Pesten.
Wat is pesten?Is het plagen of pesten?Waarom gaat iemand pesten?Waarom kiest de pester zijn slachtoffer uit?Hoe zie je dat een kind gepest wordt of pester is?Hoe kun je voorkomen of aanpakken?Welke groepen mensen zijn betrokken bij het pesten?
Pesten.
Pesten is een heel belangrijk onderwerp, want als er gepest wordt, is dit een kwalijke zaak. Pesten is heel erg, zowel voor de pester als voor het gepeste kind.
Het gepeste kind kan lang iets over houden aan dat het vroeger gepest is en op het moment dat het gebeurd, voelt het kind zich heel eenzaam en voelt het zich vaak niets waard. Toch is ook voor de pester dit een groot probleem. Dit geldt vooral als het pesten bekend is en de pester ook bekend staat als pester.
De pester zal hier ook op aangesproken gaan worden en als het langer door gaat, zal hij er dus net zo lang op aangesproken worden totdat het stopt, maar dan moet je wel geluk hebben met de pestomgeving. Pesten gebeurd erg vaak ‘stiekem’, zodat “juffen”, meesters, docenten, ouders het niet door hebben, maar het kind zich toch heel alleen en verdrietig kan voelen.
Maar wat is pesten nu eigenlijk precies?
Veel kinderen die pesten weten in eerste instantie niet dat ze aan het pesten zijn. Ze denken dat het een leuk grapje is of dat het een beetje plagen is. Hier moet je heel erg mee uitkijken, want wat de één een leuk grapje vindt, kan de ander als bedreiging of iets heel pijnlijks zien.Het gaat voor een groot deel om wat de gepeste persoon vindt.
Is het nu plagen of pesten?
Is het nu plagen op pesten?Daar zit een heel groot verschil tussen. Met plagen is het namelijk zo dat het voor beide partijen leuk is, maar bij pesten vindt alleen de pester het leuk, als hij dit al leuk vindt, want hij of zij kan zich ook heel schuldig voelen. De gepeste persoon zal zich waarschijnlijk verdrietig voelen en het niet leuk vinden. Dit wat bij plagen niet van toepassing is. De persoon die geplaagd wordt, plaagt terug of kan er om lachen.
Waarom gaat iemand dan pesten? Het is toch niet iets leuks?
De reden dat iemand kan gaan pesten is omdat hij of zij stoer wil zijn naar andere leeftijdsgenootjes of vriendjes en vriendinnetjes. Hij wil laten zien dat hij alles durft en kijk eens hoe stoer ik wil niet ben. Vaak is de pester ook zelf heel erg onzeker. Ook kan het zijn dat de pester zelf gepest wordt en door het pesten wil laten zien dat hij ook stoer is, in de hoop dat de gepeste pester zelf niet meer gepest gaat worden. Ondanks dat de pester weet hoe het is om gepest te worden, gaat hij of zij toch zelf pesten. Zo kan iemand die gepest wordt, dus heel ver gaan, om er vanaf te komen. Dit is dus zelfs zo ver, totdat ze iemand hetzelfde “aandoen” als dat hen is overkomen.
Waarom kiest de pester zijn “slachtoffer” uit?
Vaak wordt het gepeste kind uitgekozen als “slachtoffer”, omdat het iets heeft, dat anders is als wat de andere kinderen hebben.Het kan bijvoorbeeld zo zijn dat een kind iets dikker, dunner, langer of korter is dan een ander kind. In dit geval gaat het om het uiterlijk van het kind. Een ander uiterlijk is zichtbaar, dus is dat is gemakkelijk te zien en daardoor kan de pester gemakkelijk iets bedenken om het kind mee te pesten.
Ook kan het natuurlijk gaan om geloof. Het ene geloof is het andere geloof niet. De ene God is ook daarom de andere God of de andere Macht niet. Als dit eenmaal bekend is, kan ook dit een punt zijn waarop kinderen gaan pesten.
Ook als de thuissituatie anders is dan anders, kan dit aanleiding geven tot pesten. Heeft het kind bijvoorbeeld geen vader en een moeder, maar 2 vaders of 2 moeders, doordat het stel niet hetero is. Ook kan het zijn dat een kind maar 1 vader of moeder heeft, omdat de andere ouder niet voor het kind kan zorgen of misschien al is overleden. Ook het huis waar het kind in woont kan een rol spelen hierin. Is het groter dan normaal of kleiner dan normaal en komt dit uit? Dan is dit ook een “leuk” detail om bij het pesten te gebruiken.
Hoe zie je dat een kind pest of gepest wordt?
Pesten wil je natuurlijk het liefst voorkomen. Hoe kun je dit voorkomen of in ieder geval aanpakken? Hieronder geef ik een aantal kenmerken weer, waardoor je kunt weten dat er gepest wordt. Het gaat hierbij om gedrag of lichaamstaal.
Het gepeste kind is teruggetrokken, veel verdrietig, afstandelijk, onzeker of heel stil.
De pester is vaak brutaal, schijnheilig gedrag, eigenwijs en vaak een beetje stiekem.
Het wil overigens niet zeggen dat als een kind iets van dit gedrag vertoond het meteen een pester of een gepest kind is. Het kan ook zijn dat er vrij weinig van merkbaar is en dat is het gevaar van pesten. Het gebeurt vaak stiekem.
Hoe kun je het voorkomen of aanpakken?
Pesten kun je niet helemaal voorkomen, maar je kunt er wel zo veel mogelijk aan doen om het zoveel mogelijk te voorkomen. Ik geef hieronder een aantal voorbeelden van wat gedaan zou kunnen worden om te voorkomen.
Het is van belang om zelf (als pedagogisch werken, ouder, docent etc.) het goede voorbeeld geeft van het sociale gedrag naar collega’s, ouders en vooral naar de kinderen zelf. Ook laten zien dat de verschillen tussen de kinderen en ook tussen de leefomgeving en andere aspecten die hiervoor van toepassing zijn, niet uitmaken. Iedereen is anders en respecteer ook dat iedereen anders is. Vertel dit ook aan de kinderen en laat zien dat je zelf ook de verschillen respecteert.
Je kunt ook voorlichting geven over pesten. Waarom gebeurd het, wat is het eigenlijk, wat is het verschil tussen plagen en pesten en wat misschien ook heel belangrijk is, hoe kan het gepeste kind zich voelen? Als kinderen bekend zijn met het gepeste kind voelt dit of dat, zou het kunnen zijn dat ze eerst een keer nadenken voordat ze iets doen en soms zelfs top het niet doen lijden.
Pesten is altijd aan te pakken, maar dan moet het wel bekend zijn dat er gepest wordt. Als dit stiekem gebeurt, kan dit ook niet aangepakt worden. Hieronder vermeld ik nog enkele voorbeelden hoe het aangepakt kan worden.
Maak met collega’s of een pedagogisch werker/leidinggevende een plan van aanpak. Hoe gaan we dit aanpakken. Overleg vooral ook waar het om gaat met andere collega’s zodat zij het ook in de gaten kunnen houden. En als het buiten school gebeurt, meld dit dat ook aan school, zodat ze het kind ook op school in de gaten kunnen houden. Als het op school of in groepsverband gebeurt, stel dan ook ouders op de hoogte, zodat ze weten waar eventueel afwijkend gedrag van hun kind vandaan kan komen. Ook kunnen ze helpen een oplossing te bedenken en met hun kind praten over het probleem.
Vertel de pester duidelijk dat het gedrag dat hij of zij laat zien niet geaccepteerd wordt en dat er verzocht wordt te stoppen met dit gedrag. Vertel hem dat als hij niet stopt er andere maatregelen getroffen zullen worden.
Praat niet alleen met de pester, want de pester is niet het enige “slachtoffer”. Een ander “slachtoffer” is het gepeste kind. Praat met hem of haar en vertel dat hij of zij zich er niet te veel van aan moet trekken, voor zover dat lukt.
Probeer een zo veilig mogelijke omgeving te creëren voor alle kinderen. Probeer pesten te voorkomen en zorg dat er over gepraat kan worden als er gepest wordt. Betrek ook de groep erbij en praat erover.
Welke groepen mensen komen er kijken bij het pesten?
Het pesten gaat niet alleen om de pester en de gepeste persoon zelf. Dit zijn wel de 2 belangrijkste personen, waar het om gaat bij het pesten, maar ook komen er andere mensen bij kijken. Je hebt de rest van een groep waar het pesten in gebeurd. Die groep wordt ook weer onderverdeeld in groepjes. Dit zijn de subgroepen. Meestal is een groep onder te verdelen in verschillende groepen. Zo heb je vaak de pester van de groep. Dit is vaak de leider van de groep en kan veel kinderen van de groep mee krijgen. Dan kom je dus al automatisch uit bij de tweede groep. Dit zijn de meelopers. De meelopers zijn de kinderen (of mensen) die meelopen met de leider van de groep. Ze doen alles wat hij doet of wil dat ze doen. Dit is in het nadeel van het gepeste kind, dat vaak daardoor door meer dan 1 persoon gepest wordt.
Dan heb je nog de groep met de types die niet pesten, ze lopen niet mee. Ook staan ze niet aan de kant van de gepeste persoon. Ze bemoeien zich er niet zo erg mee.
Ook heb je nog het type wil de gepeste persoon helpen, maar doet niets omdat ze bang zijn zelf gepest te worden. Dit komt vaak voor door de angst zelf ook gepest te worden.
Daaarnaast heb je nog het type dat voor de gepeste opkomt, maar deze mensen komen niet zo heel veel voor, omdat de meeste mensen niet durven op te komen voor het gepeste kind.
Tot slot heb je natuurlijk nog het kind dat gepest wordt. Dit zijn vaak hele stille, in zichzelf teruggetrokken kinderen, doordat ze gepest worden. Vaak zeggen zij niet dat ze gepest worden uit de angst, nog erger gepest te zullen worden.
Dit ging over de groepen onderling in de groep.
Verder heb je natuurlijk ook nog de ouders/verzorgers van het kind die een rol spelen bij het pesten van hun kind of het gepest van hun kind.Deze groep mensen moeten met hun kind praten, om een oplossing te vinden, om troost te bieden en om het kind te straffen als dit nodig is.
Dan heb je nog de docenten of begeleidsters van het kind. Deze mensen moeten ervoor zorgen dat het functioneren van de groep en de sfeer van de groep goed is. Pesten werkt hier niet echt aan mee, dus zal er ook van school of hobby uit een oplossing moeten komen, zodat beide partijen het weer naar hun zin krijgen. Ook is het belangrijk dat er in de groep over gesproken kan worden. Dit is ook de taak van een begeleidend persoon.
Als de kinderen echt heel erg last van het pesten krijgen, kan er ook voor gekozen worden om er een psycholoog of andere hulp bij te halen. Die kan met kinderen praten. Dit hoeft niet met beide partijen te zijn, maar kan ook voor een van de beide personen verlossend zijn. Zo kunnen ze even met iemand praten over wat ze voelen, maar dit werkt niet altijd.