blog placeholder

Inleiding

U heeft een kind dat ander gedrag vertoont dan andere kinderen. Vaak hoofdpijn, is onrustig, problemen met haren wassen, wil vaak niet mee doen aan spelletjes, is laat met allerlei normale zaken zoals fietsen, lopen, hinkelen, praten, moeite met leren.

Heeft u wel eens van KIDD gehoord? KIDD staat voor Kopgewrichten Invloed bij Dyspraxie en Dysgnosie.

  • Dyspraxie is een stoornis bij het goed verwerken van informatie wat leidt tot problemen bij motoriek.
  • Dysgnosie is een stoornis in de kennisontwikkeling. 

Indien u een kind heeft wat een niet of niet voldoende behandeld KISS verleden heeft, wordt het vanaf de peuterleeftijd KIDD genoemd. Dit kan behandeld worden door een manueel therapeut i.c.m. kinderfysiotherapie en soms is ook een kinderpsycholoog bij de behandeling betrokken.

Een zwitserse kinderarts heeft een groep ADHD-kinderen onderzocht en daaruit bleek dat 80% van de gevallen een KISS verleden heeft doorgemaakt (al dan niet behandeld). Steeds terugkerende controle door een manueel therapeut is dus heel belangrijk.

Symptomen

  • Balanceren, fietsen, steltlopen, voetballen worden moeilijk geleerd
  • Door deze onzekerheid hebben deze kinderen hoogtevrees en ontlopen ongewone situaties
  • Slechte coördinatie maakt ze lomp, ongeschikt voor spel (voetballen) ze zijn lomp en “stom”
  • Het kind wordt door volwassenen negatief bejegend en door speelkameraadjes geplaagd
  • T.g.v. de slechte ruimtelijke orientatie zal het kind slecht horen, waardoor de slechte concentratie ontstaat.Het uitfilteren van onbelangrijke geluiden lukt niet goed
  • Het is een kleine stap van de ruimtelijke orientatie naar “getallenbeleving”. De verhoudingen van de getalswaarden vormen een groot probleem voor KIDD-kinderen, er kan sprake zijn van rekenstoornissen.
  • Als voor een volwassene de kleine dagelijkse bezigheden mislukken, dan is dat frusterend en maakt de mens prikkelbaar; kinderen des temeer. Zij reageren spontaan, ongeduldig en agressief.
  • De waarnemingsstoornissen vormen een beperking voor het aanleren van de emotionele reacties, de kunst om de signalen van de medemensen waar te nemen en op de juiste wijze te hanteren. Dat leidt ertoe, dat de emotionele ontwikkeling beperkt wordt en daarmee de sociale integratie. Deze kinderen kunnen maar slecht met hun emoties omgaan, waardoor zij allerlei trucs verzinnen om met mensen om te gaan. Dikwijls zijn ze niet populair en geliefd.
  • Zij zijn te langzaam, bangig, opschepperig (ter compensatie of overcompensatie). Of zij trekken zich terug en vermijden situaties met leeftijdgenootjes, zeker wanneer zij een mislukking vrezen, m.a.w. er is sprake van FAALANGST. Zo worden zij teruggetrokken en zonderling.

 

De behandeling

Manueel therapie

De eerste behandeling zal vooral bestaan uit het beantwoorden van vragen waarna de gehele wervelkolom en in het bijzonder de nek en bekkenomgeving zal worden onderzocht. Hierna zal een behandelplan worden opgesteld.

Bij volgende behandelingen zal de wervelkolom met aangepaste druk en manipulatie worden behandeld door de manueel therapeut. Vaak krijgen therapeuten al na 1 behandeling te horen van ouders dat hun kind in het voordeel veranderd is. Ze durven meer, kunnen meer. Maar de therapie bestaat vaak wel uit een reeks van behandelingen waarbij steeds goed naar de reactie van ouders en omgeving van het kind wordt geluisterd. Meestal hebben de behandelingen een tussenpose van ca 3 maanden om het lichaam de kans te geven te herstellen en het kind te laten wennen aan de veranderingen in de wervelkolom maar ook in het hele gestel.

Kinderfysiotherapie

Bij de kinderfysio wordt vooral aandacht geschonken aan de motoriek van het kind. Spelenderwijs wordt geleerd hoe ze hun lichaam goed moeten gebruiken zodat terugslag verminderd wordt. Ook wordt er geoefend met fijne motoriek. Tekeningen maken, “bordurden”, veters strikken, doolhoven volgen, knippen. Allemaal kleine dingetjes die de fijne motoriek van het kind beter maken. Maar ook de concentratie komt aan de orde. Allerlei op concentratie gerichte spelletjes worden gedaan op een manier dat de kinderen heel fanatiek aan de slag gaan.

 

Na de therapie

Ook na de therapie is het belangrijk regelmatig (2 keer per jaar) het kind te laten controleren om terugval te voorkomen. Ook is het erg belangrijk om uw kind in de gaten te houden dat het geen symptomen terugkrijgt wat erop kan duiden dat de gewrichten weer een (lichte) verschuiving hebben doorgemaakt. Ga in dat geval zo snel mogelijk terug naar de behandelend therapeut voor controle.