“Vaste grond onder de voeten hebben”. Het is een uitdrukking in de Nederlandse taal die zoiets betekent als “veilig zijn”. We beschouwen de aarde als een stevig geheel waar we veel zekerheid uit halen.
Helaas zien we in de nieuwsberichten nogal eens, dat dat relatief is. Aardbevingen geven maar weer eens aan, dat de grond onder onze voeten wat betreft stevigheid nogal eens te wensen over kan laten. Grote ravage en veel slachtoffers kunnen het gevolg zijn, van het verschijnsel wat zich soms al binnen enkele secondes voltrokken kan hebben.
3 miljoen aardbevingen per jaar – Per dag komen er over de gehele wereld ongeveer 8000 aardbevingen voor, oftewel ongeveer elke 11 seconde eentje! Omgerekend per jaar zijn dat er dus ongeveer 3 miljoen!
Toch richten de meeste daarvan weinig merkbare schade aan en vallen er ook niet bij elke aardbeving slachtoffers. Dat komt, omdat veel aardbevingen op plaatsen voorkomen waar geen mensen wonen.
Zo vinden er vele zogenaamde zeebevingen plaats. Deze naam is niet helemaal correct, omdat het niet de zee zelf, maar de aardbodem eronder is, die in beweging komt. Ongeveer 60% van de aardoppervlak is zee, waardoor dus vele bevingen buiten de bewoonde wereld plaats vinden. Wel kunnen deze zorgen voor een gevaarlijke vloedgolf, Tsunami genaamd.
Grote verwoesting in korte tijd – Wanneer een aardbeving wel in bewoond gebied optreedt, wordt er vaak grote schade in korte tijd aangericht en kunnen er vele slachtoffers vallen. De betere meet apparatuur zorgt er tegenwoordig voor, dat we ook de kleinere aardbevingen goed kunnen meten. Het lijkt er daardoor wel eens op, dat we steeds meer met dit verschijnsel te maken krijgen, maar in werkelijkheid kunnen we ze beter meten.
Oorzaken – Er zijn verschillende oorzaken mogelijk voor het ontstaan van aardbevingen.
Veel aardbevingen worden veroorzaakt door het bewegen van de aardschollen. Deze platen, waaruit de aardkost bestaat, bewegen langzaam ten opzicht van elkaar. Eerst wordt er een spanning opgebouwd, totdat de beweging bij te hoge spanning plotseling plaats vindt. Dit gaat dan schoksgewijs. In de uren erna kunnen nog naschokken optreden, doordat de diverse aardlagen zich op de nieuwe situatie aanpassen.
Verder zijn er nog andere oorzaken die voor (kleinere) aardbevingen kunnen zorgen. Voorbeelden hiervan zijn vulkanische activiteiten. Daarnaast kunnen instortende holtes en mijnen voor bevingen zorgen of de bodemdaling door winning van aardgas.
Richter – Om de sterkte van een aardbeving aan te geven wordt gebruik gemaakt van de schaal van Richter. Deze schaal is logaritmisch en elke toename met een waarde van 1 op deze schaal, betekent een 10 keer zo zware aardbeving. Dat betekent, dat een beving van 5 op de schaal van Richter 10 keer zo zwaar is als die van 4.
De lichte bevingen met een kracht van onder 3 worden niet eens door mensen gevoeld. Bij een kracht vanaf 4 ontstaan er schades en vanaf 7 hebben we het over zware en zeer zware aarbevingen. De zwaarste die we sinds 1900 hebben gemeten had een kracht van 9.5 en vond plaats in Chili. De beving waar de meeste slachtoffers bij vielen, had een kracht van 8, maar die vond plaats in dichtbevolkt gebied. Ongeveer 250.000 slachtoffers waren er te betreuren.
Gevolgen – Aardbevingen kunnen verschillende gevolgen hebben.
Allereerst zijn er natuurlijk de trillingen. Deze zijn op zichzelf niet gevaarlijk, maar veroorzaken gevaar door instorting van gebouwen en vallend puin. Deze schade kan ook weer de oorzaak zijn van brand, lekkage (vloeistoffen en gassen) en overstromingen.
Daarnaast kunnen er aardverschuivingen en lawines optreden.
Wanneer en beving op zee plaats vindt, kan er een golf ontstaan. Wanneer deze golf richting land gaat, waar het dus ondieper wordt, kan deze tot grote hoogtes opgestuwd worden. Een voorbeeld daarvan zijn de enorme verwoestingen die zijn aangericht door de Tsunami in 2004 voor de kust van het Indonesische eiland Sumatra. Deze Tsunami werd veroorzaakt door de toch al zware aardbeving met een kracht van 9. De Tsunami verplaatst zich langzaam, waardoor deze op sommmige plaatsen pas na 5 uur van zich liet spreken.
Voorbereiden – Men kan nog niet voorspellen, wanneer een aardbeving gaat plaatsvinden. Wel kan men een beetje voorspellen, waar er mogelijk een beving gaat optreden, door het bestuderen waar bijvoorbeeld de breuklijnen liggen en de plekken waar al aardbevingen hebben plaats gevonden.
In dergelijke gebieden kan men dan de bouwwerken aanpassen aan dergelijke omstandigheden, zodat ze beter bestand zijn tegen de trillingen.
Ook de hulpdiensten kunnen hier beter op voorbereiden, zodat er meer adequaat opgetreden kan worden, mocht het mis gaan en de mensen kunnen beter ingelicht worden.
Nederland – Ook in Nederland komen aardbevingen voor, maar wel in veel lichtere vorm. De kracht ligt dan zo tussen de 2 en de 3. In Noord Nederland komen aardbevingen voor die waarschijnlijk veroorzaakt worden door de gaswinning uit de bodem.