Eten
Groei, maar ook verouderingsverschijnselen, hangen ten dele af van de samenstelling van het voedsel. Bepaalde vitamines zorgen voor een gavere, of misschien wel mindere gave huid. Vruchten houden je jong en energierijk voedsel zorgt voor de slijtage van je lichaam.
Cellen
Ondanks dat je constant nieuwe cellen produceert begin je er wel steeds ouder uit te zien. Dit komt omdat je lichaamscellen niet eindloos delen. Nadat cellen een aantal maal gedeeld zijn komen ze in een rustfase terecht. Dit heeft te maken met het laatste stukje bij iedere DNA-keten. Het zogenoemde telomeer. Bij elke deling wordt dit suk korter en korter. Uiteindelijk wordt de telomeer zo kort dat een nieuwe deling van de cel onmogelijk wordt. Sommige cellen bevatten een enzym dat de telomeer steeds weer langer maakt. Zo kan de cel vaker delen. Dit enzym noemt met telomerase. De cellen die niet meer delen blijven echter wel actief in je lichaam. Maar doordat ze lange tijd in je lichaam aanwezig zijn eis een beschadiging oplopen voor deze cellen een grote kans. Bij een grote beschadiging vernietigd een cel zichzelf. Door vele afgestorven en beschadigde cellen ontstaan ouderdomsverschijnselen als rimpels en botontkalking.
Lengtegroei
Lengtegroei wordt veroorzaakt door de groei van je pijpbeenderen. Onder de pijpbeenderen zit een zone met kraakbeen. De groeischijf. De kraakbeencellen gaan delen waardoor het pijpbeen groeit. Als de kraakbeencellen in de groeischijf in botcellen zijn veranderd stopt de groei van het pijpbeen.
Hormonen
Hormonen spelen een zeer belangrijke rol in je groeiproces. In je kinderjaren is vooral het groeihormoon verantwoordelijk voor de groei. In de puberteit zijn de geslachtshormonen verantwoordelijk voor je groeispurt. Groeistoornissen zijn vaak het gevolg van een tekort hebben aan deze hormonen. De hormonen worden aangemaakt bij je hersenen en bereiken via je bloed alle cellen die gevoelig zijn voor dit hormoon. Deze cellen beginnen dan te delen.
Cellen delen, maar hoe?
Een cel ontstaat, groeit, is actief en deelt opnieuw. De periode waarin dit allemaal gebeurt noemen we een celcyclus. Deze cyclus bestaat uit vier fasen: de G1-, S-, G2-, en M-fase. De eerste drie fasen vormen samen de zogenaamde interfase. Deze fase is de voorbereiding op een deling. In de M-fase vindt de deling plaats.
G1: in deze fase wordt de cel groter.
S(synthese): in deze fase worden de DNA-ketens verdubbeld. De identieke DNA-moleculen zitten aan elkaar d.m.v. een centromeer.
G2: in deze fasen worden de beide DNA ketens gecontroleerd.
Mitose
In de M-fase, oftewel in de mitose ontstaan uit de kern van de cel twee nieuwe kernen. Eerst rollen de DNA-ketens zich op. Je ziet ze nu als chromosomen. Ieder chromosoom bevat twee identieke helften, de chromatiden, die verbonden zijn door het centromeer. De beide centromeren in het midden splitsen bij de deling waardoor de chromatiden uit elkaar worden getrokken. Iedere chromatide krijgt een nieuw kernmembraam. Et Voila! Twee nieuwe kernen.
De echte deling
De echte deling vindt pas na de mitose plaats. Nieuw gevormde celmembranen brengen een scheiding aan tussen de beide kernen. Er ontstaan twee identieke nieuwe cellen.