blog placeholder

Als pas afgestudeerd groentje werd mij een interimbaan van 3 maand aangeboden in het buitengewoon onderwijs type 2. Ik wist op voorhand dat dit niks voor mij ging zijn. De stage die ik er gelopen had liep helemaal uit de hand. Dus vertrok ik met een bang hartje. Straks in september start ik mijn 20 ste schooljaar….precies in dezelfde school. Het valt dus absoluut wel degelijk mee!

Welke kinderen komen er in het buitengewoon onderwijs terecht (BLO)?

Als ouder kan je helemaal niet kiezen voor een dergelijke school. Je wordt doorverwezen via het centrum voor leerlingenonderzoek na een uitgebreid intakegesprek met de vorige school, de ouders en het kind zelf. Er worden testen afgenomen naar intelligentie en vaardigheden.

Na een weekje volgt meestal het resultaat. Niet iedere leerling die doorverwzen is daar het clb is, wordt doorgestuurd. Pas als de school alle middelen heeft ingezet om het kind te helpen en onderwijs op maat niet meer kan aangeboden worden( logopedie,ortho, kinésiterapie, zorgcoödinator…) krijgt de leerling een attest die schoolverandering naar het buitengewoon onderwijs mogelijk maakt.Ouders hebben hierin steeds het laatste woord en kunnen niet verplicht worden hun kind naar het BLO te sturen. Mijn commentaar hierover laat ik nu even in het midden.

In welk type je terecht komt hangt af van een aantal factoren die ik straks uitleg. Wij hebben op onze school 3 verschillende types van in het totaal 8.

Autisme, ADHD, dyslexie, concentratiestoornissen, u heeft er zeker al van gehoord. Wanneer deze leerlingen sociaal kunnen functioneren binnen een klasgroep en ze hebben een normaal IQ, dan kijkt men in welke groep van type 8 men kan aansluiten. Wij hebben 9 klassen van 6 tem 13 jaar. De bedoeling is een normale integratie in het gewone onderwijs. (beroep of technisch)

Zelf geef ik al jaren les in type 1. Ik begeleid jonderen die een lichte metale achterstand hebben. Taal en rekenen verloopt minder goed. Ook spreken en sociaal contact, zelfredzaamheid kan een probleem zijn. We hebben 8 groepen van ongeveer 10 leerlingen elk. De leerlingen volgen verder les in het buitengwoon secundair onderwijs waar ze theorie en praktijk combineren om zo een beroep aan te leren.

Type 2: Van 2,5 tot 14 jaar. Deze kinderen worden vaak in het kleuterklasje of eerder opgemerkt. Ze hebben een laag IQ waardoor lezen, schrijven en rekenen niet kan. Uitzonderingen bevestigen de regel, want binnen deze groep is een groot verschil. Zelfredzaamheid en sociale vaardigheden en hygiëne staat op het lesrooster. Onze leerkrachten worden begeleid door kinderverzorgsters. Wij hebben ook een verpleegster op school die kennis heeft van alle medische dossiers. Want ook hieraan hebben we een grote kluif. Het Vlot (dit is de naam van onze school) telt drie kleuterklassen, vier lagere klassen en twee functionele klassen. De laatste twee komen niet toe aan schools leren. Uiteraard is voor deze leerlingen een vervolg in het secundair onderwijs.

Benieuwd naar de andere types? 3-4-5-6? 
Dan lees je mijn ander artikel maar!