In dit artikel kunt u de basiskenmerken van Basisontwikkeling vinden.
Basiskenmerken
Willen kinderen tot ontwikkeling kunnen komen, dan zijn altijd (psychologische) voorwaarden of condities in het spel: ze moeten vrij zijn van emotionele belemmeringen, een gezond zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld hebben en ze moeten nieuwsgierig, onderzoekend en ondernemend zijn. Emotioneel vrij zijn heeft te maken met de gemoedsrust waarover een kind beschikt en met zijn welbevinden. Welbevinden, en dus (redelijk) vrij zijn van emotionele belemmeringen, brengt zelfvertrouwen teweeg, een gevoel van eigenwaarde. Het maakt dat kinderen weerbaar worden en tot betrokken activiteiten kunnen komen. Zelfvertrouwen staat voor de verwachtingen die een kind van zijn eigen kunnen heeft. Dat komt niet zozeer voort uit wat het feitelijk kan of presteert, maar uit zijn eigen beleving of voorstelling daarvan. Of die beleving gunstig uitvalt of niet wordt mede veroorzaakt door de vraag of het zich geaccepteerd voelt door anderen. Deze kenmerken spelen een grote rol in het taakgerichte gedrag dat van kinderen in hun schoolcarrière wordt verwacht. Nieuwsgierigheid komt voort uit de behoefte om groot te worden, de wereld te begrijpen en als het ware onder controle te krijgen. De behoefte om deel uit te maken van de sociaal-culturele werkelijkheid van volwassenen is eigenlijk de motor van ontwikkeling; kinderen willen zo zijn en doen als de groten in hun omgeving zijn en doen. Deze nieuwsgierigheid naar de wereld, die zich uit in een actieve houding, in het nemen van initiatieven, in onderzoeken en bevragen, vormt de aanzet voor ontwikkeling en leren.
Bron: Basisontwikkeling voor peuters en de onderbouw,
Auteur: Frea Janssen-Vos