Tot voor een paar jaar terug was het heel goed mogelijk om als laagopgeleide werknemer of zelfstandig ondernemer goed geld te verdienen. Momenteel is dit helaas een stuk moeilijker of welhaast onmogelijk geworden. Het mooiste zou zijn als dit alleen veroorzaakt zou worden door de economische crisis want dan zou het probleem van tijdelijke aard zijn. De werkelijke oorzaak is de toenemende Europatisering en Globalisering. De lagere beloning voor laagopgeleide dienstverleners wordt veroorzaakt door het toetreden van Europese lage lonen landen tot de E.E.G. en het openstellen van de grenzen voor werkenden uit alle Europese landen (Europatisering ) die lid zijn van de E.E.G. De lagere beloning voor laagopgeleide productiemedewerkers wordt veroorzaakt door het steeds meer wegvallen van mondiale handelsbelemmeringen (Globalisering).
Meer geld verdienen zonder hoge opleiding:
Hoe kun je er als Land nu voor kunnen zorgen dat laagopgeleide werknemers meer geld kunnen verdienen met eenvoudige dienstverlening en eenvoudig productiewerk. Dit is theoretisch gezien heel eenvoudig, gooi de grenzen van je land dicht voor buitenlandse arbeiders en verhoog de invoerrechten op producten uit lage lonenlanden.
Praktische haalbaarheid:
In theorie is het dus heel eenvoudig, gooi de grenzen van je land dicht voor buitenlandse arbeiders en verhoog de invoerrechten op producten uit lage lonenlanden. Maar is dit ook praktisch haalbaar? Ik weet het niet, daar zou je als regering een grondig onderzoek naar moeten doen. Is het ook ethisch gezien haalbaar? Dat is op zich een discussie waard. Is het ethisch om je grenzen dicht te gooien voor bijvoorbeeld de derde wereldlanden. In eerste instantie ben je geneigd om direct nee te zeggen maar is dit wel zo. Als wij alleen onze binnenlandse markt zouden beschermen is dit inderdaad nadelig voor de derde wereldlanden maar zou het niet zo zijn dat als ook zij hun binnenlandse markt mogen beschermen dit voor hen, net als bij ons, ook het effect heeft dat de inkomens van de laagopgeleiden omhoog zullen gaan.
Hogere inkomens door minder hulp:
Een goed voorbeeld van de positieve invloed van het beschermen van de binnenlandse markt door een zgn. ontwikkelingsland is het stoppen van voedselhulp. De marktprijzen voor voedsel in een ontwikkelingsland blijven kunstmatig laag door onze massale voedselhulp. Hierdoor krijgen de lokale, laagopgeleide, boeren niet voldoende voor hun producten om hun bedrijfje draaiende te houden. Ze moeten dus noodgedwongen stoppen met hun bedrijf waardoor de totale binnenlandse voedselproductie afneemt en er dus nog meer buitenlandse voedselhulp nodig wordt. Door een hele hoge importbelasting op buitenlandse voedselhulp te heffen wordt het voor de lokale boeren weer mogelijk om zelf voedsel te verbouwen. Het gevolg hiervan is tweeledig, de boeren verdien meer geld en de binnenlandse voedselproductie stijgt waardoor de afhankelijkheid van buitenlandse voedselhulp afneemt.