Richard Wagner is een zeer belangrijke componist die leefde van 1813 tot 1883. Zijn muziek markeert het breekpunt tussen de klassieke en de moderne muziek. Zijn opera’s blijven tot de verbeelding spreken, vooral zijn tetralogie ‘Der Ring des Nibelungen’.
Der Ring des Nibelungen was jarenlang de langste opera uit de muziekgeschiedenis, maar Richard Wagner werd van de kroon gestoten door de moderne componist Karlheinz Stockhausen (1928 – 2007) met zijn operacyclus Licht. De Ring is een cyclus van vier opera’s die vertoond wordt tijdens een vooravond en drie aansluitende avonden. De totale lengte is ongeveer 17 uur. Deze operacyclus werd speciaal gecomponeerd voor het Festspielhaus, het operahuis te Bayreuth dat Wagner zelf heeft ontworpen. Je zat er op tamelijk ongemakkelijke stoeltjes maar tijdens de pauzes kon je copieus dineren.
De muziek van de Ring des Nibelungen is onweerstaanbaar. Als je er eenmaal mee in aanraking bent gekomen, kun je er verslaafd aan raken! Revolutionair aan de muziek van Richard Wagner is dat ze afrekende met het principe dat elke melodie terugkeert naar de grondtoon, zoals bij componisten vóór hem gebruikelijk was. Bij Wagner ontwikkelt de melodie zich telkens naar een ander niveau (modulatie) en wordt daardoor eindeloos. Dit heet in muziektermen ‘zwevende tonaliteit’ en Wagner paste deze techniek voor het eerst toe in de begintonen van zijn opera ‘Tristan und Isolde’. Grote navolgers van deze techniek zijn Bruckner, Mahler en Richard Strauss.
De Ring is een ingewikkelde hervertelling van de beroemde Noorse sagen en legenden, duizenden jaren geleden opgeschreven in de Hedda. Het gaat over goden, dwergen, zeemeerminnen en reuzen. Een heleboel elementen uit sprookjes die later werden opgetekend door de gebroeders Grimm, passeren tijdens de opera’s de revue. Ik geef een korte, onvolledige weergave van het ingewikkelde verhaal.
Rheingold
De eerste opera heet ‘Rijngoud’ en beschrijft hoe de dwerg Alberich het goud uit de Rijn steelt van de Rijndochters. De god Wotan hoort hiervan en besluit het goud te gaan stelen van Alberich. Hij doet dat met behulp van de truc uit De Gelaarsde Kat, hij laat hem zich veranderen in een muis en vangt deze. Met het goud betaalt hij twee reuzen, Fasolt en Fafner, die een groot kasteel in Walhalla voor hem gebouwd hebben. Het probleem begint ermee dat Alberich er een ring van gesmeed heeft, die ongeluk brengt aan de bezitter ervan. De reuzen krijgen ruzie en de ene slaat de andere dood. Fafner verandert zich in een draak en houdt zich schuil in een grot.
Die Walküre
Sieglinde woont bij haar man Hunding die haar heeft geroofd. Ze is doodongelukkig en leeft helemaal op als een vreemdeling tijdens een zware storm bij haar aanklopt. Hij is gewond en heet Siegmund en werd notabene achternagezeten door haar echtgenoot en zijn jagers. Siegmund en Sieglinde worden verliefd op elkaar. In haar huis bevindt zich een boom waar een zwaard in is gestoken. Alleen de sterkste held kan deze eruittrekken. Hunding komt thuis, merkt wie zijn vrouw heeft binnengelaten, laat Siegmund overnachten om de volgende dag met hem te vechten. ’s Nachts trekt Siegmund het zwaard uit de boom. Hoewel ze constateren dat ze broer en zus zijn, weerhoudt dat hen niet om de liefde te bedrijven. Sieglinde wordt prompt zwanger. Ze vluchten samen en worden achternagezeten door de woedende echtgenoot. De oppergod Wotan ziet erop toe dat Siegmund het gevecht verliest en hij sterft. Een van de zeven dochters van de oppergod, de Walküre Brünnhilde, helpt Sieglinde met haar ongeboren kind te vluchten. Wotan is woedend op zijn dochter en neemt haar haar onsterfelijkheid af. Ze verandert van god naar mens. Wotan legt Brünnhilde in een kring van vuur zodat alleen de grootste held haar zal vinden.
Siegfried
Die held is Siegfried, het kind van Sieglinde, die stierf bij de geboorte. Hij wordt opgevoed door Mime die wil dat hij het goud en de ring voor hem steelt van de draak. Zelf kan hij dat niet. Siegfried groeit op en smeedt een superzwaard uit de restanten van het oude zwaard uit de boom. Daarmee gaat hij de draak te lijf, die hij verslaat. Daarna doodt hij Mime, van wie hij eindelijk de slechte plannen doorziet. Omdat hij drakenbloed heeft gedronken, kan hij met de dieren praten en een vogel vertelt hem dit. Dan gaat hij op zoek naar Brünnhilde, loopt door het vuur heen en schrikt zich wezenloos omdat hij voor het eerst een vrouw ziet. Ze worden verliefd.
Götterdämmerung
Als de Nornen de draad des levens proberen te spinnen, knapt hij. Dat betekent onheil! Met een list zorgt Hagen, de zoon van Alberich ervoor dat Brünnhilde trouwt met zijn zus en niet met Siegfried, die hij misleidt met een toverdrank. Als Siegfried erachter komt, steekt Hagen hem een dolk in de rug. Siegfried sterft, Walhalla wordt in brand gestoken, Brünnhilde is ontroostbaar en stort zich op haar paard Graene met de ring in het vuur. Alles gaat ten onder in deze godenschemering.
Wagner en het nazisme
Helaas wordt Wagner altijd in verband gebracht met nazisme. Dat is veroorzaakt door het feit dat hij zelf ooit anti-semitische artikelen schreef en zijn echtgenote nazi-sympathieën had. Hitler was een groot bewonderaar van de muziek van Wagner. Wagner zelf was echter al overleden (1883) toen Hitler nog geboren moest worden (1889). De muziek van Wagner nazistisch noemen is dus anachronistisch en feitelijk onjuist. Hitler heeft geprobeerd de muziek van Wagner in te lijven bij de nazi-ideologie. Bij gebrek aan een historische achtergrond voor zijn denkbeelden gebruikte hij daar de Hedda-sagen en legenden voor. De associatie met het nazisme doet afbreuk aan de kwaliteit en het grote belang van Wagners muziek in de muziekgeschiedenis. Vrijwel alle componisten na hem zijn schatplichtig aan zijn compositorische vernieuwing.