Nederlandstalige afkorting is POS-NAO, maar vaak wordt de Engelse afkorting PDD-NOS gebruikt.
Hoe ga je in de klas om met een kind met PDD-NOS?
PDD-NOS is een sociale informatieverwerkingsstoornis, die een gevolg is op:
- Stoornissen in de sociale interacties;
- Stoornissen in verbale en non-verbale communicatie;
- Stoornis in de verbeelding.
Een kind met PDD-NOS begrijpt niet goed wat er in anderen omgaat, waardoor hij zijn gedrag niet goed op die ander kan afstemmen.
De uitingsvorm van de symptomen kan per individu sterk verschillen. Zo zijn sommige jongeren zeer in zichzelf gekeerd, terwijl anderen juist grenzeloos en claimend gedrag vertonen
Gevolgen voor in de klas
- Het kind praat veel over zijn eigen interesses;
- Het kind neemt taal vaak letterlijk, snapt het figuurlijke niet van bepaalde woorden of uitspraken;
- Het kind heeft moeite contacten leggen met klasgenootjes of andere leeftijdsgenootjes;
- Het kind kan bang en onzeker zijn, omdat hij de wereld en mensen om hem heen niet goed kan begrijpen;
- Het kind heeft moeite met nieuwe of andere situaties.
Tips
- Zorg voor duidelijke en korte opdrachten;
- Gebruik geen moeilijke taal;
- Visualiseer voor het kind, zodat de informatie duidelijk gemaakt kan worden;
- Help het kind te vertellen wat hij zelf denkt, voelt en wilt;
- Ga niet met het kind in discussie;
- Stel duidelijke grenzen;
- Corrigeer negatief gedrag en beloon positief gedrag;
- Zorg voor een veilig leer- en leefomgeving voor het kind;
- Geef het kind een plek vooraan in de klas. Hierdoor wordt het kind minder afgeleid;
- Bereid het kind voor op onverwachte of onbekende situaties, zodat het kind weet wat hem te wachten staat;
- Controleer of het kind de instructie begrepen heeft;
- Geef het kind korte, maar duidelijke opdrachten en help het kind op gang.
