blog placeholder

We kennen twee soorten groepsevaluaties. De productevaluatie en procesevaluatie. Waarom is het belangrijk de tijd te nemen om deze evaluaties te doen? Waarom zal deze tijd uiteindelijk wel besteed zijn? Dat lees je in dit artikel!

De groepsevaluatie.

Of u nu werkzaam bent voor de klas, als teamleider of als de allerhoogste directeur, u ontkomt er niet aan om regelmatig te luisteren naar de mensen in uw groep. U kunt ervoor kiezen om dit niet te doen en alleen maar naar uw eigen mening en gedachten te luisteren, maar uiteindelijk zal dit ten koste gaan van de motivatie van uw leerlingen of mensen. Voor het leesgemak zal ik in dit artikel een voorbeeld gebruiken van een lessituatie in de klas met leerlingen. Maar het mag duidelijk zijn dat deze manier van evalueren in elke andere omgeving waar met mensen gewerkt wordt gebruikt kan worden!

Het voorbeeld: Ik heb net heel de ochtend les EHBO gegeven aan een klas van 20 leerlingen. Ik had deze les goed voorbereid en heb me een het lesplan gehouden. Ik heb daar dus best wel veel voorbereidingstijd in gestoken. Maar heb ik nu mijn doel bereid? Dit weet ik pas nadat ik met de groep gesproken heb. Dit ga ik doen door middel van een evaluatie.

Productevaluatie.

Het doel van de productevaluatie is erachter komen of mijn leerstof goed is aangekomen bij de leerlingen. Ik kan mijn verhaal helemaal verteld hebben zoals ik het had voorbereid, maar misschien is dit niet goed aangekomen bij de leerlingen. Dit is wel belangrijk te weten, anders heb ik net zonder dat ik het wist mijn lestijd wel weggegooid en zal ik dit in de toekomst blijven doen! Dit ga ik dus aan het einde van mijn les controleren. Dit kan ik doen door:

a)      Vragen te stellen;

b)      Praktijkopdrachten te geven.

Hoe ik dit ga controleren is afhankelijk van de tijd die ik nog heb. Omdat ik dit een belangrijk onderdeel van mijn les vind, heb ik hier veel tijd voor overgehouden. Ik heb net de les EHBO gegeven en een leerdoel van deze les is om op de juiste manier de hartslag van een slachtoffer te kunnen controleren. Ik kan een leerlingen a) vragen mij te vertellen hoe je dit moet doen, a) aan een andere leerling vragen of dit klopt en b) een andere leerling vragen om het voor te doen. Als laatste kan ik weer een andere leerling a) vragen of hij dit goed gedaan heeft. Ik heb nu met één praktijkopdracht die uitgevoerd is door één leerling, vier leerlingen kunnen controleren. Nu weet ik of de leerstof bij deze leerlingen goed overgekomen is.

Procesevaluatie.

De leerstof kan goed aangekomen zijn bij de leerlingen, maar de volgende stap is om erachter te komen of de manier waarop ook wel de beste manier was. Hier kan ik een hele duidelijke mening over hebben, maar ik kan misschien ook wel wat leren van opmerkingen die de leerlingen maken.
Dit kan ik heel simpel doen door een startvraag te stellen. Ik heb net de les EHBO gegeven en heb de leerlingen heel de ochtend alleen maar laten lezen over hoe ze de hartslag van een slachtoffer op moeten meten. Ze kunnen mij nu heel goed vertellen hoe ze dit moeten doen. Mijn startvraag zal zijn: “Ik heb ervoor gekozen om jullie heel de ochtend dit boek te laten lezen, wat vinden jullie daarvan?” Hoogstwaarschijnlijk zal ik de kritiek krijgen dat het erg saai was en dat ze dit na een half uur ook wel geweten zouden hebben. Omdat ik open moet staan voor opbouwende kritiek van de leerlingen zal een logische tweede vraag zijn: “Hoe kan ik dat de volgende keer beter doen?” De leerlingen zullen met goede ideeën komen en met minder goede ideeën. Maar ik kan hierdoor mijn les wel aanpassen, zodat wanneer ik de volgende keer deze les zal geven, ik de les anders op zal bouwen. Hierdoor hoop ik dat de leerlingen de les leuker zullen vinden en gemotiveerd blijven om zich te concentreren op de les.

De praktijk.

In de praktijk zullen de leerlingen soms met opmerkingen komen die nergens op slaan of niet haalbaar zijn met jouw budget of op jouw locatie. Ze kunnen heel graag naar een echt ziekenhuis gaan om daar leren de pols te voelen, maar ik heb hier met mijn opleiding geen budget voor. Dit kan ik de leerlingen dan ook gewoon uitleggen. Wel is het belangrijk om de leerlingen te waarderen voor hun inbreng in de situatie. Dus aan het einde van elke evaluatie bedank ik de leerlingen voor hun aandacht en inbreng. Ik waardeer het dat ze meedenken en zal hier de volgende keer zeker wat mee doen. Of wanneer het niet kan leg ik uit dat ik zeker wat met hun inbreng zou willen doen, maar dat het gewoon niet kan in verband met budget. Door dit op deze manier te benoemen benader ik de leerlingen op een volwassen manier. Over het algemeen waarderen ze dit en voelen ze zich hierdoor serieus genomen. Het gevolg hiervan is dat ze tijdens de volgende evaluatie weer opbouwende opmerkingen zullen maken omdat ze weten dat hier serieus mee omgegaan en gewaardeerd zal worden. Dit zorgt voor een hele aangename sfeer in jouw leslokaal.