Om je echt in te leven, is het handig om eerst zelf te vluchten..
Zelf vluchten..
Gelukkig is dat in Nederland over het algemeen niet nodig.
Nadat ik op Lesbos 2 weken voor stichting Bootvluchtelingen heb gewerkt, wil ik mij nog meer verdiepen in de achtergrond van vluchtelingen.
Om ondanks mijn gelukkige en vrije leven te ervaren hoe het is om te vluchten bezocht ik Humanity House aan de Prinsengracht in den Haag.
Nadat ik officieel geregistreerd ben stap ik met mijn registratie formulier de wereld van een vluchteling in.
Deze begint met een trap naar beneden..
In de eerste kamer wordt mijn visum door de brievenbus gegooid, deze houd ik stevig vast.
Ik weet niet waarom maar ik vertrouw de aangegeven route niet meer, ik vertrouw de stemmen die overal om mij heen klinken niet meer en ik vertrouw de spiegel aan de muur ook niet.
Het enige waar ik op vertrouw zijn de papieren die ik in mijn hand geklemd heb.
In een volgende kamer schrik ik mij kapot van blaffende honden die mij achterna lijken te zitten. Ik loop heel snel de volgende kamer in waar ik geconfronteerd word met de vanzelfsprekenheid van een vrij en gelukkig leven. Vooral word ik geconfronteerd met de kwetsbaarheid van deze vrijheid. Er ligt een omgevallen glas wijn en een koffer vol met rommel op de grond.
Ik loop de trap op en loop door allerlei kleine gangetjes. Ik denk maar 1 ding.. aan het eind van deze donkere gangetjes wordt het licht en kan ik mezelf weer zijn. Ik merk dat ik mijn eigen grenzen voorbij ga. Zo haal ik zonder er bij na te denken de trekker van een pistool over en verschijnen er ineens foto’s van vrienden in beeld. Uhm…?! Het was de enige manier om verder te komen maar ten koste van wat?
Ik kom bij een soort van grensovergang en begrijp niets van de verschillende hokjes. Ik stap een hokje in waar een groen lichtje brand. Een onaardige stem vraagt mij allerlei dingen waar ik geen antwoord op weet.
De vraag over hoelang ik denk te blijven vind ik het meest belachelijk. Zie ik eruit alsof ik de weg naar huis nog weet? mijn huis bestaat niet eens meer! Ik moet mijn visum inleveren en dat vertrouw ik niet. Helaas gaat de schuifdeur naast mij alleen open als ik mijn visum inlever.
En daar gaat, mijn inmiddels zo vertrouwde briefje, ik voel mij aan de gode overgeleverd.
Ik ben de grens over en beland in een registratiekantoor. Om mijn vrienden terug te vinden moet ik ook mijn registatieformulier achterlaten in 1 van de vele mappen. Ik hoop dat mijn vrienden mij vinden…
In een andere kamer verteld een vluchteling zijn verhaal. 1 opmerking komt steeds in mijn gedachten op.. ‘in mijn oude land had ik de keus tussen koffie en koffie”
Geen keus dus!
Aangekomen in ‘het beloofde land’ wat voor mij het restaurant van Humanity House is bestel ik een kop munt thee.
Ik bestel er ook 1 voor mijn vrienden, ik ga er vanuit dat ook zij de ‘het beloofde land’ halen!