blog placeholder

Waar een horst en een slenk elkaar raken ontstaat een instabiele zone in de vorm van een breukrand. In oost Brabant ligt de Peelrandbreuk. In het veld is deze breukrand op sommige plaatsen goed te herkennen.

Heel bijzonder is het wijstverschijnsel. Dat is een bijzondere vorm van kwel.

Grondwater dat vanuit de Peelhorst naar de slenk wil afstromen, vindt bij de breukrand een moeilijk doorlaatbare laag op zijn weg. Hierdoor moet het grondwater naar boven.

Op de Peelrandbreuk ontstaat daardoor kwel met de bijbehorende drassige gronden op een hoge plek. Twee meter lager kan de bodem weer kurkdroog zijn.

Deze wijstgronden komen alleen in een smal lint in Oost Brabant voor.

Hoog en nat en laag en droog

Niets lijkt zo zeker als de grond onder je voeten. Toch is ook de aardkorst in beweging. Delen van de aardbodem zakken langzaam weg (slenken) en andere delen rijzen langzaam omhoog (horsten).

Waar een horst en een slenk elkaar raken ontstaat een instabiele zone in de vorm van een breukrand. Op de lijn Gemert, Uden, Nistelrode, Heesch en Oss loopt tussen de Peelhorst in het oosten en de Centrale slenk in het westen een stelsel van breukranden, die de Peelrandbreuk wordt genoemd. De belangrijkste breukrand loopt ten westen van Uden naar Heesch, daarna volgt een terras met een tweede breukrand die door Uden (de wijk Raam, Melle) via Slabroek aan de oostkant van Nistelrode verdergaat.

In het veld is deze breukrand op sommige plaatsen goed te herkennen. Tussen Uden en Vorstenbosch gaat de weg (de Karperdijk) zo’n vier meter naar beneden. Tussen Heesch en Nistelrode is dit hoogteverschil tot ongeveer twee meter (Wijststraat) teruggebracht. Bij het gehucht het Loo aan de oostkant van Nistelrode bedraagt het hoogteverschil 2,5 meter. Ten noorden van Heesch verdwijnt de breukrand onder andere aardlagen, zoals de komklei die door de rivier de Maas is afgezet, en is zo niet meer in het veld herkenbaar.

Het wijstverschijnsel

Heel bijzonder is het wijstverschijnsel. Dat is een bijzondere vorm van kwel.

In de Peelhorst stroomt het grondwater boven een ondoorlaatbare laag op ongeveer 30 meter diepte. Grondwater dat vanuit de Peelhorst naar de slenk wil afstromen, vindt bij de breukrand een moeilijk doorlaatbare laag op zijn weg. Hierdoor moet het grondwater naar boven. Eenmaal voorbij de breukrand, ligt de ondoorlaatbare laag voor grondwater circa 300 meter beneden het maaiveld.

Op de Peelrandbreuk ontstaat daardoor kwel met de bijbehorende drassige gronden op een hoge plek. Twee meter lager kan de bodem weer kurkdroog zijn.

Door het versneld laten afwateren van de kwel, bijvoorbeeld door de moeilijk doorlaatbare laag te doorbreken, zijn er in het recente verleden veel wijstgronden verloren gegaan.

Het grondwater uit de Peelhorst bevat ijzerdeeltjes. Als het grondwater bij de Wijstgronden aan de oppervlakte komt, gaan de opgeloste ijzerdeeltjes een verbinding aan met zuurstof. Er ontstaat dan ijzeroxide of roest en dat geeft het water de dieprode kleur. Waar veel ijzeroxide neerslaat, ontstaat oer, een harde steenachtige laag in de bodem. Deze oer draagt weer in sterke mate bij aan de ondoorlaatbare laag tussen de twee breukvlakken.

De wijstgronden komen alleen in een smal lint in Oost Brabant voor. Het is een ook Europees gezien zeldzaam aardkundig fenomeen en verdient in de toekomst meer aandacht om beschermd en ontwikkeld te worden.