De kringloop brengt tot uitdrukking dat de uitgaande geldstromen van een bepaalde sector de inkomende geldstromen van de andere sectoren vormen.
Particuliere Spaarsaldo = particuliere besparingen (S) – Particuliere Investeringen (I)
Saldo Overheidsbegroting = Overheidsinkomen (B) – Overheidsbestedingen (O)
Uitvoersaldo = Export (X)- Import (M)
Multiplier werking van bestedingen = Het geheel van het automatische effect wat de overheidbestedingen op de economie hebben, wanneer er extra investeringen komen komt het hele proces van inkomensvorming en bestedingen op gang. De multiplier is de toename van de productie en het inkomen als gevolg van bestedingsimpuls. Wanneer de overheid geld in de economie investeert zal het BBP toenemen, wat het gevolg heeft dat de belastingen ook weer hoger worden, dit noemt men ook wel het inverdieneffect van de overheidsbestedingen. De hoogte van de multiplier is afhankelijk van de import, de belastingen en de besparingen.
http://artikelen.foobie.nl/onderwijs/prijsvorming-volgens-de-algemene-economie/
http://artikelen.foobie.nl/werk-en-opleiding/concurrentie-volgens-de-algemene-economie/
http://artikelen.foobie.nl/werk-en-opleiding/produceren-en-productie-verschillen/
http://artikelen.foobie.nl/werk-en-opleiding/bestedingen-volgens-de-algemene-economie/