blog placeholder

In het woordenboek staat onder stimulans de volgende betekenis: aansporing, impuls, kick, prikkel, prikkeling, een krachtige aanzet tot iets. Stimulans kan als iets positiefs worden gebruikt maar ook negatiefs.

‘Stimuleren’ is een onderdeel van je leven, waar je vanaf je geboorte mee te maken krijgt. Je verandert van denkwijze en/of gedrag als je door iets of iemand gestimuleerd word. Ook als je niet gestimuleerd wordt kun je echter van karakter of gedrag veranderen.

Stimulans kan als iets positiefs worden gebruikt maar ook negatiefs. Mensen kunnen tot iets moois in staat zijn als ze maar goed worden gestimuleerd. Gebeurt dat voor iets negatiefs dan kan zo iemand in een negatieve spiraal terecht komen.

Het klinkt gemakkelijk; je kind positief stimuleren, maar toch gaat het in de praktijk vaak mis. Je schenkt sneller aandacht aan iets dat je kindje verkeerd doet, dan aan iets dat hij goed doet. Hierdoor raakt hij/zij niet gestimuleerd om nieuwe dingen uit te proberen. Probeer vaker je kind de juiste erkenning te geven als hij/zij iets goed doet. Hiermee bevestigt je de goede inspanning die je kind levert. Geef de kleine af en toe een aai over zijn bolletje, glimlach vaker, geef hem een pluim als hij/zij iets goed doet. En zeg hem ook wat hij goed doet, dan blijft hij gestimuleerd om dingen leren.

We zijn eerder geneigd om wat te zeggen als het kind iets fout doet of iets niet doet. Hierdoor wordt het kind onzeker. En omdat je nu wel aandacht geeft, iets wat kinderen nodig hebben, gaat het kind het verkeerde gedrag vaker vertonen om toch die aandacht te krijgen. Een kind dat in een positieve situatie aandacht krijgt gaat zich zekerder voelen en gaat uitdagingen aan om nog meer van zulke complimenten te krijgen. Maar ook leert het kind zo om te gaan met anderen. Hij/zij zal eerder een positieve houding aannemen naar anderen. Hierdoor zal ook jij meer genieten van je kind en de opvoeding ervan.

Natuurlijk wilt dat niet zeggen dat je een voorbeeldig kind zal krijgen. Een kind zal altijd proberen de grenzen op te zoeken. Hierdoor zal hij iedere dag een stapje verder komen in zijn zelfstandigheid. Je zult af en toe wel duidelijk aan moeten geven tot hoe ver hij/zij kan gaan. Wees duidelijk en consequent in je opvoeding. Probeer niet teveel nadruk te leggen op het negatieve gedrag van het kind maar spreek hem wel kort aan op zijn gedrag. En probeer dit om te zetten in iets positiefs. Heeft hij/zij bijvoorbeeld een snoepje gestolen, zeg hem/haar dat stelen slecht is je nooit zomaar iets mag pakken wat niet van jou is. Maar zeg wel dat je denkt dat hij/zij trek heeft gehad in iets lekkers. En zeg dat hij/zij het de volgende keer gewoon dat dat moet zeggen.

Heb je vragen over deze opvoeding, dan kun je het veelal vinden op internet. Vooral onder positief opvoeden is er veel te vinden. En nu maar hopen dat de mensheid hierdoor in de toekomst positiever gaat worden.