Thomas Acda en Paul de Munnik vormen al zo’n twintig jaar een duo. Al op de Kleinkunstacademie in Amsterdam werkten ze samen, mede omdat ze de enige jongens in hun klas waren. Ze ontmoetten elkaar tijdens de audities voor diezelfde school, waarbij Thomas werd aangenomen op de Toneelschool en Paul naar de Kleinkunstacademie ging. Na een jaar kreeg Thomas het advies van Ruut Weissman (directeur van de school) om toch maar de Kleinkunstacademie te gaan. Hij kwam bij Paul in de klas en de rest is geschiedenis. Maar welke geschiedenis? Lees en huiver…
Voorgeschiedenis
Thomas Acda
Thomas groeit op in De Rijp. Op de middelbare school in Purmerend heeft hij geen idee wat hij later wilde worden. Zijn decaan kreeg een folder van de bovengenoemde academie en stuurt hem min of meer naar de audities. De zestienjarige Thomas voelt zich in eerste instantie niet bepaald thuis tussen de serieuze, volwassen studenten en besluit een lerarenopleiding te volgen. Hierna gaat hij toch maar naar de Toneelschool. Thomas’ eerste optreden is met zijn band “All About Eve” in het voorprogramma van Claw Boys Claw. Als hij uit dit eerste bandje stapt, besluit hij gitaar te leren spelen. Thomas is in die tijd erg fan van zwarte muziek. Hij richt het bandje “Herman en Ik” op, samen met David Middelhoff. Dat bevalt hem ook niet echt, omdat hij heel graag wil dat mensen de teksten horen. Dat ze in de zaal zitten en luisteren naar wat je hebt gemaakt. Dat vindt hij in de kleinkunst.
Paul de Munnik
Als kind is Paul helemaal gek van de muziekfilm “Grease”. Dit tot grote ergernis van zijn oudere broers, die het enorm kinderachtig en nep-rock&roll vonden. De gebroeders De Munnik staan in die tijd in Dronten bekend als langharige kwajongens. Ze hebben in hun jeugd de nodige kattenkwaad uitgehaald. De kleine Paul is zelfs van de lagere school afgestuurd. De muzikale ambitie heeft hij niet van een vreemde: Zijn moeder was operettezangeres en zijn vier oudere broers waren ook erg muzikaal. Op de middelbare school maakt Paul veel muziek: hij zingt en begeleidt zich op piano. Hij speelt in bandjes als ‘Escape of Search’ en ‘Strappin’ Charles’. Na de middelbare school doet hij een conservatoriumopleiding, in eerste instantie met als doel concertpianist te worden. Op aanraden van een vriendin doet hij auditie voor de Kleinkunstacademie en wordt aangenomen. Joost Prinsen heeft eens gezegd dat hij Paul eigenlijk nooit iets heeft hoeven leren. Hij was volgens hem een geboren kleinkunstenaar. Paul was in die tijd helemaal gek van de muziek van Bram Vermeulen. Zoals Paul zelf zei: “Ik was een adept”. Een droom komt voor hem uit toen hij van Ruut Weissman moet samenwerken met zijn grote held in het theaterprogramma “Alleen”.
De Kleinkunstacademie
Op school vormen de twee al snel een duo. Tijdens de audities zien ze elkaar voor het eerst. Paul draagt een bruine pyjamabroek, omdat men hem gevraagd had een broek aan te trekken waarin zijn knieën goed te zien zouden zijn. Volgens Thomas is dat prima gelukt: “En je kunt meteen door naar de audities voor Robin Hood!” Het gebouw van de academie aan de Keizersgracht heeft een kelder, waar een vleugel staat. Hier maken ze voor het eerst samen muziek. Thomas mag van Paul niet aan de piano komen: dat is zijn territorium.
Na een jaar komt het duo in spe bij elkaar in de klas, waar overigens ook onder andere Plien en Bianca en Ellen ten Damme in zitten. De heren maken kleine programmaatjes. Hun eerste theaterprogramma heet: “Waarom zweeg Sam?” In 1993 wordt de Pissuise-prijs (aanmoediging voor veelbelovend talent) voor het eerst aan een duo uitgereikt: Acda en de Munnik. Ze krijgen die prijs voor hun afstudeerproject “Spectacle Coupé”. Thomas speelde tijdens zijn studie in de televisieserie “In Voor en Tegenspoed” en zong in de band “Herman en ik”. Paul houdt zich voornamelijk bezig met jeugdtheater.
Ieder zijns weegs
Na de studie werken ze tijdelijk aan hunsolocarrière. Thomas speelt met “Herman en Ik”, acteert in “In Voor- en Tegenspoed”, “Richting Engeland”, “Pleidooi”, “Help” en “Een Galerij”. Bovendien is hij lid van de cabaretredactie van het televisieprogramma Spijkers. Én is hij een van de panelleden van “Dit Was Het Nieuws” (met Harm Edens en Raoul Heertje). Alsof dit alles nog niet genoeg is krijgt hij de Wim Sonneveldprijs (op het Amsterdam Kleinkunst Festival) en de AVRO’s Belofteprijs voor zijn nummer “Zitten Voor De Blues Deel III”. Paul stort zich nog steeds op het jeugdtheater “Wederzijds” en verzorgt elke week een column bij Radio Noord-Holland. Bovendien is hij docent kleinkunst bij de Delftse komedie en explicateur bij het filmmuseum in Amsterdam.
Opnieuw samen: de doorbraak
Het duurt tot 1995 voordat de twee weer samenwerken. Ze maken hun eerste avondvullende theaterprogramma “Zwerfon”, dat het eerste van een drieluik zal blijken te zijn. Dit kleinkunstprogramma wordt overigens gemaakt in samenwerking met bassist en gitarist David Middelhoff (ook uit “Herman en Ik”), de stille nummer drie van het duo Acda en de Munnik. Het programma wordt geregisseerd door Ruut Weissman en is geïnspireerd op het boek “On the Road” van Jack Karouac. Het gaat over twee jongens die besluiten te gaan zwerven, maar uiteindelijk toch weer thuis komen, een thema dat we in de toekomst nog vaker terug zien komen. Tot hun eigen verbazing wordt de voorstelling populair door mond-tot-mond communicatie van het enthousiaste theaterpubliek. Vooral de liedjes doen het erg goed. Dat valt ook platenmaatschappij Sony Music op, die hen vraagt een demo in te sturen. Thomas en Paul besluiten in hoogsteigen persoon naar het kantoor van de maatschappij te gaan om te laten horen wat ze in huis hebben. Op 10 februari 1997 komt hun debuutalbum uit: “Acda en de Munnik”. De cd verkoopt nauwelijks. Een half jaar later wordt het album opnieuw uitgebracht, nu met een extra cd met opnames van één van hun optredens. Bovendien worden er drie singles uitgebracht, ook ditmaal zonder veel succes. Thomas speelt in de films “Het Belang van de Staat” en “All-Stars”. Voor die laatste wordt het nummer “Als het Vuur Gedoofd Is” van Acda en de Munnik voor de soundtrack gebruikt.
In mei 1998 komt hun single “Niet of Nooit Geweest” uit. Het wordt een ware hype en een grote zomerhit, mede dankzij radiopresentator Jack Spijkerman. Deze liet het nummer regelmatig horen in zijn radioprogramma “Steen en Been Show” op radio 3. Tevens betekent het de doorbraak voor het duo en komt hun eerste album, waar het nummer niet eens opstaat, bereikt nummer één in de hitlijsten. Zowel de single als het album worden platina.
Inmiddels zijn Thomas en Paul bezig met hun tweede theaterprogramma: “Life is what happens to you while you’re busy making other plans – John Lennon”. Met de liedjes uit deze voorstelling wordt een tweede cd gemaakt: “Naar Huis”. Alleen al door de grote hoeveelheid voorbestellingen wordt het album goud. Uiteindelijk wordt het dubbel platina. Hoewel “Niet Of Nooit Geweest” de enige echte hit van Acda en de Munnik is, zijn ze een van de succesvolste Nederlandse bands als je kijkt naar de voorverkoop. Op album zijn naast Thomas Acda, Paul de Munnik en David Middelhoff ook Diederik van Vleuten op toetsen en Kasper van Kooten op drums te horen. Met deze band start ook een concerttour genaamd “Op Voorraad”. Er volgt een live-album met dezelfde naam en een extra cd “In De Orangerie” met daarop een samenwerking met Jean ‘Toots’ Thielemans (“Lena”). Van het album “Naar Huis” worden nog twee kleine hits gehaald: “Laat me Slapen”, waarvan de videoclip in New York geschoten werd en “Het Regent Zonnestralen”, met een videoclip waarop onder andere zangeres en actrice Ricky Koole te zien is. Nog steeds doen de heren dingen afzonderlijk. Thomas zingt het duet “Heel Even” met Lucretia van der Vloot op haar debuutalbum en is te zien in de jeugdfilm “Madelief, Krassen op het Tafelblad”. Paul schrijft op zijn beurt drie nummers voor het debuutalbum van Antonie Kamerling. Acda en de Munnik ontvangen samen een Zilveren Harp en voor “Niet of Nooit Geweest” de Pall Mall Export Prijs. In 1999 krijgen ze uit handen van Raoul Heertje een Edison in de categorie Kleinkunst en Popmuziek. Samen met de bands “De Dijk” en “Van Dik Hout” geven ze een uitverkocht (10.000 man) concert, waarbij ze ook afscheid nemen van Kasper van Kooten als hun vaste drummer. Die laatste gaat zich storten op een solocarrière als acteur, cabaretier en muzikant. Dave van Beek (uit de band van Karin Bloemen) zal zijn plaats innemen. In 1999 speelt Thomas in de televisieserie “All Stars” (waarvoor Acda en de Munnik ook het nummer in de leader maken) en in 2000 speelt hij de rol van agent Franco in de film “Lek”.
De Poema’s
“De Poema’s” is een muzikaal samenwerkingsverband tussen Acda en de Munnik en Van Dik Hout dat in 1999 ontstaat. Op het album “Naar Huis” is het nummer “Zitten voor de Blues” te horen. In het begin laten de leden het in de media lijken alsof hier sprake is van een reünie van een jeugdband, waar vroeger ook Paul de Leeuw deel van uit zou hebben gemaakt. In de video-clip bij het nummer “Mijn Houten Hart” wordt het verhaal uitgelegd door diverse ‘ooggetuigen’. Dit laatste nummer is ook de grootste hit van de formatie. In 2003 komt hun eerste en gelijk ook laatste album uit “Best of De Poema’s”, waarmee ze verklaren te stoppen in deze formatie. Er worden vier uitverkochte afscheidsconcerten gegeven in de Heineken Music Hall in Amsterdam. In 2006 komen ze eenmalig weer bij elkaar tijdens twee concerten op Javaeiland in Amsterdam waar naast ons duo en Van Dik Hout ook De Dijk te zien is.
Terug naar 2000
Want in dat jaar gaat het duo weer het theater in met het derde theaterprogramma “It’s only cabaret but I like it”, met daarop volgend het album “Hier zijn”. Van dit album komen de hitjes “De Kapitein deel 2 (beter bekend als “CD van jou, CD van mij”) en “Verkeerd Verbonden”, waarvan de clip geschoten wordt in California. In 2001 geven de heren een concert met het Metropole Orkest, dat opgenomen wordt voor Radio 2 en waarvan enkele nummers op een cd zijn verschenen. Een jaar later verschijnt een bundeling in boek- en cd-vorm van hun drie theaterprogramma’s onder de naam “Trilogie”. Er verschijnt ook een boek met bladmuziek van enkele van hun nummers. Bovendien gaat op 19 maart 2002 de voorstelling “Trilogie” in Carré in première, waarbij de hoogtepunten uit hun voorgaande programma’s worden getoond. De single “Ren Lenny Ren” wordt groots uitgebracht en is onderdeel van het album “Groeten uit Maaiveld”. Dit is het eerste album met liedjes die niet uit een theaterprogramma komen. Bovendien is het geproduceerd door muzikant en producer JB Meijers, die dan ook in de band van Acda en de Munnik zit. Als je goed zoekt, hoor je misschien de hidden track. Het album verkoopt goed, evenals de single. Ook dit album wordt weer goud. Daarnaast wordt de titelsong “Groeten uit Maaiveld” uitgebracht, wat ook redelijk succesvol bleek. Bij het album zit een dvd met een liveoptreden in openluchttheater Caprera in Bloemendaal. Na deze cd ontvangt het duo een Gouden Harp. Er komt ook een live-dvd uit met een optreden uit de tour die bij “Groeten uit Maaiveld” hoorde. Op de benefiet-cd “Hoop!” staat tevens een exclusief nummer van de heren, een vertaling van Bob Dyllans “Times they are a changing”: “Morgen wordt alles anders”.
In 2004 krijgt Thomas een lumineus idee tijdens een vakantie in Frankrijk. Hij wil een rock-opera gaan maken en uitvoeren. Het krijgt de naam “Ren Lenny Ren!”: ‘Een rockopera over verlangen, over verlies en de moed die ervoor nodig is daarmee om te gaan. Over inspiratie. Over de liefde’ (bron: dvd-hoes). Ruut Weissman werpt zich op als regisseur en de toneeltekst wordt geschreven door Rob de Graaf. In het stuk zullen Thomas en Paul te zien zijn, evenals Frank Lammers, Marleen Stoltz, Ross Curry, Alexandra Alphenaar, Carolien Borgers, Nathalie Edwardes, Freek Wouters en de vaste band. Het eerste half jaar zal Bracha van Doesburg te zien zijn in de rol van vriendin van Paul, het tweede half jaar is dat Carice van Houten. Het stuk gaat over twee bekende muzikanten (Thomas en Paul) die nummers gaan schrijven voor Lenny, een beginnend muzikant. Dit doen ze op advies van hun manager, die daar zelf nog het meest baat bij lijkt te hebben. Aanvankelijk lijkt alles goed te gaan, maar schijn bedriegt… Vooraf aan de tour wordt het album “Liedjes van Lenny” uitgebracht, met een dvd met enkele optredens en de eerste beelden van “Ren Lenny Ren”. In hetzelfde jaar speelt Thomas een hoofdrol in de film “In Oranje” (regie door Joram Lürsen) waarin tevens een nummer van Acda en de Munnik is te horen: “Vandaag ben ik gaan lopen”. De film wint nationale en internationale prijzen. Paul werkt op zijn beurt mee aan de film “Simon” (regie door Eddy Terstal): hij componeert de muziek. Ook deze film wint diverse prijzen.
In november 2005 brengen de heren een compilatiealbum uit genaamd “Adem”, waarop liedjes staan die ze zelf het mooiste vinden, inclusief vier nieuwe nummers. “Op Voorraad III, Jaren Ver Van Hier” is het muziekprogramma waar ze in 2006 mee langs een beperkt aantal theaters en poppodia gaan. Ze worden weer begeleid door de vaste band. Hierna gaat het duo tijdelijk uit elkaar.
Ieder zijns weegs, deel 2
Paul de Munnik maakt in 2007 samen met Kees Prins (Jiskefet) en JP den Tex (singer-/songwriter) een muzikaal theaterprogramma met de naam “Op Weg Naar Huis”. Het is een verzameling Nederlandstalige nummers van eigen hand en vertalingen van enkele van hun helden, zoals Neil Young en Tom Waits. De nummers en monologen hebben als gemeenschappelijk thema het verlangen om op weg te zijn, maar tegelijkertijd thuis te willen komen. Paul speelt in de voorstelling naast piano ook gitaar en accordeon. Er wordt een studio-album bij de show uitgebracht onder dezelfde naam. Een jaar later komt ook een dvd en een live-cd uit. Op 11 oktober verschijnt het boek “Bram Vermeulen: Ik heb een steen verlegd”, een boekje met teksten van Bram, samengesteld door Paul. Bij het boekje zit ook een cd met opnames van Paul die liedjes van Bram zingt en een duet tussen de twee: “Rode Wijn”.
Thomas Acda is te zien in de film “Alles is Liefde” (regie door Joram Lürsen) en voor deze rol ontvangt hij een Rembrandt Award. Ook speelt hij een rol in “De Scheepsjongens van Bontekoe” (Regie door Steven de Jong).
Wederom bij elkaar
In 2007 brengt het duo weer een nieuw album uit: “Nachtmuziek”. Deze cd staat vol nummers die, in tegenstelling tot de voorgaande, niet zijn geschreven voor een band. De moeilijke tijd die Thomas heeft doorgemaakt na zijn scheiding is goed terug te horen in de muziek. De liedjes zijn met opzet klein gehouden, zodat ze door Thomas, Paul en David in het theater uitgevoerd zouden kunnen worden. En dat gebeurde dan ook in de cabaretvoorstelling “Acda en de Munnik Spelen”. In deze show repeteert het duo voor een nieuwe voorstelling. Er is echter één probleem: Thomas wil zijn huis niet meer uit. Daarom laat Paul maar een piano bij zijn vriend bezorgen om bij hem thuis te repeteren. Zo probeert hij zijn kompaan op te beuren. Vriendschap staat in deze voorstelling centraal.
Twee jaar later komen de twee weer met een nieuw album, getiteld “Jouw Leven Lang Bij Mij”. Het heeft duidelijk een andere sound dan andere albums. Het is dan ook gemixt door Ken Stringfellow. Deze cd is hoorbaar vrolijker dan zijn voorganger en komt binnen op nummer twee in de hitlijsten. In 2009 speelt Thomas ook in de film “Lover of Lozer” (regie door Dave Schram). Acda en de Munnik schreven een nummer voor de film, “Eva”, dat in de film uitgevoerd wordt door hoofdrolspelers Martijn Lakemeier en Lucas Hamming. Zowel de versie van deze twee acteurs als die van Acda en de Munnik wordt op single uitgebracht. Die laatste heeft het meest succes, mede door een actie die verbonden was aan het liedjesprogramma “Ode”, waarin oude en nieuwe nummers met band gespeeld worden. De actie houdt in dat het publiek na afloop van de voorstelling via sms hun favoriete nummers van die avond kunnen bestellen. Ze krijgen er dan de single “Eva” bij. Op dinsdag 9 februari 2010 treedt het duo wederom op met het Metropole Orkest in het Concertgebouw Amsterdam. Ook van dit optreden zijn de nummers via sms te bestellen. Begin 2010 is Thomas in enkele afleveringen te zien in de politieserie “Flikken Maastricht”. Zowel in 2009 als in 2010 is Paul de Munnik te zien in een kleinschalige clubtour met een “Tribute to Van Morrison”, waarin hij samenwerkt met muzikanten als uit diverse bekende bands.
In 2011 gaat Thomas Acda zijn eerste film, genaamd “TXT”, regisseren. Hij heeft het script ook geschreven en bedacht tijdens een workshop scenarioschrijven in New York, die hij in 2007 gevolgd heeft. Ook zal begin 2011 waarschijnlijk een liedjesprogramma komen, genaamd “Ode II”. Thomas Acda zal eveneens te zien zijn in de dramaserie “Penoza”.