blog placeholder

Een tenniselleboog is een vervelende klacht. In dit artikel kunt u lezen wat het is, hoe het veroorzaakt wordt en wat de behandeling is.

Wat is een tenniselleboog?

De medische term voor tenniselleboog is epicondylitis lateralis (letterlijk: ontsteking van de buitenzijde van de elleboog). Het is een ontsteking van de pezen van de buitenzijde van de elleboog. Deze ontsteking is een zogenaamde steriele ontsteking, er zijn hierbij dus geen bacteriën betrokken.

Er bestaan 5 types tennisellebogen:

  • tenniselleboog type I: irritatie van de aanhechting van de spier die m.carpi radialis longus heet
  • tenniselleboog type II: irritatie van het botvlies bij de aanhechting van de spier die m. carpi radialis brevis heet
  • tenniselleboog type III: irritatie van de pees van de m. carpi radialis brevis
  • tenniselleboog type IV: irritatie van de spier zelf (m. carpis radialis brevis)
  • tenniselleboog type V: irritatie van het botvlies bij de aanhechting van de spier die m. extensorum digitorum heet.

In praktijk kan iemand meerdere types min of meer tegelijk hebben en worden alle types (in ieder geval in eerste instantie) op dezelfde manier behandeld. Er zijn daarom maar weinig artsen die het onderscheid tussen deze verschillende types bepalen.

Hoe ontstaat een tenniselleboog?

Een tenniselleboog is vaak een klacht die door overbelasting van een bepaalde spier of pees ontstaat. Hierdoor raakt de spier of pees geïrriteerd en uiteindelijk zelfs ontstoken. Een steriele ontsteking dus. Vaak komt deze overbelasting door het veelvuldig uitvoeren van een bepaalde handeling (zoals de bakhand van tennissers). Overigens speelt 90% van de mensen met een tenniselleboog helemaal geen tennis.

Welke symptomen geeft een tenniselleboog?

De klachten van een tenniselleboog zijn behoorlijk typisch (en voor alle types hetzelfde):

  • pijn aan de buitenzijde (laterale zijde) van de elleboog, soms straalt deze pijn uit riching de pols en de hand
  • drukpijn aan de buitenzijde van de elleboog (op de plaats waar de spier pees of botvlies geïrriteerd is)
  • pijn bij het strekken van de pols tegen weerstand (en daarbij dus ook pijn bij het tillen van zware en mindere zware voorwerpen)
  • krachtsverlies
  • soms zwelling en roodheid of een hard aanvoelende bobbel op de plaats van de ontsteking (maar dit is zeer zeldzaam)

Hoe wordt een tenniselleboog behandeld?

Aangezien overbelasting vaak de oorzaak is van een tenniselleboog, is rust de beste behandeling. Maar er zijn ook andere behandelingen:

NSAID’s:

NSAID’s (non-steroidal anti-inflamatory drugs) zijn ontstekingsremmende tabletten. Ze kunnen de irritatie verminderen. Daarbij helpen ze ook nog eens pijnstillend. Voorbeelden van NSAID’s zijn: ibuprofen, naproxen en diclofenac. Nadeel van deze behandeling is dat je een tijdje geen pijn voelt, waardoor het gemakkelijker wordt om nog erger te overbelasten.

Injectie met corticosteroïden:

Eventueel kan er een injectie met corticosteroïden op de plaats van de ontsteking worden gezet. Niet alle huisartsen kunnen dit en er is ook niet altijd een indicatie voor. Voordeel is dat de behandeling vaak snel werkt, nadeel dat de klachten vaak weer terugkomen na de behandeling.

Fysiotherapie:

Met behulp van fysiotherapie kun je proberen te leren om de arm zo te belasten dat je dezelfde plek niet nog eens overbelast. Deze behandeling helpt niet zo zeer tegen de tenniselleboog, maar mogelijk tegen het voorkomen van een recidief.

Schokgolfbehandeling:

Een behandeling waar op dit moment veel onderzoek naar gedaan wordt. Voorlopig zijn de verschillende onderzoekers het nog niet met elkaar eens: een paar onderzoeken tonen aan dat de behandeling heel goed werkt, een paar dat de behandeling juist helemaal niet werkt. Voorlopig is het nog niet overtuigend aangetoond dat schokgolfbehandling beter werkt dan een placebo.

Overige behandelingen:

Er bestaat een heel scala aan mogelijke behandelingen, van accupunctuur tot kruidenmiddeltjes, tot operaties. Voorlopig lijkt het erop dat rust de beste methode is om een tenniselleboog te behandelen.

Bronvermelding

  • onderzoek van het bewegingsapparaat: fysische diagnostiek in de praktijk, de Wolf en Mens
  • rettningslinje lateral epikondilitt legehåndboken