Regels bieden een kind houvast en duidelijkheid en hierdoor ook veiligheid, omdat het kind weet wat er van hem of haar verwacht wordt, maar het kind ook weet wat het van de ouders kan verwachten. En deze duidelijkheid en veiligheid helpen het kind weer om het zelfvertrouwen op te bouwen.
Grenzen stellen kan moeilijk zijn. Soms luisteren kinderen niet. En soms houden ze zich niet aan de regels omdat die regels niet helemaal duidelijk voor ze zijn. Als u grenzen stelt, is het heel belangrijk om duidelijk te zijn. Uw kind moet precies weten wat uw niet goed vindt.
Wat zijn nu duidelijke manier om grenzen te stellen?
Tot de leeftijd van ongeveer anderhalf heeft het stellen van regels geen zin. Deze jonge kinderen begrijpen regels gewoonweg nog niet. Vanaf anderhalf tot drie jaar kunnen er wel regels gesteld worden, maar is het wel belangrijk om je als ouder te realiseren dat voor deze groep kinderen een regel enkel geld wanneer de persoon die de regel stelt er bij is. Het kind begrijpt echt gewoon nog niet dat de regel net zo goed geldt wanneer de regelsteller er niet bij is. Vanaf de leeftijd van ongeveer drie begint het kind dit wel te beseffen en is het kind in staat om meer zelf de regels te bewaken. Maar pas rond de leeftijd van zes jaar ontwikkeld een kind echt een eigen geweten. Tot die leeftijd houdt een kind zich aan regels omdat dit van hem of haar gevraagd wordt en het kind graag lief gevonden wil worden.
Het is ontzettend belangrijk om als ouder het goede voorbeeld te geven. Een kind als regel geven dat één snoepje in de middag voldoende is, is voor een kind moeilijk te accepteren wanneer de ouders wel meerdere chocolaatjes en koekjes bij de koffie nemen.
“Nee” zeggen
De eerste manier om grenzen te stellen, is om duidelijk ‘nee’ te zeggen. “Nee” zeggen als uw kind iets wilt of doet wat u niet goed vindt.
Hierbij is het belangrijk om consequent te zijn en te blijven: “nee” is echt “nee”. “Nee” alleen zeggen is niet genoeg, vertel daarbij ook waarom het niet mag. Pas als u verteld waarom u “nee” zegt, wordt dit duidelijk voor uw kind.
Vaak komt het voor dat kinderen toch nog een tijdje door gaan met hun gedrag. Ze doen dit om te kijken of u echt meent wat u zegt. Juist nu is het belangrijk om duidelijk en consequent te zijn.
Negeren
Kinderen kunnen dingen doen die niet mogen om zo uw aandacht te trekken. We noemen dit negatieve aandacht vragen. In zo een geval kunt u het beste niet reageren.
U kunt bijvoorbeeld iets anders gaan doen, de kamer uitlopen of de andere kant uitkijken.
Als u wel aandacht schenkt aan het negatieve gedrag, dan beloond u uw kind in zijn vraag naar negatieve aandacht en zal uw kind zo doorgaan.
Het negeren werkt alleen als u natuurlijk eerst heeft gezegd wat uw kind niet mag en vooral waarom dat niet mag.
Doet uw kind iets gevaarlijks? Dan spreekt het voor zich dat u wel moet reageren.
Apart zetten
Soms kunnen kinderen niet uit zichzelf stoppen met hun vervelend gedrag. In zo’n geval zult u moeten ingrijpen. Want daarmee voorkomt u dat de situatie uit de hand loopt.
In zulke gevallen heeft verbieden en negeren vaak weinig zin. Zet uw kind even apart (doe dit niet te lang) totdat het is afgekoeld. Vijf minuten op een ongezellige plaats is genoeg. Altijd zeggen waarom u dit doet, maar ga hierover niet met uw kind in discussie.
Straffen
Als alles niet werkt dan is straffen een mogelijkheid. U kunt uw kind straffen door iets leuks af te pakken. Ook hier weer altijd uitleggen waarom u straft en straf direct.
Straffen is natuurlijk niet leuk. Overdrijf de straf niet. Straf niet te vaak. Anders raakt uw kind eraan gewend en maakt het geen indruk meer, of je moet steeds zwaarder straffen.
Gebruik al deze manieren niet te vaak. Ze zullen dan dus niet meer werken. En ook moeten er niet te veel regels zijn. Wanneer de ouder enkel de hele dag bezig is met de regels en grenzen te bewaken is dit erg vermoeiend voor de ouder.
Een regel moet zinvol en haalbaar zijn. Het kind moet er iets van leren of de regels moeten het kind beschermen voor een gevaarlijke situatie. Een regel stellen die niet haalbaar is frustreert zowel de ouders als het kind.
Daarnaast is het ook belangrijk dat regels bij beide ouders het zelfde zijn. Wanneer iets van mama wel mag en van papa niet schept dit verwarring, maar krijgt het kind ook de mogelijkheid met regels te schuiven door enkel de ouder te vragen die toestemming geeft. Daarbij lopen ouders ook het risico tegen elkaar uitgespeeld te worden.
In de laatste plaats is het ook heel belangrijk dat de regel bij de ontwikkeling van het kind past. De regels moet niet te veel van het kind vragen, maar de regels moet het kind ook niet beperken in zijn ontwikkeling. Bij oudere kinderen kan het ook goed zijn de regels in overleg met het kind vast te stellen. Maar ook het karakter van het kind is van belang bij het stellen van regels. Het ene kind heeft veel meer duidelijkheid en regels nodig dan het andere kind.
Uw kind kan het gevoel krijgen dat het niets goed doet. Het is dus veel beter om aandacht te schenken aan de dingen die het wel goed doet. Het geeft hen zelfvertrouwen en voorkomt dat ze op een negatieve manier om aandacht gaan vragen. Wanneer een kind zich heel goed aan de regels houdt kunnen bepaalde regels ook wat versoepelt worden. Zo wordt het kind beloont en krijgt het het vertrouwen van de ouders. Ook voor een keertje van de regels afwijken kan een beloning zijn voor een kind, bijvoorbeeld een keertje een extra snoepje of later naar bed.