Dit artikel over de hypofyse bevat de volgende punten:
- De hypofyse
- Hormonen van de neurohypofyse en adenohypofyse
- Indeling hormoonproducerende cellen van de adenohypofyse
- Hypothalamus en hypofyse
- Hormonen als geneesmiddel
De Hypofyse
De Hypofyse zorgt voor de afscheiding van veel hormonen, waaronder het groeihormoon. Maar dit onderdeel van de hersenen werkt niet uit zichzelf, het wordt namelijk aangestuurd door de hypothalamus ( onderdeel van de hersenen). De hypofyse wordt ook wel gezien als de schakel tussen het centrale zenuwstelsel en het hormoonstelsel.
Deze hormoonklier ligt bij de hersenen op de bodem van de schedel en is opgebouwd uit drie kliertjes:
De neurohypofyse( achterkwab van de hypofyse, pars nervosa) en de adenohypofyse ( pars distalis, voorkwab van de hypofyse en middenkwab pars intermedia) ,ze zijn verantwoordelijk voor verschillende hormonen. De neurohypofyse produceert zelf niets, maar slaat hormonen uit de hersenen op en stelt ze vrij bij bepaalde prikkels.
Hormonen van de neurohypofyse en adenohypofyse
De hormonen die door de neurohypofyse opgeslagen en vrijgesteld worden zijn:
- Vasopressine ( ook wel ADH genoemd), speelt een belangrijke rol bij de resorptie van water in de distale tubulus en de verzamelbuis in de nieren ook heeft dit hormoon een vaatvernauwende werking.
- Oxytocine ( knuffelhormoon), wordt bij iedereen aangemaakt bij positief onderling contact.
De adenohypofyse produceert:
- Somatotropine of groeihormoon, stimuleert productie en afgifte van groeifactoren.
- Prolactine, reguleert de melkproductie.
- Thyreotropine, bevordert de afgifte van TSH( thyrotropine), onderhoudt de normale werking van de schildklier).
- Follikel Stimulerend Hormoon (FSH), wordt samen met LH afgegeven en onder invloed van deze hormonen wordt de hormoonproductie van andere geslachtshormonen geregeld. Stimuleert bij vrouw groei en rijping follikels in eierstokken. Bij de man bevordert het de vorming van zaadcellen in teelballen.
- Luteïniserend Hormoon (LH), is een geslachtshormoon en stimuleert bij de vrouw de eirijping en eisprong. Bij de man stimuleert het de cellen in de teelballen tot vorming testosteron.
- Adrenocorticotroop hormoon (ACTH) werkt in op de bijnierschors en stimuleert de aanmaak van corticosteroïden zoals cortisol en ook androgenen (sekssteroïden). Tevens heeft ACTH invloed op de biologische klok.
Indeling hormoonproducerende cellen van de adenohypofyse
De hormoonproducerende cellen van de adenohypofyse worden onderverdeeld in:
- Acidofiele cellen
- Basofiele cellen
- Chromofobe cellen.
Somatotropine en prolactine worden geproduceerd in de acidofiele cellen.
De basofiele cellen produceren gonadotrofe hormonen, zoals luteïniserend hormoon (LH) en follikel stimulerend hormoon (FSH) en daarnaast thyroïd stimulerend hormoon (TSH), terwijl de chromofobe cellen adrenocorticotroop hormoon (ACTH) en melanocyten stimulerend hormoon (MSH) maken.
Ongeveer 10% van het pars distalis van het paard bestaat uit ACTH-producerende cellen en dit deel van de hypofyse is daarnaast erg rijk aan prolactine-producerende cellen. In het pars distalis van het normale paard zijn ACTH en endorphines belangrijke eindproducten van de degradatie van het precursoreiwit proopiomelanocortine (POMC).
De negatieve terugkoppeling in de voorkwab van de hypofyse van de ACTH afgifte door cortisol treedt bij het paard binnen 30 minuten op. Opgemerkt dient te worden dat deze terugkoppeling niet van toepassing is op de middenkwab door het ontbreken van glucocorticoïd-receptoren aldaar. De afgifte van de, in vergelijking tot de voorkwab, veel geringere hoeveelheid ACTH door de middenkwab wordt bij het paard geremd door dopamine-agonisten of serotonine-antagonisten. De afgifte van ACTH door de voorkwab van de hypofyse wordt bij het paard gestimuleerd door zowel corticotrophin releasing hormoon (CRH) als arginine vasopressine (AVP ook wel antidiuretisch hormoon (ADH) genoemd), terwijl cortisol remmend werkt op deze afgifte. Daarnaast is de onderlinge interactie van deze hormonen van belang. Cortisol blijkt met name van invloed op de amplitude van de ACTH pulsatiliteit en minder op de frequentie ervan. Tevens blijkt de negatieve terugkoppeling van cortisol op de ACTH afgifte sterker te zijn bij inductie van deze afgifte door CRH dan in geval van AVP.
Hypothalamus en hypofyse
De hypothalamus ‘meet’ de hoeveelheden van verschillende hormonen in de bloedbaan en reageert hierop door zelf hormonale of neurale berichten af te geven aan de endocriene klieren (vooral de hypofyse). Deze berichten geven dan aan of de productie van het hormoon gestimuleerd of geremd moet worden.
Via een meting van het bloedsuikergehalte en de hoeveelheden hormonen in het bloed dat door de hypofyse stroomt, wordt de constante samenstelling van het bloedsuikergehalte in de gaten gehouden.
Hormonen als geneesmiddel
Sommige middelen die worden gebruikt bij stoornissen van de hypofyse, zijn kunstmatige hormonen die de natuurlijke hormonen vervangen. Andere, de ‘antihormonen’ of antagonisten, verminderen de productie. Groeihormoon en antagonisten hiervan worden toegepast om een te hoge of te lage productie van groeihormoon op gelijk niveau krijgen. Antagonisten van prolactine verminderen het prolactinegehalte. Diabetes insipidus, een stoornis van de hypofyse waarbij te weinig ADH wordt geproduceerd, wordt behandeld met een geneesmiddel dat het natuurlijke vasopressine vervangt.
Veelgebruikte middelen:
Groeihormoon
- somatropine
Antagonisten van groeihormooon
- bromocriptine
- octreotide
Antagonisten van prolactine
- bromocriptine
- cabergoline