De berenklauw is niet bij iedereen bekend, vreemd want het is toch een grote plant die niet geheel ongevaarlijk is.
In Nederland komen twee soorten Berenklauw voor, de gewone berenklauw (Heracleum sphondylium) en de reuzenberenklauw ( Heracleum mantegazzianum). De berenklauw behoort tot de familie van schermbloemigen. De witte bloemen bloeien in grote schermen. De berenklauw dankt zijn naam aan de grote klauw-vormige bladeren.
De gewone berenklauw is een overblijvende plant die geribbelde holle stengels heeft. De stengels zijn bedekt met haren en de plant kan één tot anderhalve meter groot worden. De gewone berenklauw is tamelijk algemeen voorkomend in Nederland. Je vindt de plant vooral op braakliggende grond, langs waterkanten, langs bosranden en in bermen.
De reuzenberenklauw is een exoot, die oorspronkelijk voorkomt in Zuidwest-Azië. In de 19de eeuw vond men deze plant mooi als tuinplant en is deze naar Europa gekomen. De reuzenberenklauw komt nu algemeen voor op voedselrijke grond die niet bewerkt wordt. Deze plant wordt in het eerste jaar ca. 50 centimeter hoog om in het tweede jaar uit te schieten tot wel 4 meter hoogte. Als de plant volgroeid is bloeit deze van juni tot augustus, na de bloei sterft de plant weer af, de plant verspreidt zich gemakkelijk door de zaden. Mede dankzij het gemakkelijk uitkiemen van de zaden en de grote bladeren die licht voor andere planten tegenhouden ziet men de reuzenberenklauw nu als onkruid.
De berenklauw kan ernstige verwondingen veroorzaken. Door het sap van de plant of door de brandharen kun je na 24 uur jeukende rode vlekken krijgen, die overgaan in pijnlijke zwellingen en blaren. De wond ziet eruit als een brandwond en als deze open gaat kunnen zwerende wonden ontstaan. Het sap van de plant bevat furocoumarine die bij blootstelling aan het zonlicht fototoxisch werkt, waardoor de huid niet is beschermd tegen zonlicht. Het kan 2 weken duren voor een brandwond genezen is en er kan een bruin gekleurd litteken achterblijven. De vluchtige olie heeft een sterke geur en maakt de huid overgevoelig voor de ultraviolette stralen uit het zonlicht. Als het sap in de ogen komt kan dit soms blindheid tot gevolg hebben. Helaas merk je het niet meteen als je in aanraking komt met de brandharen van de berenklauw waardoor men gewoon doorgaat in het zonlicht en pas na 24 uur de gevolgen bemerkt.
Mocht je toch bewust in aanraking komen met het sap of de brandharen spoel deze dan zo snel mogelijk langdurig af zonder daarbij te wrijven en vermijd de zon gedurende minimaal een week. Behandel de pijnlijke plekken als brandwonden en laat een arts er voor de zekerheid naar kijken en adviseren. Sommige wonden lijken op derdegraads brandwonden. Bij regen of bewolkt weer zijn de irritaties minder heftig. Ook zijn de gevolgen van de gewone berenklauw niet zo heftig als die van de reuzenberenklauw. Vermijd dus altijd alle contact met de berenklauw.
Staat er een berenklauw in een buurt waar veel kinderen spelen waarschuw dan de gemeente. Degene die de planten moet verwijderen moet de huid volledig bedekken, een veiligheidsbril en stevige handschoenen dragen. Alleen maaien helpt niet, de plant zal zich weer herstellen. Er zal een periode lang verschillende keren moeten worden gemaaid. Jonge planten kunnen worden uitgestoken met wortel en al. Doe dit beslist voor de bloei anders verspreiden de zaden zich, deze houden behouden hun kiemkracht tot wel 7 á 8 jaar. In plaats van maaien kan men ook grote grazers inzetten, zoals bijvoorbeeld schapen. Maar net als bij het maaien geldt meerdere malen over een lange periode. In de landen waar de reuzenberenklauw oorspronkelijk vandaan komt zijn er natuurlijke vijanden, een aaltje wat de wortels aanvreet en een kever die de bladeren aanvreet. In Nederland wordt ook weleens een schimmel toegepast, dat gebeurt dan in het voorjaar als de planten nog klein zijn en dan nog duurt het anderhalf jaar voor de plant is uitgeroeid.