tekst.
  • Teksten in handschrift, staat warm en persoonlijker.

 

Wervende teksten in AIDA-structuur:

A: Attention

I: Interest

D: Desire

A: Action

 

Direct mail:

  • Begin met eigen adres/contactgegevens.
  • Richt mailing direct aan geadresseerde.
  • Neem duidelijke kopzin op (attention).
  • Voeg alleen plaatje toe als het functioneel is.
  • Laat duidelijk zien wat het aanbod is (Interest+Desire).
  • Sluit brief af met handgeschreven handtekening.
  • Feedback stimulus (action).
  • Sluit af met eigen contactgegevens.

Direct mail is een persoonlijk geadresseerde verkoopbrief of reclamebrief die wordt verstuurd naar eventuele klanten.

Geselecteerd publiek + het om een reactie krijgen (feedback).

 

Voordelen e-mail direct mail:

1.       Goedkoper.

2.       Snel, reactiesnelheid is sneller.

3.       Klantvriendelijk.

4.       Milieuvriendelijk.

 

Commerciële uitnodiging:

  • Kopregel (wat wil afzender).
  • Inleiding (waarom het event).
  • Kern (waarom uitgenodigd).
  • Slot (wat zit er voor de lezer in).

 

Websitetekst schrijven:

  • Verwerk zoekwoorden in de tekst.
  • Noem plaatsnamen en andere namen die met je product te maken hebben.
  • Herhaald zoekwoorden.
  • Veel gebruik van alinea’s en tussenkopjes.
  • Rekening houden met beeldschermlezers.
  • Gebruik getallen als cijfers.
  • Woorden en zinnen eruit laten springen.
  • Pakkende titels.

 

Folder

1e lijnscommunicatiemiddel: manier om met product of dienst kennis maken.

2e lijnscommunicatie: verdere informatie voor geïnteresseerden.

Doel is interesse wekken bij lezer: helder, to the point en nieuwsgierigheid opwekkend.

 

Brochure

  • 8 tot 40 bladzijdes.
  • Als naslagwerk.
  • Maximaal toegankelijk: hoofdstukken & paragrafen vertellen inhoud zo precies mogelijk.

 

BeleidsnotitieCommunicatie beleidsnotities is belangrijk

Doel: veranderingen sturen, problemen oplossen of problemen in de toekomst voorkomen.

3 stappen:

1.       Constatering probleem/in de toekomst kan probleem ontstaan: Centrale vraagstelling: welke strategie moet worden gevolgd om de problemen te ondervangen?

2.       Onderzoeken van mogelijke maatregelen om probleem voor te zijn of op te lossen.

3.       Trekken van conclusies en het geven van een advies aan beleidsbeslissing nemers.

 

Beleidsnotitie moet leesbaar zijn op 3 manieren:

1.       Oriënterend

2.       Globaal

3.       Intensief

 

Tekstschema beleidsnotitie:

1.       Inleiding & centrale vraag (schets van aanleiding v/d tekst & formulering centrale vraag).

2.       Beschrijving (wat), beoordeling (waarom) en verklaring (wat is oorzaak) van problemen.

3.       Formulering van de te bereiken doelen (uiteindelijke doel & welke voorwaarden).

4.       Beschrijving van mogelijke maatregelen (wat).

5.       Beoordeling van mogelijke maatregelen (voor/nadelen).

6.       Conclusie (advies+argumenten).

7.       Aanbevelingen (uitwerkingen conclusie).

 

Structuur persbericht

  • Persbericht bovenaan de tekst +datum/plaats.
  • Kop (max. 70 tekens, samenvatting v/d tekst in één zin).
  • Introductie/Lead (Wie, wat, waar, waarom, wanneer, hoe in maximaal 25 woorden).
  • 2e/3e alinea meer over nieuwsfeit.
  • Eventueel 4e alinea algemene informatie (over bijvoorbeeld bedrijf).
  • Tot slot paar regels met doorverwijzing naar waar meer informatie te verkrijgen is.