Enzo Ferrari’s eerste auto die onder zijn eigen naam verscheen, was de 125S, die in 1947 het levenslicht zag. In die jaren na de Tweede Wereldoorlog waren nieuwe auto’s schaars, en toen het wereldkampioenschap Formule 1 in 1950 begon, was het ook diezelfde 125S waarmee Ferrari in Monaco zijn eerste deelname aan een Grand Prix in de boeken schreef. Een jaar later won Froilan Gonzalez, (vanwege zijn goedgevulde postuur bijgenaamd De Argentijnse Stier), in Silverstone de eerste Grand Prix voor Ferrari. Enzo Ferrari die jarenlang voor Alfa Romeo werkte, zag emotioneel hoe Gonzalez de Alfa’s versloeg. ,,Alsof ik mijn eigen moeder heb vermoord”. Het was het begin van een lang succesverhaal. Ferrari kende hoge pieken en diepen dalen, maar het merk uit Maranello zou altijd een magische klank houden. Rijden voor Ferrari was een droom voor elke coureur, zeker als die zelf ook uit Italië kwam. Enzo Ferrari had steevast meer coureurs dan auto’s. De reservisten liet hij in zijn sportcarsteam rijden, waar ze zich mochten bewijzen. In hun geldingsdrang reden de jonge talenten vaak boven hun kunnen, wat resulteerde in een aantal dodelijke ongelukken, waarvoor Ferrari veel kritiek kreeg.
Buitenlanders bij Ferrari
Het waren de buitenlanders die het best gedijde
n bij Ferrari. In 1961 werd Phil Hill in een Ferrari de eerste Amerikaanse wereldkampioen, in 1964 herhaalde de Brit John Surtees dit kunststukje. Het zou elf jaar duren voordat Ferrari weer wereldkampioen bij de constructeurs werd. Formule 1 werd alsmaar duurder, en Ferrari stond er financieel slecht voor. Terwijl andere teams begonnen met het binnenhalen van sponsoring, bleef Ferrari alles uit eigen bedrijfskas bekostigen. Een grote sponsor zoals concurrent Lotus die had in Gold Leaf sigaretten, kwam er bij Enzo Ferrari niet in. ”Mijn mooie auto’s roken niet’’.
Magere Jaren
Roken deden de auto’s maar al te vaak, want de koppige Ferrari bleef vasthouden aan zijn zware onbetrouwbare twaalfcilindermotoren, terwijl de concurrenten één voor één overstapten op compacte, krachtige en veel betrouwbaardere Cosworth V8. Ferrari zat in een diepe crisis. Autofabrikant FIAT nam een aandeel in het team en president Gianni Agelli dwong Enzo Ferrari ertoe een deel van zijn taken af te staan. Het wondermiddel heette Luca di Montezemolo, die tot op de dag van vandaag president van Ferrari is. De jonge Di Montezemolo voerde een groot aantal veranderingen door binnen het team.
Terug keer
Het succes keerde terug toen Ferrari de Oostenrijker Niki Lauda contracteerde. Jean Alesi Lauda werd in 1975 wereldkampioen, liet een jaar later bijna het leven in een zwaar ongeluk op de Nurburgring, maar Ferrari was ontegenzeggelijk terug. Ondanks Lauda’s crash pakte Ferrari ook in 1976 de constructeurs titel. Jody Scheckter werd in 1997 de volgende wereldkampioen in een Ferrari en hoewel het team ook in 1982 en 1983 het beste team was, zou het lang duren voordat er weer een Ferrari coureur kampioen werd. Jean Alesi, Alian Prost, Gerhard Berger, Nigel Mansel: geen van allen slaagden erin Ferrari terug te laten keren naar de top. Tijdens de jaren tachtig en het begin van de jaren negentig was de chaos terug in Maranello. Er werden wel races gewonnen, maar een jaar later kon het zomaar weer doffe ellende zijn. Het herstel kondigde zich in 1993 Jean Todt werd aangesteld als sportief directeur. Enzo Ferrari maakte het niet meer mee: hij overleed in 1988 en liet Italië achter in diepe rouw.
Absolute top
Todt liet er geen gras over groeien: hij haalde in 1996 Michael Schumacher naar Ferrari, de man met wie het team zijn grootste successen zou beleven. Het duurde een paar jaar voordat de grootscheepse reorganisatie zijn vruchten zou afwerpen, maar het resultaat mocht er zijn: Schumacher werd het symbool van een tijdperk waarin Ferrari domineerde. Tussen 1999 en 2004 was het team onafgebroken kampioen bij de constructeurs, Schumacher haalde vijf titel bij de coureurs binnen. Toen de Duitser in 2006 zijn afscheid bekendmaakte, vreesde heel Italië voor een terugval. Dat bleek mee te vallen. Kimi Raikonen pakte in 2007 de wereldtitel voor Ferrari, Felipe Massa greep er een jaar later net nest door op een punt te verliezen van Lewis Hamilton van Mclaren. In 2009 moest Ferrari erg wennen aan de nieuwe regels binnen de Formule 1 en werd het een teleurstellend jaar met maar één overwinning van Raikonen, In 2010 had Ferrari een beter seizoen en werd de Titel in de laatste race weggegeven en won Sabastian Vettelde titel voor Red Bull Racing, In 2011 had Ferrari geen antwoord op de dominantie van Red Bull en werd er slechts één keer gewonnen door Fernando Alonso. In 2012 had Ferrari niet de beste auto van het veld, In het begin van het seizoen moest Fernando Alonso achter de feiten aanrijden, ondanks een verrassende overwinning in Maleisië werd het een moeilijk begin. Toch deed Alonso nog mee voor het kampioenschap tot aan de laatste wedstrijd, maar moest de titel toch aan Vettel laten.