Deze tekst is een samenvatting van het leven van Keizer Augustus, ook wel bekend als Octavius. Hij leefde in de oudheid en was het “achter” neefje van Julius Caesar.
Deze keizer was geboren in 63 v. Chr. als zoon van Octavius en Atia. Zijn naam was toen Octavius. De moeder van Octavius, Atia, was de nicht van Julius Caesar. Octavius wist de aandacht van Caesar te trekken, ook toen hij klein was, door zijn kwaliteiten te tonen.
Toen Caesar in 44 v. Chr. overleed, veranderde er veel voor Octavius. In het testament van Caesar stond dat hij Octavius als zijn zoon had geadopteerd. Daarbij kreeg hij een andere naam, vanaf nu heette hij Gaius Julius Caesar Octavianus.
Vlak na de dood van Caesar was de machtsstrijd begonnen. De plek van Caesar moest vervuld worden, er moest een nieuwe leider komen, wat in eerste instantie tijdelijk bedoeld was. Er streden 3 mannen om deze plek, namelijk: Octavianus, Marcus Antonius (de rechterhand van Caesar) en Lepidus (een generaal van Caesar). Deze mannen vochten een aantal keren, maar uiteindelijk besloten ze om samen een driemanschap te vormen, een driemansdictatuur. Samen namen zij wraak op de moordenaars van hun grote leider, Caesar. Toen ze hen hadden verslagen in de slag van Philippi, verdeelden ze het rijk. Antonius kreeg de oostelijke provincies en Gallia en Octavianus kreeg de overige westelijke provincies. Lepidus kreeg Noord-Afrika, maar al snel werd hij gedumpt door de andere twee en hoorde hij er niet meer bij.
Nu alles klaar was en goed was geregeld, ontstond er rivaliteit tussen Antonius en Octavianus. Om dit te verhelpen trouwde Antonius met Octavia, de zus van Octavianus. Maar Antonius was niet trouw en trouwde zelfs met een andere vrouw, Cleopatra, de koningin van Egypte. Dit was een schande voor het hele Romeinse Rijk. Octavianus maakte hier gebruik van en in de slag bij Actium versloeg hij deze twee. Octavianus veroverde Egypte en liet hij het zoontje van Caesar en Cleopatra vermoorden zodat hij geen last had van concurrentie.
Zo werd Octavianus alleenheerser over een groot rijk. De senaat wist dat Octavianus veel te machtig en te rijk was, dus gaven zich over. Hij werd benoemd tot Augustus, de ‘Verhevene’. Hiermee begon het Principaat (Keizerrijk). De Republiek bleef wel behouden, maar betekende verder niet veel bij het nemen van beslissingen, er was nu maar één man aan de macht die het voor het zeggen had, Augustus.