blog placeholder

Het is als een boom die langzaam maar zeker stopt met bloeien en afsterft door de droogte. De Havo in Nederland heeft een steeds geringer rendement. Minder leerlingen slagen en steeds minder leerlingen gaan over van klas 4 naar 5. Is het omdat de geldkraan stukje bij beetje dichtgedraaid word of is de motivatie bij leerlingen en leraren simpelweg te ver te zoeken om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen? Het is duidelijk uit onderzoek gebleken dat er gebreken zijn die snel opgelost moeten worden. Maar hoe? Ouders van leerlingen zouden daar wel eens een belangrijke rol in kunnen spelen. Of is de oplossing misschien makkelijker dan we dachten?

Een eerste oorzaak van het geringe rendement van de Havo is simpelweg het geldgebrek. Natuurlijk, we moeten bezuinigen. Het onderwijs wordt echter wel erg hard getroffen door die bezuinigingen en dat is niet handig als het al niet zo goed gaat met de Havo. 300 miljoen word er bezuinigd op het speciaal onderwijs, er komt een prestatiebeloning, de onderwijstijd gaat weer naar 1040 uur en de vakanties worden ingekort waardoor de werkdruk van leraren nog verder omhoog gaat.

 

Maar niet alleen de leraren krijgen het moeilijker. Ook leerlingen hebben het steeds moeilijker om zichzelf te motiveren en voor school te werken. Leerlingen moeten tussen de voetbaltraining en pianoles door nog even huiswerk maken, met als gevolg dat dat er vaak bij inschiet. Ze hebben wel betere dingen te doen en school is zeker geen prioriteit.

 

Een derde, misschien iets minder bekende oorzaak is de concurrentiestrijd tussen scholen. Er werd vaak gedacht door veel mensen dat concurrentie tussen scholen goed is voor het rendement van de school omdat scholen zo gemotiveerd zouden worden om zo goed mogelijk te presteren. Dat was ook een van de redenen voor de regering om dit plan aan te moedigen. Uit onderzoek blijkt echter dat concurrentiestrijd vaak totaal niet werkt en soms zelfs negatief uit kan pakken. Scholenbesturen moeten meer hun eigen gang kunnen gaan, zodat het rendement weer omhoog gaat.

 

Het is nogal wat, die bezuinigingen, de slechte motivatie bij leerlingen en de concurrentiestrijd tussen scholen. Maar niet alles hoeft negatief te zijn. Oplossingen voor het geringe rendement van de Havo zijn er zeker ook. Hoe zit het bijvoorbeeld met ouders? Zij zouden toch wel in staat moeten zijn om hun kinderen wat meer motivatie bij te brengen.

 

Een eerste oplossing zou kunnen zijn om simpelweg de bezuinigingen op het onderwijs anders in te laten delen. 250 miljoen euro voor een prestatiebeloning is niet de manier waarop de meeste leraren willen zien dat er ‘’bezuinigd’’ wordt. Volgens een hoop onderwijzers word er met deze regeling onnodig geld over de balk gegooid. Geld dat beter had kunnen gaan naar het speciaal onderwijs, dat bijna helemaal zal verdwijnen door deze bezuinigingen. Nederland is een kenniseconomie en het is belangrijk voor ons land dat dat zo blijft.

 

Ook zou het rendement van de Havo hoger kunnen worden door een betere motivatie bij leerlingen. School moet weer prioriteit nummer 1 worden. En hierbij kunnen ouders een belangrijke rol spelen. Uit onderzoek is gebleken dat leerlingen met allochtone ouders vaak betere cijfers halen dan de meeste andere leerlingen. Dit zou hoogstwaarschijnlijk komen doordat allochtone ouders vaak vanuit hun opvoeding en geloof strenger zijn voor hun kinderen, en niet tevreden zijn met bijvoorbeeld een zesje voor wiskunde. Ouders moeten strenger worden voor hun leerlingen en ze moeten hen het belang van onderwijs in laten zien om ervoor te zorgen dat ze school weer als een belangrijke prioriteit gaan zien.

 

Een derde oplossing is misschien wel zo simpel als het klinkt. Er moet gewoon strenger gecontroleerd worden op de kwaliteit van onderwijs. De onderwijsinspectie kan ervoor zorgen dat schoolverzuim tegen kan worden gegaan en dat scholen beter letten op de kwaliteit van hun lessen, leerlingen en leraren. De inspectie heeft enkele jaren geleden al gemerkt dat het langzaam maar zeker steeds slechter ging met het onderwijs en dat daar wel degelijk oplossingen voor zijn. Het is nu aan de onderwijsinspectie om die oplossingen waar te maken.

 

Er kan dus zeker wat gedaan worden aan het rendement van de havo. Het enige wat er voor nodig is, is een beetje inspanning van zowel leraren, leerlingen en de onderwijsinspectie als de overheid. Het is de bedoeling om de havo weer te laten groeien, en ervoor te zorgen dat we er weer trots op kunnen zijn.