Dit artikel geeft een kleine samenvatting van het boekhoudschandaal bij Ahold. Waar het begon, wat bijgedragen heeft aan het boekhoudschandaal en wat we kunnen leren.
Inleiding
Dat er boekhoudschandalen zijn, weten we al lang. Er zijn grote boekhoudschandelen en kleine. Soms met faillissement als afloop. Als we kijken naar het schandaal Enron, dan zien we dat het schandaal enorme gevolgen heeft. Miljoenen belegde pensioenen zijn verdwenen, duizenden banen zijn verloren gegaan en het heeft enorme gevolgen gehad voor de kapitaalmarkten.
Ahold
Eind jaren 80 wordt het management uit handen van familie genomen en wordt er een agressieve groeistrategie ingesteld. Ze kopen velen bedrijven op. Waaronder het Amerikaanse US Foodservices. Dit bedrijf speelde onder andere een rol in het boekhoudschandaal, want er was meer aan de hand. Ook in Zuid-Amerika heeft Ahold bedrijven gekocht. En ook had Ahold een 50% belang de joint-venture ICA Ahold. Dit zijn de drie bedrijven die onderwerp zijn in het boekhoudschandaal.
Bij de acquisitie van een bedrijf in Zuid-Amerika waren overeenkomsten afgesloten die Ahold de verplichting gaven om de overige aandeelhouder uit te kopen. Dit contract is altijd verborgen gebleven voorn de accountants. Deze verplichting die later ten uitvoer kwam, zorgde voor een groot verlies omdat die overige aandelen niet het bedrag waard waren waarvoor het gekocht moest worden.
Door hoge druk van van moeder bedrijf Ahold, moest US Foodservices wel creatief zijn om goede resultaten te behalen. De managers bij US Foodservices rapporteerden toekomstige inkoopkortingen als opbrengsten. Later bleken deze kortingen lager uit te vallen en dus moest de winst naar beneden aangepast worden.
Bij ICA, het meest genoemde onderdeel van het schandaal, had Ahold een belang van 50%. Om omzet in de jaarrekening te mogen consolideren, moet je zeggenschap hebben in de firma. Het management van ICA had een sideletter naar Ahold gestuurd waarin stond dat ze volledig zeggenschap hadden, maar naar de eigen accountant een brief waarin dat ontkend werd. Die twee tegenstrijdige brieven zijn frauduleus. Ahold mocht de omzet niet consolideren omdat ze niet de volledige zeggenschap hadden. Of Deloitte als groepsaccountant dit op had moeten vallen is de vraag. Of Ahold die brief met opzet heeft laten maken is ook niet bekend. Wel zijn van der Hoeven en Meurs veroordeeld voor de fraude.
Wat kunnen we leren?
De actieve groeistrategie van Ahold heeft er deels toe geleid dat managers buiten hun boekje moesten gaan denken om het gewenste resultaat neer te zetten. Of dit nou was om als nog aan hun bonus te komen, of niet in een slecht licht bij Ahold te willen vallen doet er niet toe. Wel kan met zekerheid gezegd worden dat de doelen bij Ahold te ambitieus waren en bijna onrealistisch.
Ook de rol van accountant Deloitte is interessant. Deloitte claimt dat ze als groepsaccountant misschien wel met te veel diversiteit van verschillende dochterbedrijven en verschillende audits hadden waar ze op moesten vertrouwen. Te veel om voldoende zekerheid te kunnen bieden. Kan Deloitte dit vergeven worden, of hadden ze dit misschien zelf eerder naar buiten moeten brengen? Hadden ze andere side letter niet moeten opmerken i.p.v. dat deze voor hen verborgen werd? Een ding is zeker, zelfs na grondig onderzoek blijven we met een hoop vragen zitten.
Tip: wil je meer te weten komen over de Ahold fraude? Lees dan “Het drama Ahold” van auteur Jeroen Smit.