blog placeholder

Op 18 november zijn er in Stadkanaal en omgeving 17 jongeren opgepakt, zij worden verdacht van verschillende misdrijven.[i] Deze jongeren zijn tussen de 15 en 23 jaar oud en zijn allemaal verdacht en hebben in totaal zo’n 59 misdrijven gepleegd. Deze jongeren moeten worden gestraft, dat is een feit. Maar wat voor straf krijgen ze, waar baseren we deze straf op en wat is het verschil in de straf tussen een 15 jarige en 23 jarige. Ook is het van belang dat deze jongeren dezelfde straf krijgen als andere jongenen in Nederland die gelijke misdrijven zijn begaan, er moet dus geen onderscheid zijn. Dit zijn ingewikkelde vragen die heel wat kennis vragen, graag wil ik u wat meer duidelijkheid geven en de hoofdlijnen aangeven, op grond waarvan de Nederlandse rechtspraak zijn conclusie maakt.

Strafsysteem door de tijd heen

In Nederland bepaald, in de meeste gevallen, de rechter wat de verdachte voor straf krijgt. Dit was in ieder geval vroeger zo, vanaf 2008 is er een OM-afdoening toegevoegd. [i] Dit houdt in dat het Openbaar Ministerie ook een straf mag opleggen zonder dat er een rechter aan te pas komt, dit wordt alleen gedaan bij minder zware misdrijven als winkeldiefstal. Voorheen mocht hij een transactie aanbieden, accepteerde de verdachte dit dan kwam er geen strafvervolging. Maar met deze wet kan het Openbaar Ministerie de verdachte bestraffen, er is dus sprake van een strafbeschikking. Gaat de verdachte niet akkoord met de straf die hij krijgt opgelegd, dan wordt de zaak alsnog aan de rechter voorgelegd. Het Openbaar Ministerie is niet afhankelijk van een verdachte en een straf kan dus sneller worden toegepast, wat hiermee bereikt wordt is dat Nederland veiliger wordt. Justitie minister Ivo van Opstelten wil dat het Openbaar Ministerie nog meer recht krijgt om een verdachte te bestraffen. [ii] Met de OM-afdoening mag het Openbaar Ministerie alleen een straf opleggen bij simpele zaken, nu wil Opstelten dat dit ook gaat gebeuren andere straffen. Hij wil hiermee bereiken dat een verdachte de straf snel te horen krijgt, als er een rechter aan te pas komt duurt het vaak 8 á 9 maanden. Hiermee is al geëxperimenteerd in Rotterdam en Den Haag, ‘de eerste resultaten zijn bemoedigend’ aldus Opstelten. [iii]

 De straffen

In Nederland kun je naar aanleiding van een fout of een overtreding verschillende straffen krijgen, je hebt taakstraffen, gevangenis straffen en boetes. Er moet dus eerst gekeken worden naar de grote van het misdrijf en wat voor misdrijf, je hebt verschillende afdelingen hierin. Als u te hard rijdt, zult u niet snel in de gevangenis komen maar de straf hiervoor is een geldboete. Gebeurd dit vaker dan zullen er andere maatregelen genomen worden zoals het innemen van het rijbewijs of van het voertuig. De straf wordt bepaald aan de hand van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafvordering. [iv] Ook hierin wordt gekeken naar verschillende aspecten: hoe vaak is het voorgekomen, welke leeftijd heeft de verdachte en ik welke omstandigheden is het misdrijf gepleegd. Dit wordt allemaal met elkaar afgewogen, is het misdrijf ernstig dan is het belangrijk dat er een rechter aan te pas komt. De veelvoorkomende criminaliteit gebruikt het Openbaar Ministerie aparte richtlijnen, deze heetten de Polaris-richtlijnen.[v] Voor een misdrijf als winkeldiefstal worden deze richtlijnen toegepast, omdat dit een veelvoorkomend misdrijf is kan er snel een algemene straf voor worden opgelegd.

  Wat Nederland met het strafsysteem wil bereiken is een veilig Nederland. De straffen moeten in heel Nederland gelijk zijn, er wordt dus gebruik gemaakt van speciale wetten en strafboeken. Een grootdeel van veelvoorkomende criminaliteit wordt bestraf aan de hand van Polaris-richtlijnen, zodat deze in heel Nederland hetzelfde zijn. Ook wil Nederland zorgen dat een verdachte zo snel mogelijk hoort wat voor straf hij krijgt, hiervoor is de OM-afdoening toegevoegd. Tegenwoordig wil men dit nog meer uitbreiden omdat men merkt dat veel rechtzaken er te lang over doen. De juistheid van de straffen mag niet achteruit gaan, daarom kan de verdachte in hoger beroep gaan en wordt het alsnog aan een rechter voorgelegd