Het is al weer heel wat jaar geleden (met het invoeren van de Arbowet van 1994) dat het voor alle bedrijven verplicht werd om een verplicht aantal werknemers tot “bedrijfshulpverleners” oftewel BHV’r op te laten leiden. Ook mij werd gevraagd om de opleiding tot BHV’r te volgen. De opleiding bestond uit een paar dagdelen waarin mij zowel theoretisch, aanschouwelijk en praktisch de beginselen van de bedrijfshulpverlening werden bijgebracht.
BHV memories:
Wat we die twee dagdelen allemaal precies gedaan hebben kan ik mij niet meer herinneren maar één ding staat mij nog helder voor de geest. Onze groep bestond vrijwel geheel uit mannen. Ik weet niet of er meerdere vrouwen in de groep zaten maar één daarvan is mij bijgebleven. Dit was een jonge aantrekkelijke blonde vrouw van een jaar of 20. Ze droeg een kort bloesje en een strakke broek met een lage taille waar de rand van haar met kant beklede string bovenuitkwam. Haar vader was de eigenaar van de jachthaven waar de cursus gegeven werd. Ze had echter, ondanks haar schoonheid en het feit dat ze een rijke vader had, absoluut geen kapsones.
Vrij…willig…
Dit bleek uit het volgende. Na een uitgebreide inleiding over hoe je iemand in de stabiele zijligging moet leggen vroeg de cursusleider een vrijwilliger waar we de stabiele zijligging op mochten uitproberen. Zonder een moment te twijfelen stond de jonge aantrekkelijke blonde vrouw haar op. De cursusleider zei dat ze op de grond moest gaan liggen alsof ze in elkaar gezakt was. Ze liet zich sierlijk vallen waarbij haar bloesje iets omhoog kroop en haar strakke broek zich om haar billen spande waardoor je met je ogen haar string een stukje in haar bilnaad kon volgen.
Zij …… ligging:
Ik stond natuurlijk meteen op om de jonge aantrekkelijke blonde vrouw in de stabiele zijligging te leggen. De jonge aantrekkelijke blonde vrouw hield zichzelf zo slap mogelijk zodat ik haar op heel veel plaatsen stevig moest vastpakken in de stabiele zijligging te leggen. Hierbij draaide haar dunne bloesje zo dat haar mooie welvingen duidelijk te zien waren. Ze kreunde nog net niet maar ze genoot zichtbaar van mijn inspanningen. Toen ik haar uiteindelijk in de stabiele zijligging had gelegd bedankte ze mij en stond ze weer op.
Brand:
Bij het tweede dagdeel werd er aandacht besteed aan de rampenbestrijding. Wat mij hier van is bijgebleven is het bekertje water wat, met behulp van een lange stok, in een brandende vetpan werd gekiept waarbij een steekvlam van 30 meter hoog ontstond. Wat mij verder is bijgebleven is hoe snel een brand zich ontwikkeld en dat je met een schuimblusser in huis alle beginnende brandjes kunt blussen.
Brandbeveiliging:
Naar aanleiding van dit tweede dagdeel heb ik 6 rookmelders in alle ruimtes van mijn bovenverdiepingen opgehangen en bij de bouwmarkt voor een paar tientjes een kleine 2 liter schuim brandblusser gekocht. In de hoop dat ik ze nooit nodig zou hebben.
Brand!!
Twee jaar later zat ik op een morgen tijdens mijn werkpauze toevallig thuis, i.p.v. van op mijn werk, een kopje thee te drinken. Mijn vrouw, die naar de winkel zou gaan, kwam nog even terug van het plein waar onze auto stond met de mededeling dat er wat aan de hand was bij een oudere man die aan de andere kant van het plein woonde. Ik liep er meteen heen om poolshoogte te nemen en ik zag al van de andere kant van het plein dat er rook uit de schuur achter zijn huis kwam. Ik rende naar binnen om mijn brandblussertje te pakken en rende met mijn brandblussertje naar de beginnende brand. De brand was al verder heen als ik had verwacht maar ik zag meteen de oorzaak van de brand, op de werkbank stond een vetpan in lichterlaaie. Ik spoot de inhoud van mijn brandblussertje in de vetpan en het vet doofde gelukkig snel want mijn brandblussertje was echt met een paar tellen leeg. Gelukkig hing er een tuinslang aan de buitenkraan met een verstelbare sproeikop. Ik draaide de kraan open en schroefde de sproeikop, zoals ik geleerd had op de BHV cursus, in de nevelstand. Hierdoor kon ik, beschermd door de waternevel, het vuur benaderen. De vetpan was gelukkig door het schuim uitgebleven dus ik kon de brandhaard met water blussen. Na een minuut of 10 was ik de brand meester. Toen pas kwam de brandweer, zo’n 20 minuten na het uitbreken van de brand, met groot meterieel gehuld in speciale pakken met perslucht. Ze waren helemaal niet blij dat ik de uitslaande brand geblust had want dat was niet verantwoord volgens hun.
De beste brandblusser:
De oude buurman en de verzekering reageerden gelukkig wel heel enthousiast. De buurman bezorgde me ‘s middags een grote taart en zei dat hij de verzekering had gevraagd mij een nieuwe brandblusser te bezorgen. Twee dagen later kwam er iemand een mooie grote dure schuimblusser brengen namens de verzekering met een bedankbrief waarin stond dat een brandblusser pas goed is als hij wordt bedient door de beste brandblusser.