blog placeholder

Sinds enkele jaren kent het gebruik van waterpijp, of “sisha” een grote opmars in onze streken. Het roken van de waterpijp is een populaire vorm van ontspannen onder jongeren geworden. Het roken van de pijp is afkomstig uit het Midden-Oosten, waar men reeds 900 jaar het gebruik ervan kent. Het roken zelf is meer een sociaal iets, men komt niet samen om de waterpijp te roken, men komt samen om met elkaar de waterpijp te roken. Wat tevens een pluspunt is, is dat het roken een rustgevend en prettig gevoel geeft. De aanlokkelijke prijs van het hele gebeuren is ook een oorzaak van de opmars van de waterpijp. Hoewel het enkele jaren geleden minder bekend was, zal het roken van waterpijp binnen enkele jaren een ingebakken fenomeen zijn binnen de jongerencultuur en daarbuiten. Maar de gevaren en gevolgen die de waterpijp met zich meebrengt zijn minder bekend. Meestal heerst er een minimalisatie over de gevaren, onwetendheid of vaak worden bekendgemaakte resultaten gewoonweg verworpen. Deels is deze tegenstrijdigheid ook te danken aan het feit dat verschillende tabakproducerende bedrijven de gevaren van de pijp gaan onderzoeken. Compleet verrassend is het niet dat deze onderzoeken vaak een resultaat bekomen, dat lichtjes gekleurd is.

Om de gevaren in te schatten en te constateren moet men eerst weten hoe de waterpijp er in zijn geheel uitziet: Tabakschaal: hier wordt de tabak opgelegd. Bovenop het schaaltje wordt een laagje aluminium geplaatst waar men een kooltje( 33mm diameter) oplegt om het rookwaar te verbranden. Glazen reservoir : het reservoir wordt gevuld met water. Via een metalen buis kan de rook aangemaakt door het brandende kooltje aangezogen worden door een slang. De rook wordt in het water gezogen via de metalen staaf. De luchtbellen met rook erin, barsten open aan het oppervlakte van het water, waardoor de vrijgekomen rook kan worden ingeademd via de slang. Een gemiddelde waterpijp sessie duurt 40 tot 60 minuten, waarbij men gemiddeld 50 tot 200 maal inhaleert en per trek een 0.15 tot 0.50 liter rook binnenhaalt. De onderzoeken die zijn gedaan naar de gevaren van de pijp, hebben zich gebaseerd op deze cijfers. De tabak die men in het schaaltje plaatst is fruittabak. Deze bestaat in zeer veel verschillende smaken( van appel tot opiumsmaak)

 

De gevaren van het roken van de pijp zijn zwaar onderschat. Omwille van het feit dat de rook via het glazen reservoir passeert, is men geneigd aan te nemen dat de rook “gezuiverd” wordt in het water. Dit is deels waar: het water zuivert de rook, maar slechts in heel geringe mate. Tevens zorgt het water in het reservoir ook dat de warme rook verkoeld geraakt. Hierdoor kan men veel meer rook inhaleren zonder pijnlijke en remmende effecten, zoals het geval is bij een sigaret, en dit geeft een vals gevoel van veiligheid. Gevolg is dat men meer en langer aan de pijp kan blijven trekken, zonder effectief zeer te krijgen aan de keel of longen. Vandaar dat de roker beduidend meer rook inhaleert dan bij een sigaret het geval is. Een andere grote boosdoener is het smeulende kooltje. Het smeulende kooltje ligt op een laagje aluminium dat slechts voorzien is van enkele, kleine gaatjes waardoor de lucht diffundeert. Het smeulende kooltje verbrandt de tabak in het schaaltje. Zowel het kooltje als de tabak ondergaan een onvoldoende verbanding: er is te weinig zuurstof aanwezig om de verbanding van zowel het kooltje als de tabak voldoende te laten verbranden. Er wordt bij de onvolledige verbranding koolstofmonoxide geproduceerd in de plaats van koolstofdioxide, wat het geval zou zijn bij een volledige verbranding. Bij studies is aangetoond dat rokers van waterpijp enorm veel meer koolstofmonoxide in hun bloed bevatten dan rokers van een gewone sigaret. Het equivalent van één uurtje waterpijp roken is gelijk aan een slordige 100 à 200 sigaretten bleek uit de tests. Uit de tests bleek ook dat de concentratie koolmonoxide bij de waterpijprokers vier keer hoger lag dan bij de sigarettenrokers. Dit hoger gehalte is ook weer te danken aan het feit dat men meer rook binnenkrijgt door het water dat de rook koelt. De affiniteit waarmee de haemogblobine in het bloed de koolstofmonoxide zal opnemen is 140 maal groter dan de affiniteit voor zuurstof. Bij deze opname komen vergiftigingsverschijnselen voor: hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid en vermoeidheid. Tevens uitgaand van dit feit loopt het hoger gehalte aan schadelijke stoffen parallel aan het hoge koolstofmonoxide gehalte. De waterpijproker neemt veel meer teer op dan de sigarettenroker. Teer is een product dat ontstaat bij het verhitten van plantaardig materiaal ( in dit geval de tabak en het kooltje). Teer is een giftig en kankerverwekkend product. Ook zijn er andere gifige stoffen teruggevonden zoals arseen, chroom en nikkel en lood. Arseen wordt gebruikt in ratten vergif en is extreem giftig. Chroom is irriterend voor de huid en kan kankerverwekkend zijn. Nikkel is in poedervorm carcinogeen: bij contact kan dit kankerverwekkend zijn. Nikkeltetracarbonyl (Ni(CO)4) is een extreem giftig gas en metallisch nikkel kan allergische reacties opwekken. Wanneer men langere tijd aan lood wordt blootgesteld wordt de kans op hersenbeschadiging vergroot. Dit kan bijvoorbeeld lijden tot dementie. Ook hier moet weer worden gezegd dat het water in het reservoir deze zware metalen voor een gering deel tegenhoudt, dit blijkt uit een onderzoek welke stoffen het water bevatte na een rooksessie. Het water belemmert vooral de opname van nicotine, de stof die verslavend werkt, maar voornamelijk verdooft. De roker die het gewenste effect van de nicotine wil voelen, zal dus meer en dieper moeten inhaleren om zijn verdoving te voelen. Let wel: hierbij wordt de opname van de niet of zeer geringe gefilterde schadelijke bestanddelen niet belemmert, die dan ook veel hoger zal zijn. Ook nicotine is giftig voor de mens, en wordt in pesticide gebruikt. Een sigaar bijvoorbeeld, bevat genoeg nicotine om een kind te vergiftigen, met de dood tot gevolg, indien het kind de sigaar zou opeten. Uiteindelijk komen deze giftige stoffen, behalve dan de koolstofmonoxide, nog in tamelijk geringe proporties voor, maar jarenlang waterpijp gebruik heeft zeer negatieve gevolgen voor de roker, net zoals bij sigarettenrokers. Onderzoek constateerde dat “verstokte” waterpijprokers veel meer kans hebben dan de gemiddelde roker op kanker aan de mond, keel, lip, long en de blaas. Verassend is niet dat is vastgesteld dat de longfunctie van de roker zwaar is aangetast. Een ander voor de hand liggend gevaar is de verspreiding van bacteriële infectieziektes via het mondstuk van de slang. Bacteriën en virussen die doorgegeven worden via de luchtwegen en die leiden tot ziektes zoals tuberculose of longontsteking zien natuurlijk de kans zich te kunnen verspreiden via het hele gebeuren.

 

Het gerucht dat het roken van de waterpijp minder schadelijk dan het roken van sigaretten is dus absoluut fout. Tot nu toe bestaan er ook geen enkele toepassingen die de schadelijke stoffen weren of kunnen verwijderen uit de waterpijp. Wel bestaan er varianten van tabak met minder nicotine. De gouden raad is en blijft natuurlijk, net zoals bij roken: beter voorkomen dan verhelpen.