blog placeholder

Je hoort mensen vaak praten over DNA. Maar wat is DNA eigenlijk en wat kun je ermee?

Je lichaam bevat zeer veel cellen. In bijna iedere cel zit een kern met daarin DNA. De Zwitserse arts Miesscher heeft bij toeval in 1869 DNA ontdekt. DNA is een afkorting van het Engelse deoxyribonucleic acid. DNA bevat informatie over efelijke gegevens van oganismen. Zoals bloedgroep en kleur ogen. In een menselijke cel is het DNA verdeeld over 46 chromosomen. Elk chromosoom bestaat uit een molecuul DNA en uit een aantal eiwitten die zorgen voor de stevigheid.

De structuur

DNA heeft de vorm van een moleculaire wenteltrap, een zogenaamde dubbele helix. De leuningen van deze trap bestaan uit fosfaatgroepen en suikermoleculen. Aan ieder suikermolecuul zit een stikstofbase. In je DNA komen vier verschillende stikstofbasen voor. Dit zijn adenine (A), cytosine (C), guanine (G), en thymine (T). De treden van de wenteltrap zijn twee aan elkaar gebonden basen. Tegenover een A zit altijd een T en tegenover een C zit altijd een G. De volgorde waarin de basen in het DNA voorkomen, vormt de code waarmee erfelijke info wordt vastgelegd.

Chromosomen

Chromosomen zijn de informatiedragens van een cel. Al de cellen van een organisme hebben eenzelfde set chromosomen. Bij mensen bevat een cel 46 chromosomen. Bij elkaar noemt men die chromosomen het genoom. Het genoom bevat al je erfelijke informatie van je lichaam. Jouw genoom bestaat uit 23 chromosomen van je vader en 23 van je moeder. De DNA-tekst die deze chromosomen met zich meedragen kun je onderverdelen in genen. 1 gen levert info voor 1 eiwit. Een gen is weer onder te verdelen in allelen. Een allel is een genvariant.

Eiwitten

Je lichaam bevat zeer veel eiwitten. Ieder eiwit heeft een eigen functie. Bij ieder proces in je lichaam is een eiwit betrokken. Een eiwit bestaat uit een keten van soms wel duizenden aminozuurmoleculen. In totaal zijn er 20 verschillende aminozuren beschikbaar voor het opbouwen van eiwitten. De informatie voor de bouw van een eiwit ligt in je DNA. De bouw van zo’n eiwit wordt voltooid door een producerende cel.

Mutaties

Een mutatie is een verandering in de genetische informatie. Mutaties kunnen ziektes of ongemakken veroorzaken bij organismen, maar mutaties vormen ook de basis voor de biologische variatie tussen de organismen van een soort. Als een verandering optreedt op een plaats in een gen, spreek je over een genmutatie. Bij een chromosoommutatie zijn meerdere genen op een chromosoom gemuteerd. Als een mutatie optreedt bij genen die betrokken zijn bij de celdeling dan kan de celdeling op hol slaan. Dit heeft een tumor tot gevolg.

Wat kan men ermee?

Met behulp van moderne technieken kan van ieder apart persoon een DNA fingerprint vastgelegd worden. Hiermee kan men onder andere erfelijke aandoeningen op sporten. Ook kan men met behulp van gentherapie genen die een ziekte of afwijking veroorzeken vervang door gezonde genen.