Het is weer zo ver! Het nieuwe schooljaar gaat van start. Sommige scholieren zitten in het examenjaar en krijgen dus te maken met het pws oftewel het veelbesproken profielwerkstuk. Voor velen is het een nadelige bijkomstigheid omdat het zoveel tijd in beslag neemt. Dit hoeft het niet te zijn. Als je alles goed plant, een interessant onderwerp kiest en leuke werkpartners hebt kun je er wel plezier aan beleven. In dit artikel geef ik enkele tips om het profielwerkstuk de baas te zijn!
Ten eerste is het belangrijk dat er een geschikt onderwerp gekozen wordt. Vaak krijg je van je docenten een lijst met onderwerpen waaruit je kunt kiezen. Het is echter ook mogelijk om zelf een onderwerp aan te dragen. Zolang hier maar genoeg informatie over te vinden is en je er voldoende van kan leren. Bovendien moeten er ook vakken van school aan verbonden kunnen worden. Kies een onderwerp die jou en je pws-maatje aanspreken en zoek er eerst wat over op voor je daadwerkelijk het onderwerp kiest.
Wanneer je een onderwerp gekozen hebt is het een kwestie van bronnen zoeken waar je de informatie vandaan haalt. Je school stelt het erg op de prijs als je niet te veel informatie van het internet haalt, ook al is dit wel het meeste voor de hand liggend. Raadpleeg iemand die veel van het onderwerp afweet of neem eens een bezoekje aan de plaatselijke bibliotheek. Zij hebben vast wel enkele informatieboeken die jullie kunnen gebruiken als bron. Kopieer de informatie nooit letterlijk maar zet het zoveel mogelijk om in je eigen woorden. Behalve wanneer je bijvoorbeeld iemand hebt geïnterviewd. Noteer alle bronnen die je hebt gebruikt in de bronvermelding van je pws. Hoe meer bronnen hoe beter!
Voor je de informatie van je bronnen kan indelen zul je deelvragen moeten bedenken: Hoofdstukken in de vorm van een vraag als titel. Zorg dat de deelvragen niet al te specifiek zijn en op een formele manier verwoord worden. Als ze te specifiek zijn worden de deelvragen waarschijnlijk erg kort aangezien je dan een klein aspect van het totale onderwerp behandelt. Zorg dat de deelvragen inhoudelijk aansluiten bij de hoofdvraag die je gesteld hebt aan het begin van je pws. Ook is het belangrijk dat je ze op chronologische volgorde zet. Het moet bijvoorbeeld niet voor komen dat je moeilijke woorden gebruikt aan het begin van je pws die pas aan het einde worden uitgelegd.
Zorg daarnaast voor een duidelijke, strakke lay-out. Het profielwerkstuk moet aantrekkelijk zijn om te lezen en overzichtelijk zijn. Geef de kopjes in de deelvragen duidelijk aan. Dit kan bijvoorbeeld door met vette of gekleurde letters te werken. Wanneer er noten gebruikt worden kun je de uitleg hierbij het beste geven aan de onderzijde van de pagina.
Houd je daarnaast goed aan de planning die je opstelt. Ook al heb je maanden de tijd om aan het profielwerkstuk te werken, je kan het beste zo vroeg mogelijk beginnen. Stel je in de beginfase meteen actief op zodat je het in latere fases rustiger aan kan doen. Het is aan te raden om minstens 1 of 2 dagen per week na school eraan te werken met je pws-maatje. Waarschijnlijk heeft jouw school ook pws-dagen. Benut deze goed want deze zijn speciaal bedoeld om je volledig te richten op je profielwerkstuk.
Om het artikel af te sluiten zet ik de tips nog even op een rijtje:
- Kies een onderwerp die aansluit bij je profiel, die je interessant lijkt en waarover voldoende informatie te vinden is.
- Haal je informatie uit degelijke bronnen zoals boeken, personen met veel kennis over het onderwerp of documentaires.
- Maak de deelvragen niet te specifiek en verwoord ze op een formele manier.
- Zet je deelvragen op chronologische volgorde en zorg dat ze aansluiten bij je hoofdvraag.
- Voorzie elke pagina van een strakke, overzichtelijke lay-out en een goed leesbaar lettertype.
- Geef de deelvragen en kopjes aan met vette letters of een afwijkende kleur.
- Geef een uitleg van de noten die je gebruikt aan de onderzijde van dezelfde pagina.
- Houd je goed aan de planning die je opstelt. Begin actief zodat je in latere fases rustiger aan kan doen.
- Benut de pws-dagen goed die je school opstelt.