blog placeholder

Ooit stond trouw hoog in het vaandel. Horigen zwoeren trouw aan hun landheer, ridders trouw aan hun koning, soldaten trouw aan hun aanvoerder. Burgers waren trouw aan hun stad of dorp, huwelijken waren voor het leven. Kleding werd niet zomaar gekocht en weer weggedaan maar er werd aan “gehecht”. Hetzelfde gold voor speelgoed, meubels, boeken, noem maar op. Sommige spullen gingen generaties mee want “nog van overgrootvader” geweest en dus van een bepaalde waarde.

Ik zeg niet dat dat altijd goed was. Veel mensen werden beperkt in hun mogelijkheden, zaten levenslang vast aan één plaats waar ze anders wellicht heel andere dingen hadden verricht. Huwelijken waren gevangenissen en om altijd maar weer de afgedragen kleren van een familielid of het gebruikte speelgoed van een ander te moeten aanvaarden, is ook niet altijd leuk.

 

Toch denk ik weleens dat we – maar dat geldt vaker – doorgeslagen zijn. Als het ergens anders beter lijkt, verhuizen we gemakkelijk. Een andere baan – uitdaging – elders hoeft maar even aantrekkelijker te zijn of beter te belonen, of hup, daar gaan we. En hoezo “kleren afdragen”? Je loopt achter of je valt uit de toon wanneer je je outfit niet jaarlijks aanvult. Want er is weer een andere kleur in de mode of een ander modelletje. En je mobiel moet ook minstens van de nieuwste snufjes zijn voorzien, anders komt het niet goed met je. Trouw aan  vereniging die je alles leerde als je ergens anders in een hoger elftal kunt spelen? En sommige echtgenoten stappen zo gemakkelijk weer bij elkaar weg, dat je je afvraagt hoeveel moeite ze hebben gedaan om bij elkaar te komen. Soms zijn er kinderen in het spel en ook daar nemen mensen soms even gemakkelijk afstand van als van hun oude auto. We zappen van het een naar het andere en snappen niet dat de maatschappij onrustig en stressvol is.

 

De maatschappij heeft zich daar keurig op ingesteld (of is het ons door die maatschappij opgedrongen?). Er is een voortdurende aanvoer van andere kleren in nieuwe kleuren die we moeten kopen; er worden nieuwe apparaten ontwikkeld die we toch minstens moeten aanschaffen. We komen moeilijk aan een vaste baan; de baas heeft immers ook ervaren dat we mogelijk snel weer weg zijn als het ergens anders beter lijkt, dus waarom zou hij trouw gaan belonen. Wie levenslang bij dezelfde partner blijft, wordt soms haast meewarig bekeken. En waar een huwelijk stuk loopt wordt degene die de kinderen krijgt er haast op aangekeken dat hij/zij het niet beter heeft geregeld.

 

Trouw wil zeggen dat je in alle redelijkheid bij een gemaakte keuze blijft. Dat niet ieder wissewasje je kan verleiden om toch maar anders of om die trouw in de steek te laten. Misschien kun je trouw wel vertalen met tevredenheid: je bent tevreden met wat je hebt, daar bouw je op of aan. Je kunt leven met wat je hebt en wat je meer of anders wilt, dat doe je met beleid of omdat het nodig is.

 

Ik denk dat het resultaat zou kunnen zijn dat er meer rust in de maatschappij komt, dat mensen zich meer bewust worden van hun welzijn in plaats van wat ze niet hebben. Dat werk en loopbaan meer worden gewaardeerd, relaties langer stand houden, kinderen meer tot hun recht komen. Misschien dat dat een positief gevolg van de economische crisis zou kunnen zijn?