Brains 4 Use
Brains 4 Use is een gedragsinterventie voor jongeren die zijn opgenomen in een justitiële jeugdinrichting en heeft als doel het verminderen van de kans op recidive door het terugdringen van drugs- en alcoholgebruik. Daarnaast vermindert Brains 4 Use de kans op uitval uit school of werk als gevolg van middelengebruik en voorkomt het schadelijke gevolgen voor het sociaal-emotioneel welbevinden en de gezondheid van de jongeren. De interventie maakt gebruik van cognitief gedragstherapeutische principes en van het transtheoretische model van Prochaska en DiClemente. Het individuele programma bestaat uit 12 wekelijkse gesprekken, met een mogelijke uitloop voor bijzondere doelgroepen.[1]
1. Het interventieprogramma Brains 4 Use richt zich op symptoombestrijding in plaats van aanpak vanuit de bron
Het Brains 4 Use programma wil de drugsmisbruik bij jongeren in justitiële inrichtingen verminderen, door middel van bewustwording van wat drugs met je doen, de gevolgen van drugs bij te brengen, intensieve monitoring door middel van 2-weekse urinetesten, 12 wekelijkse gesprekken, peer-education en een straf- en beloningssysteem.[2] Hiermee wordt het gebruik van drugs slechts tijdelijk verminderd. Wat er echter wordt vergeten, is waarom deze adolescenten de drugs gebruiken, wat de aanleiding is voor hun drugsmisbruik, en hoe ze in deze situatie terecht zijn gekomen. Aan de oorzaak van de problemen wordt volledig voorbijgegaan. Doordat de bron van de problemen mijns inziens volledig wordt overgeslagen, is de kans op recidive groot wanneer ze weer in hun eigen omgeving zijn met alle gevaren van dien.
2. Het is onterecht dat Brains4Use als erkende interventie wordt gebruikt
In 1999 begon het onderzoek naar de effectiviteit van Brains4Use. Het duurde een jaar jaar om het programma in elkaar te zetten, een boekje “how to stop” in elkaar te zetten en de stafleden en deelnemers cursussen te geven met informatie over het programma. Het programma ging van start in januari 2000, en was afgelopen in mei 2001. Uit dit onderzoek zijn goede resultaten naar voren gekomen. Zo is 50% van de jongeren gestopt met drugs gebruiken, en gebruikt 30% minder drugs. Dit zijn echter de resultaten van mei 2001.[3] Er is geen longitudinale studie gedaan naar de lange termijn effecten van het interventieprogramma. Naar mijn mening kan de interventiemethode pas effectief genoemd worden nadat de lange termijn effecten van het programma bekend is. Het kan niet zo zijn dat een interventieprogramma wordt erkend voordat deze wetenschappelijk onderzocht zijn.[4] Voordat dit is onderzocht voldoet het nog niet aan de kwaliteitscriteria van de erkenningcommissie. De interventie weliswaar goede resultaten op korte termijn, maar op langere termijn is nog niets bekend. De interventie voldoet naar mijn mening nog niet aan het vierde criteria inhoudt dat de (behandel)methoden die toegepast worden aantoonbaar effectief of veelbelovend moeten zijn.
Tevens is van belang dat bij een goede interventie ‘het gezin in’ wordt gegaan. Dit is bij deze interventie niet het geval want er wordt toegespitst op de adolescent en de begeleider. De omgeving wordt niet meegenomen tijdens de interventie.[5]
3. De theoretische onderbouwing van het interventieprogramma is ondermaats.
Het programma Brains 4 Use is gebaseert op het transtheoretische model van Prochaska en Diclemente.
In het transtheoretisch model, ook wel stages of change model genoemd, is de insteek de mate
waarin mensen gemotiveerd zijn om hun gedrag binnen een bepaalde termijn te veranderen.
Er worden verschillende stadia van (gedrags)verandering onderscheiden:
– een voorbeschouwingfase (waarin men zich nog niet bewust is van een probleem en niet
overweegt om zijn gedrag te veranderen) (precontemplation);
– een overpeinzingfase (waarin men de voor- en nadelen afweegt en overweegt om (binnen zes maanden) het gedrag te veranderen (contemplation); een voorbereidingsfase (waarin men zich voorneemt om (binnen een maand) wat aan het gedrag te doen) (preparation); · een actiefase (waarin men het nieuwe gedrag vertoont) (action);
– een fase van gedragsbehoud waarin men het nieuwe gedrag (al zes maanden) heeft volgehouden (maintenance). [6]
Het tweede criterium van de erkenningcommissie luidt als volgt:
Theoretische onderbouwing
de gedragsinterventie is gebaseerd op een analyse van het delictgedrag en een expliciet veranderingsmodel waarvan de werking wetenschappelijk is aangetoond.[7]
Echter, op het model van Prochaska en Diclemente is veel kritiek te vinden, en de wetenschappelijke werking ervan is omstreden. Een van die kritieken is dat er wel cross-sectioneel onderzoek is gedaan naar de werking van het model, maar dat longitudinale effectiviteit ontbreekt.[8] Longitudinale data zouden meer evidentie geven voor de werking en geldigheid voor het model.
Een tweede kritiekpunt is dat er weinig evidentie is voor de effectiviteit van de stage-based interventies als basis voor gedragsverandering. Dit zijn resultaten uit een onderzoek uit 2005 met 37 controlegroepen.[9] Verder kan als kritiek op het model worden aangevoerd dat er vanuit wordt gegaan dat adolescenten in staat zijn om voor zichzelf een stabiel coherent plan met fases kunnen volgen, wat in werkelijkheid niet zo is en dat er te rigide grenzen worden getrokken tussen de verschillende fases binnen het model.[10]
Al met al zijn er vele kritieken te vinden op het model, en staat mijns inziens de wetenschappelijke onderbouwing voor het model onder grote druk. Hierdoor voldoet het interventieprogramma Brains 4 Use niet aan het tweede criteria van de erkenningcommissie, en zou het dus niet erkend mogen worden en zonder meer toegepast bij adolescenten in een justitiële inrichting.
Bronnen:
[1] www.nji.nl http://www.nji.nl/smartsite.dws?id=114021&recordnr=456&setembed=
[2] Henny lodewijks, Brains 4 Use – an addiction programme for youth in a juvenile justice institution
van: http://www.rentray.nl
[3] Henny lodewijks, Brains 4 Use – an addiction programme for youth in a juvenile justice institution
van: http://www.rentray.nl
[4] hoorcollege dhr Slot, kinderen met delinquent gedrag: residentiele zorg, 23 september 2009
[5] hoorcollege dhr Slot, kinderen met delinquent gedrag: residentiele zorg, 23 september 2009
[6] Prochaska, J.O., Redding, C.A., Evers, K.E. (2002). The transtheoretical model and stages of change. In: K. Glanz, B.K. Rimer, F.M. Lewis et al (red.), Health behaviour and health education: theory, research and practice, 3rd edition, (pp. 99-120). San Francisco, CA: Jossey-Bass.
[7] http://www.justitie.nl/onderwerpen/criminaliteit/erkenningscommissie/kwaliteitscriteria
[8] Sutton S. Back to the drawing board? A review of applications of the transtheoretical model to substance use. Addiction 2001 Jan;96(1):175-86. Accessed 2009 Mar 19.
[9] Bridle C, Riemsma RP, Pattenden J, Sowden AJ, Mather L, Watt IS, Walker A. Systematic review of the effectiveness of health behavior interventions based on the transtheoretical model. Psychol Health 2005;20:283–301. Accessed 2009 Mar 18.
[10] West R. Time for a change: putting the Transtheoretical (Stages of Change) Model to rest. Addiction 2005 Aug;100(8):1036-9. Accessed 2009 Mar 19.