Het softdrugsbeleid in Nederland is het bekendste voorbeeld van een gedoogbeleid. Het is hier namelijk legaal om in het bezit te zijn van wiet of hasj. Pas als iemand in het bezit is van meer dan vijf gram is het strafbaar, maar de politie treedt niet op tegen de handel van softdrugs die plaatsvindt in coffeeshops. Het gedoogbeleid moet worden afgeschaft en er moeten duidelijke regels komen ten aangaande van softdrugs.
Het softdrugsbeleid in Nederland is het bekendste voorbeeld van een gedoogbeleid. Het is hier namelijk legaal om in het bezit te zijn van wiet of hasj. Pas als iemand in het bezit is van meer dan vijf gram is het strafbaar, maar de politie treedt niet op tegen de handel van softdrugs die plaatsvindt in coffeeshops. Het gedoogbeleid moet worden afgeschaft en er moeten duidelijke regels komen ten aangaande van softdrugs.
Dat het gedoogbeleid afgeschaft moet worden staat vast. Een meerderheid van de Tweede Kamer wil af van de bestaande situatie, ondanks dat regeringspartijen CDA en PvdA vorig jaar afspraken om tijdens deze kabinetsperiode niets te doen aan het drugsbeleid. Partijen als CDA, VVD, PVV, ChristenUnie en SGP willen af van het ooit zo bejubelde gedoogbeleid.
Het gedoogbeleid is dan ook erg tegenstrijdig. Het gedoogbeleid moet weg en er moet een keuze gemaakt worden voor een vervangend beleid. Reguleren of niet?
Aan het besluit softdrugs in de illegaliteit laten gaan, zitten een aantal negatieve gevolgen vast. Ten eerste zal het de vraag naar softdrugs waarschijnlijk niet doen verminderen. In landen waar het nu al illegaal is, wordt evenveel of vaak zelfs meer softdrugs verkocht en gebruikt dan in Nederland. Kijk bijvoorbeeld naar Frankrijk of de Verenigde Staten.
Ten tweede zullen mensen die alsnog aan softdrugs willen komen, ondanks dat het dan verboden zou zijn, het illegale circuit in moeten om aan de verdovende middelen te komen. Net als vroeger (of nu in andere delen van de wereld) zal de verkoop zich dan verplaatsen naar dealers die niet alleen softdrugs verkopen, maar het complete scala aan drugs. Degene die voorheen zijn softdrugs kocht in de coffeeshop, waar dus alleen maar hasj en wiet te verkrijgen is, komt nu dus ook in aanraking met harddrugs. En aangezien dealers graag winst willen maken, is het niet onredelijk om aan te nemen dat zij ook sterkere middelen aan zouden kunnen bieden.
Verder is het zo dat er op het moment dat softdrugs illegaal worden er op verschillende gebieden geen controle meer mogelijk is. Er is dan bijvoorbeeld geen controle meer op de leeftijd van mensen die wiet of hasj willen kopen en verder is ook de controle op kwaliteit en het THC gehalte van de drugs in dat geval niet meer mogelijk.
Dat grote nadeel is juist één van de grote voordelen aan legaliseren van softdrugs. Door legalisering zou het namelijk mogelijk zijn om de kwaliteit van de wiet of hasj in de goed gaten te houden. Op die manier kan er voor worden gezorgd het THC gehalte niet nog verder de pan uit stijgt. Verder blijft dan natuurlijk om de mogelijkheid op leeftijdscontrole voor de verkoop.
Als het gaat om overlast die hand in hand gaat met het gebruik van softdrugs of bijvoorbeeld overlast rondom coffeeshops lijkt het misschien slim om coffeeshops en softdrugs te verbieden. Maar ondanks een eventueel verbod zullen mensen niet minder willen gaan blowen dan ze al deden. Dus zou betekenen dat de verkoop en de overlast niet verdwijnen, maar alleen ergens anders plaats zal vinden. Dit betekent dat er dan vervolgens op die nieuwe locatie overlast ontstaat.
Als de politie op de hoogte is van overlast rondom bepaalde coffeeshops, is het gemakkelijk deze overlast tegen te gaan of in ieder geval in de gaten te houden.
Dit is niet het geval als coffeeshops verdwijnen en er dealers voor in de plaats komen. Het is dan veel moeilijker de overlast in de gaten te houden en er eventueel iets aan te doen. Een dealer zal niet elke dag terugkeren op een plek waarvan hij weet dat de politie het in de gaten houdt. Dit is eigenlijk weer een stukje controle dat verloren gaat bij niet reguleren.
Het lijkt er dus op dat legaliseren een betere oplossing is; er is sprake van controle, het probleem wordt niet weggestopt, maar er kan iets aan gedaan worden. Ook kan opener over worden gepraat en kunnen betere voorlichtingen gegeven worden als het allemaal niet in dat illegale sfeertje zit.
Medewerkers in de verslavingszorg pleiten al tientallen jaren voor de legalisering van softdrugs. Volgens die mensen lost het verbieden van softdrugs niets op. Er kan wel gezegd worden dat iets verboden is en dus niet mag, maar dat lost niets op. Een voorbeeld in de geschiedenis wijst uit dat verbieding geen absolute oplossing is. Neem bijvoorbeeld de drooglegging in de Verenigde Staten van de vorige eeuw. Daar ging de hele handel ook de criminaliteit in en vielen er doden door illegaal gestookte drank.
De geschiedenis bewijst het; het verbieden van bepaalde gewoontes betekend totaal niet dat het ervoor zorgt dat mensen er ook daadwerkelijk mee zullen stoppen. Het gedoogbeleid is een uiterst tegenstrijdig beleid. Er moet een nieuw beleid komen en in dat beleid moet de legalisering van softdrugs centraal staan. Op die manier is er betere controle mogelijk en zal de sofdrugshandel niet in de illegaliteit verdwijnen.