Een schets over het eigen bedrijf. Nu de reorganisatie van de financieel-/economische wereld in volle gang is, lijkt voor velen de eigen onderneming een uitkomst. Een visie op basis van het verleden, 2009 en d etoekomst.
In de Goddelijke Komedie, geschreven door Dante, zet de hoofdpersoon “zich neder”, gedeprimeerd, besluiteloos, verslagen. Op zoek naar zijn overleden geliefde Beatrice die in de Hemel is, was hij begonnen met de beklimming van een hoge berg om zo snel mogelijk de Hemel te bereiken en zijn geliefde terug te vinden. Alle paden omhoog zijn echter versperd, door woest brullend ongedierte en ander ongerief. Dan kijkt hij op en ziet een figuur zitten, Vergilius, door het Opperwezen aangesteld om hem tot gids te dienen. Deze weg leidt echter niet naar boven maar hij moet onderaan beginnen. In de Hel. Vlak voor hij door de Poort gaat, leest hij de tekst boven de ingang: “Laat varen alle hoop, Gij die hier binnentreedt.” Voor de afloop leest u het zelf maar.
Dit zinnetje moet u maar aan denken vóór u het kantoor van uw advocaat, met kleine a, binnentreedt, u geeft een deel van uw eigen bevoegdheden uit handen. Uitsluitend als u besloten hebt tot dagvaarding over te gaan, of gedagvaard bent, stapt u opgewekt het pand binnen. U bent ondernemer dus uw eigen opperwezen en Vergilius.
Een belangrijke stelregel in de correspondentiefase voorafgaande aan de dagvaarding, en daarmee de opening van de eigenlijke procedure, is “Wie zelf schrijft, blijft”. Nog afgezien van de kosten, die u zich bespaart, geldt er een regel die veel mensen over het hoofd zien: “Alle brieven van advocaat tot advocaat worden niet opgenomen in het procesdossier en worden niet gelezen door de Rechter en in de bewijsvoering meegewogen.” Alles wat u zelf of een handige kennis of consultant, niet-advocaat, heeft geschreven en de antwoorden van de advocaat van uw opponent komen in het procesdossier. En daarmee heeft u de tegenpartij in de knip. Tijdens het proces kan niets ontkend worden wat in de correspondentie is vastgelegd en de advocaat van de tegenpartij kan ineens niet iets anders beweren. Vanzelfsprekend heeft u ook alle verzoeken om een bespreking te voeren “ten kantore van mr…. “ afgewezen, tenzij u intuïtief aanvoelt dat dit wel eens verhelderend of nuttig kan zijn. U bent daar tenslotte op kosten van uw opponent.
Even een anekdote die ikzelf in een brief aan een advocaat heb opgenomen bij het afscheid, ik had de dagvaarding al opgemaakt en aan de Deurwaarder gegeven. Het betrof een Kantongerechtprocedure, maar daarover later meer.
“ Een 35-jarige advocaat sterft plotseling en staat ineens wat verloren voor de Hemelpoort. Voordat zijn hand de deur raakt, zwaait deze open en wordt hij door een vriendelijke heer verwelkomd met de woorden van de strekking: Fijn dat u er bent, we verwachtten u al. Vlotte reis gehad, geen file?” De advocaat is verbijsterd, herstelt zich en begint zijn verweer met te wijzen op zijn leeftijd. De portier, ene Petrus, belooft de zaak op te nemen met de administratie en loopt naar achteren. Na korte tijd komt hij terug en zegt : “U ziet er inderdaad jong uit, maar we hebben uw gedeclareerde uren bij elkaar geteld en daaruit blijkt dat u 87 jaar moet zijn”.
Ongeacht uw vraagstelling, advies of procedurele bijstand, zodra u bij een advocaat bent beland kunt u eventuele geschillen met deze uitsluitend voorleggen aan de Deken van de Orde, niet aan de onafhankelijke Rechter. Geen advocaat zal u bijstaan in deze procedure, wat er ook gebeurd is. U zult zelf de correspondentie moeten voeren en bij vervolg de zaak voor de Raad van Discipline bepleiten. Ook alle openstaande nota´s moeten zijn voldaan, anders wordt de zaak niet door de Deken in behandeling genomen. De Beroepsgroep kent “GEEN ZELFREINIGEND VERMOGEN”.
Het komt vaak voor dat zaken tegen elkaar worden uitgeruild, volgens het principe “ voor wat hoort wat”. Uiteraard hebben grote en/of kapitaalkrachtige partijen daar niet mee te maken. Die halen gewoon hun dossiers weg. U bent echter de ondernemer die er geen vaste relatie met een kantoor of advocaat op na houdt, gelegenheidsomzet, en hebt bij vermoeden van misbruik van vertrouwen, geen schijn van kans.
De hele kurk waar dit deel van de advocatenpraktijk op drijft is het Procesmonopolie. De rechterlijke macht in Nederland is verdeeld in Kantongerechten, Arrondissementsrechtbanken, Gerechtshoven en de Hoge Raad. In het dagelijks leven komt men het meest in contact met het Kantongerecht, de incasso van vorderingen tot € 5.000,-, Huurzaken, Arbeidsrecht enzovoort. Voor procedures met een waarde boven de € 5.000,- bent u aangewezen op de Arrondissementsrechtbank en u mag zich uitsluitend laten vertegenwoordigen door een advocaat/procureur. Dat laatste is een functionele titel van een advocaat die uw Amsterdamse advocaat vertegenwoordigt in bijvoorbeeld Arnhem, omdat daar gedaagde gevestigd is. Kortom: wettelijk afgedwongen nering, hoe eenvoudig de zaak ook mag lijken. Daarbij moet u rekening houden dat advocaatkosten buiten de procedure vallen. Die betaalt u.
Er ligt al jaren een advies bij de Minister van Justitie om de competentie van het Kantongerecht te verhogen naar € 25.000,- , maar u begrijpt dat de heren advocaten daar weinig voor voelen, de lobby van deze club is voorlopig wat sterker dan het algemeen belang, dat van u en mij.
Vandaar mijn dringende advies, houd uw zaken administratief op orde, uw rug recht, ook Integriteit genoemd, en gebruik advocaten alleen waar ze voor zijn, het uitputten van uw opponent, voor zijn/haar rekening.
Alle kantongerechtzaken mag u zelf doen, of laten doen door iemand die u vertrouwt. Als de tegenstander een advocaat inschakelt op dit niveau, kan u niet meer verliezen. Informatie vindt u bij de Kamer van Koophandel en De Griffie van het Kantongerecht.