blog placeholder

Wat zijn nu echt sterke argumenten voor  en/of de verhoging van de AOW-leeftijd, en hoe kan je die goed beargumenteren?

Voor:

– Betaalbaarheid

– Verhoging van de AOW leeftijd draagt bij aan gezonde overheidsfinanciën

– Vanaf 67 verlicht de toekomstige krapte op de arbeidsmarkt

– Hoe minder mensen op de arbeidsmarkt, hoe hoger de lonen, hoe nadeliger het voor de werkgever wordt.

– Arbeidsparticipatie is de laatste 10 jaar met 10% gestegen (55-65)

Uitwerkingen argumenten:

– De beroepsbevolking, de werkende van 20-65 jaar, zal de komen 30 jaar met ongeveer 1 miljoen afnemen. Het aantal 65+’ers zal met 2miljoen toenemen. Als het zo doorgaat hebben we voor iedere niet werkende, één werkende nodig die van de verzorgingsstaat alle lasten op moet brengen.

– Voor de overheid is het verhogen van de AOW leeftijd erg winstgevend. Bij dw directe verhoging naar 67 jaar betekend dat voor het CPB een jaarlijks besparing op de uitgaven van 1,0 tot 1,4 provent van het BBP. De geleidelijke verhoging van de AOW-leeftijd levert besparing van 0,8 tot 0,9 procent van het BBP op, op jaarlijkse basis.

– Als het aanbod kleiner is dan de vraag, zullen de lonen stijgen. Voor de werkgevers is dit nadelig, dus zullen de mensen door moeten werken 67.

– Als er in verhouding het aandeel actieven minder wordt dan inactieven dan zullen de lonen moeten stijgen om aan werknemers te komen.

– 10 jaar gelden was de arbeidsparticipatie nog maar 40%, nu boven de 50% van de mensen tussen 55-65 jaar. Uit de Nationale Arbeidsenquête blijft dat veel mensen door willen blijven werken, omdat ze zich op die wijze kunnen blijven ontwikkelen, sociale contacten houden en volop mee blijven draaien in de samenleving.

Tegen:

– Levensverwachting na 65 jaar minder gestegen dan gedacht

– Oudere werknemers zijn minst productief en hebben relatief hoog inkomen.

– Op pensioen wordt ook belasting geheven

– Ouderen meer kans op arbeidsongeschiktheid en werkloosheid

– Geld kan op een andere manier geregeld worden

Uitwerkingen argumenten:

– De mening dat de gemiddelde levensverwachting sterk is gestegen ten opzichte van vroeger is gebaseerd op een berekening die uitgaat van de levensverwachting vanaf de geboorte. Dit is de afgelopen decennia inderdaad toegenomen vanwege een verbetering in de kwaliteit van het leven. Dit houdt dus in dat er meer mensen zijn die de 65 halen. De gemiddelde levensverwachting vanaf de geboorte neemt hierdoor inderdaad toe. Echter is de levensverwachting vanaf 65 jaar veel minder gestegen. Bij de gemiddelde man is dit echter maar 1,87% dit staat gelijk aan ongeveer 1 levensjaar.

– In veel beroepen is de relatief oudere werknemer de minst productieve en dat terwijl ze wel een relatief hoog inkomen hebben. Het is dus relatief duur voor een werkgever om oudere werknemers in loondienst te houden. Een werkgever zal proberen om van hen af te komen, ook zullen werkgevers niet snel oudere werknemers aannemen.

– Ook wordt op pensioen belasting geheven. Wanneer het aantal gepensioneerden zal stijgen, zal de opbrengst door deze belasting ook stijgen. Mede hiervan kan een gedeelte van de AOW-uitkering betaald worden.

– Wanneer oudere werknemers werkloos of arbeidsongeschikt raken, komen zij in de WW of de WIA. Deze uitkeringen zijn op kosten van de staat, oftewel voor de belastingbetaler. Deze kosten zullen dus behoorlijk stigen als de WAO-leeftijd met twee jaar wordt verlengd.

– Het kabinet hoopt met al deze regelingen 4 miljard te besparen, maar het geld kan ook op andere manieren geregeld worden. Waarom niet de hypotheekrenteaftrek voor villa’s boven de miljoen afschaffen? Waarom niet de rijken een eerlijke bijdrage vragen voor het financieren van de AWBZ en zorgpremies?