Elk voorjaar breekt voor alle kinderen op de basisscholen een spannende tijd aan. Nee, het gaat niet over toetsen of leerprogramma’s. Elk jaar komen, als bij toverslag, op alle basisscholen de knikkers weer tevoorschijn. De jaarlijkse knikkertijd is weer aangebroken!
Knikkers
Of je nu jong bent of oud, zo goed als iedereen heeft wel herinneringen aan de knikkertijd op school. Elke dag werden tal van knikkers mee naar school gesleept en soms kwam je platzak terug, soms ook met uitpuilende jas- en broekzakken. Met knikkers spelen is spannend, er staat per slot van rekening niets minder dan de knikkers zelf op het spel. Knikkeren is een spel van alles of niets.
Historie
Knikkers zijn al eeuwenlang erg populair. In de oudheid speelden ook de Egyptische kinderen en de Romeinse kinderen al met knikkers. Die historische knikkers waren niet van glas gemaakt, maar van steen of gebakken klei. Knikkers maakten het toen al mogelijk om allerlei verschillende spelletjes te spelen.
Productie van knikkers
Aanvankelijk werden knikkers met de hand gemaakt. Dat was een heel precies karweitje, de knikkers moesten voor een eerlijk spel natuurlijk zo rond mogelijk zijn. Knikkers waren van steen of gebakken klei gemaakt, maar er waren later ook modellen van glas. Dankzij nieuwe technieken was het vanaf 1870 mogelijk om in machines knikkers te vervaardigen van gebakken klei. Omdat de glazen knikkers mooier, spannender maar ook veel minder snel breken of slijten dan de gebakken exemplaren, werd gewerkt aan machines waarmee ook de glazen knikkers gemaakt konden worden. Vanaf 1890 was ook dat een feit.
Hoe noem je ze?
Knikkers hebben allerlei maten en namen. Je hebt standaard drie maten, maar de naamgeving is enorm afhankelijk van de stad of streek, bovendien waren er per school nog variaties in de naamgeving mogelijk. Namen als bonken, bunkers, stuiters, kleintjes en dergelijke rollen door het land.
Knikkerzakjes
Het is meestal een slecht idee om knikkers gewoon in je broekzak te bewaren. Op de meest ongelukkige momenten rolt zo’n knikker zijn vrijheid tegemoet. Het is maar de vraag of je zo’n knikker nog terugkrijgt als een medeleerling zo’n felbegeerd exemplaar voorbij ziet rollen. En bovendien, de meeste leerkrachten zijn alert op de rollende, van de les afleidende exemplaren. Veel knikkers verdwijnen in de bureaula van de leerkracht, en daar heb je er natuurlijk helemaal niets meer aan. Het is daarom verstandig om de knikkers goed op te bergen in een knikkerzak, en die tijdens de lessen helemaal met rust te laten om de leerkrachten niet te verontrusten. Zo’n knikkerzak is meestal gemaakt van stof, dat is wat steviger dan een plastic zakje.
Knikkeren
Tijdens het knikkerspel mag je nooit met een knikker gooien. Het object is te hard en te zwaar en zou tot flinke ongelukken kunnen leiden. Je knikkert daarom door met je gebogen wijsvinger tegen de knikker te tikken. Hoewel de snelheid ook dan flink kan zijn, is dat toch een stuk veiliger.
Het knikkerkuiltje
Het meest populaire knikkerspel gaat met een knikkerkuiltje. Elke speler (meestal twee of drie) knikkert een knikker vanaf een afgesproken startpositie in de richting van het kuiltje. Wie zijn knikker het dichtst bij het knikkerkuiltje terugvindt is nu aan de beurt. Hij probeert om de beurt alle knikkers met één knikkerbeweging in het kuiltje te knikkeren. Zodra hij er eentje mist, die dus niet in het kuiltje terecht komt, is zijn beurt voorbij en mag de nummer twee verder gaan. Wie uiteindelijk de laatste knikker in het kuiltje speelt heeft het spel gewonnen en mag alle knikkers uit het kuiltje aan zijn eigen verzameling toevoegen. Het spel met het knikkerkuiltje is zo populair, dat op veel schoolpleinen speciale knikkertegels zijn aangebracht, waar het kuiltje in is voorgevormd.