blog placeholder

Altijd werd beweerd dat melk een gezond product is. Onze voorouders twijfelden niet aan de positieve eigenschappen van melk. Wat op zich ook niet zo raar is, aangezien vroeger half Nederland boer was. Melk is  goed voor de botontwikkeling van jonge kinderen en ook voor volwassenen is het gezond omdat melk verschillende mineralen en vitaminen bevat. Toch lijkt de mate van gezondheid van melk in twijfel getrokken te worden. Mensen worden lactose-intolerant of zijn gewoon allergisch voor melk. Hoe zit dat nu? Moeten we nog wel dagelijks een glas melk nuttigen bij het ontbijt of moeten we huiverig worden?  

Samenstelling

Melk is best een bijzonder product, omdat het door onze koeien gemaakt wordt. Van gras als kwalitatief laag product is de koe in staat om het kwalitatief hoogwaardige product melk te maken. Om de melk te maken gebruikt de koe water. Voor elke liter melk moet de koe ongeveer 2 liter water nuttigen en dit wordt in de klierkwabjes van de uier door de melkvormende cellen tot melk omgezet. Deze melk bestaat ruwweg voor 87% uit water, 4% vet, 3.5% eiwit, 4.4% koolhydraten en 1.1% uit vitamines en mineralen. Je kan de samenstelling ook nog uitgebreider formuleren en dan ziet het eruit zoals in onderstaande figuur. Om te kunnen beoordelen of deze melkcomponenten nou gezond of ongezond zijn, is het belangrijk om ze individueel uit te diepen. Elke component valt namelijk weer onder te verdelen in subgroepen en alle componenten hebben weer een ander effect op het lichaam. 

Melkvetten

Zo’n 70% van de vetten in melk bestaat uit verzadigde vetzuren en het overige vet is onverzadigd. In de regel wordt gezegd dat verzadigde vetzuren bij het nuttigen van hoge concentraties een bijdrage kan leveren aan een verhoogd cholestorolgehalte. Je zou dus denken dat melk veel slechte vetzuren bevat, omdat het percentage verzadigde vetzuren zo hoog ligt. Zo simpel ligt het alleen niet helemaal. Er is namelijk slecht cholestorol en goed cholestorol. De slechte wordt LDL genoemd en de goede HDL. De verzadigde vetzuren in melk bestaan uit myristinezuur, palmitinezuur en stearinezuur. Uit onderzoek bleek dat de eerste twee vetzuren een gering effect hadden op de verhouding totaal cholestorl / HDL cholestorol en dat stearinezuur zelfs een positief effect heeft op deze ratio. Verder hebben de twee soorten onverzadigde vetzuren sowieso een positief effect op het cholestorolgehalte. Denk hierbij aan de meervoudig onverzadigde vetzuren CLA en Omega-3 vetzuren. Uit onderzoek bleek dat CLA’s een tumorremmend effect hebben en er zijn aanwijzingen dat de kans op trombose verlaagd wordt en het een positieve bijdrage levert aan het immuunsysteem. Mensen die veel CLA’s nuttigen hebben minder snel last van allergieen en astma. Ook vermindert CLA de aanzet van lichaamsvet en bevordert het de spierontwikkeling. Voor de mensen die denken dat obesitas opgelost kan worden door het drinken van melk, dit is niet zo! De CLA’s zorgen niet voor de afbraak van lichaamsvet. 

Theijssen-2-NL.gif

Lactose

Lactose is een suiker wat in de categorie koolhydraten valt, het wordt ook wel melksuiker genoemd. Het zit in bijna alle zuivelproducten, behalve in harde kazen. Mensen met lactose-intolerantie kunnen dus gewoon harde kaas eten. Maar wat is lactose-intolerantie nu precies? De naam zegt het eigenlijk al, mensen met lactose-intolerantie zijn niet of amper in staat om de lactose te verteren. Wanneer je bij beperkte inname van lactose klachten krijgt, dan wordt er gesproken van lactose-intolerantie. Lactose wordt normaal verteerd door het enzym lactase. Dit enzym wordt geproduceerd in de darmwand en bij deze groep mensen blijft deze productie achter, ook zit dit enzym in rauwe melk. Omdat de lactose toch verteerd moet worden nemen de darmbacterien dit over, maar zij zijn hier niet voor gemaakt. Daarom komen er veel gassen en darmprikkelende stoffen vrij, wat resulteert in klachten als buikpijn, misselijkheid, diarree, kramp, winderigheid en een opgezette buik. Baby’s hebben bijna nooit last van lactose-intolerantie. Dit komt omdat zij bij de geboorte al genoeg lactase in zich hebben. Na de eerste drie levensjaren neemt het aandeel lactase echter af en kunnen er klachten optreden. Hoeveel lactase aanwezig is, is afhankelijk van het gebied waar je woont. In West-Europa en Amerika hebben mensen meer lactase dan in het Middellandsezeegebied en Azie. Ook is erfelijkheid een factor en kan de lactaseproductie verminderd zijn door een darmaandoening of darmoperatie. Nu lijkt het dus net alsof de melk de grote boosdoener is voor de lactose-intolerantie, maar niets is minder waar! Het probleem van lactose-intolerantie is namelijk niets meer of minder dan het gevolg van de pasteurisatie van de melk, waarbij de melk in de zuivelfabriek verhit wordt tot boven de 70 graden Celsius. Dit wordt gedaan om de houdbaarheid van de melk te verhogen en bacterien te doden, maar heeft een groot negatief effect op de samenstelling. Er gaan niet alleen vitaminen verloren, maar ook het enzym lactase. Zowel het eiwit als het enzym stolt tijdens het pasteurisatieproces en daarom werkt de lactase niet meer. De lactose wordt niet meer verteerd in de darmen en de klachten treden op. Dit is de reden waarom in Oosterse landen gewoon rauwe melk wordt gedronken. Rauwe melk, dus de natuurlijke melk, heeft dus zeker geen negatief effect op de vertering! Als je last hebt van lactose-intolerantie dan kun je overwegen om rauwe melk bij een melkveehouder te kopen. Woon je middenin de stad? Er zijn inmiddels zijn er ook lactosevrije producten op de markt.  

Eiwitten

Eiwitten zijn erg belangrijk voor het lichaam. Ze bestaan uit lange ketens van aminozuren en bevatten calorieen. Deze aminozuren zijn essentieel voor het lichaam omdat ze nodig zijn als bouwsteen voor het eiwit in lichaamscellen. Ze regelen verschillende lichaamsprocessen en zetten stoffen om. Ook kunnen eiwitten optreden als boodschapper van signalen en treden ze op als afweerstoffen. Er zijn drie soorten aminozuren: essientiele aminozuren, semi-essentiele aminozuren en niet-essentiele aminozuren. De essentiele aminozuren moeten opgenomen worden via voedsel, de semi-aminozuren kan het lichaam maken maar moeten in geval van ziekte via het eten aangevuld worden en de niet-essentiele aminozuren maakt je lichaam zelf aan. Zij hoeven dus niet binnen te komen via voedsel. Bij melk wordt er onderscheid gemaakt in twee soorten eiwitten: de serum/wei-eiwitten en de caseine-eiwitten. De caseine-eiwitten zijn vooral belangrijk om kaas te kunnen maken. 80 procent van het melkeiwit is caseine, opgesplitst in Beta-caseine, Alpha S1-caseine, Alpha S2-caseine en Kappa-caseine. Deze caseine is vooral belangrijk om fosfor en calcium oplosbaar te maken voor het lichaam. De wei-eiwitten bestaan uit globulines, albumines en ferrines en spelen een rol in het afweersysteem van het lichaam. Zo is er lactoferrine en immonuglobuline die als antilichamen kunnen hechten schadelijke bacterien en sporen. Ook zorgt lactoferrine voor de opname van bijvoorbeeld ijzer, mangaan en koper in het darmkanaal. Verder bevat wei-eiwit nog tryptofaan. Tryptofaan is een essentieel aminozuur en zorgt voor de productie van de B-vitamine niacine, wat nodig is voor een goede hersenfunctie.    

Mineralen

De mineralen die in melk voorkomen zijn calcium, magnesium, fosfor, kalium, natrium, ijzer en zink. Melkproducten zijn de belangrijkste bron van calcium, wat goed is voor de botontwikkeling op lage leeftijd en voor een sterk gebit. Over de invloed van calcium op de botten wordt sterk gespeculeerd. Het blijkt namelijk dat veel melk drinken juist leidt tot botontkalking en ik zal uitleggen waarom. Maar let op: dit is alleen het geval bij het drinken van gepasteuriseerde melk!!! Bij het nuttigen van gepasteuriseerde melk stijgt het aantal aminozuren in ons bloed, waardoor de pH daalt en het bloed dus zuurder wordt. Omdat de pH van bloed tussen de 7.35 en 7.45 moet liggen en de waarde daalt bij het drinken van veel melk, gaat je lichaam het bloed reguleren door calcium uit de botten te onttrekken. De botten dienen dus als reservoir voor calcium en zal aangesproken worden op het moment dat het bloed te zuur wordt. Nu is het zo dat na de bloedregulering de calcium opnieuw wordt opgenomen door de botten, maar door constante wisseling tussen bot en bloed versnelt de botveroudering. Hierdoor kun je op latere leeftijd botontkalking krijgen. Botten hebben dus zeker calcium nodig, maar je moet zorgen dat niet een overschot aan calcium binnenkrijgt. Dit zou je aan de hand van een berekening moeten uitvinden. Hetzelfde is overigens ook het geval met fosfor en magnesium. Eigenlijk bevat melk teveel calcium t.o.v. de andere mineralen, waardoor calcium wordt onttrokken uit de botten. Dit is de reden dat in Nederland een hoog percentage mensen lijdt aan botontkalking, omdat we (te) veel melk drinken gedurende ons leven. Wel is de aanwezigheid van vitamine D een bepalende factor. Als je hier veel van binnenkrijgt dan lijkt de kans op botontkalking lager. Dit is dus het geval bij melk die gepasteuriseerd is, maar bij het drinken van rauwe, natuurlijke melk is dit hele probleem in het niets opgelost! Hoe dit kan? Het enzym fosfatase is verantwoordelijk voor de calciumopname. Dit enzym kan niet tegen hoge temperaturen en wordt gedood bij het pasteuriseren. Gevolg hiervan is dat de calcium niet meer opgenomen wordt. Het drinken van rauwe melk is dus een uitstekende manier om calcium binnen te krijgen en zal juist het omgekeerde effect hebben op de ontkalking van botten!

Er wordt ook vaak gezegd dat melk de grootste boosdiener is bij het ontstaan van nierstenen. De meeste nierstenen (zo’n 80%) zijn echter oxolaatstenen. Calcium neutraliseert oxolaatzuur in de darmen en wordt er minder van dit zuur door het lichaam opgenomen. Hierdoor komt er minder oxolaatzuur in de urine terecht en wordt de kans op nierstenen verkleind. Toch is er in nierstenen vaak calcium te vinden. Dit komt echter niet door het nuttigen van teveel calcium, maar doordat nierstenen ontstaan door te zout eten. Natrium (zout) en calcium worden door hetzelfde mechanisme geregeld. Als je teveel zout eet, dan gaan de nieren dit uitscheiden en gaat de calcium mee. Hierdoor worden nierstenen gevormd. Het is dus niet het nuttigen van calcium wat het probleem is, maar het nuttigen van teveel zout. Dan is er het mineraal zink. Dit mineraal is nodig voor de opbouw van spieren, botten, huid en haar. Als je te weinig zink binnenkrijgt, dan kan dit bij kinderen leiden tot een groeiachterstand. Ook speelt zink een rol bij het afweersysteem, bij de hersenfunctionering, de aanmaak van erfelijk materiaal, de eiwitstoffeling en ons smaakvermogen. In Nederland is een tekort aan zink echter zeldzaam. Dan is er kalium. Kalium speelt een rol bij de vochthuishouding en zorgt voor het samentrekken van spieren en het geleiden van zenuwprikkels. Ook kalium zit voldoende in ons voedsel. Als laatste is er ijzer. IJzer is een bestanddeel van de rode bloedlichaampjes die zorgen voor het vervoer van zuurstof vanuit de longen naar lichaamsweefsel. Als je te weinig ijzer binnenkrijgt dan leidt dit tot bloedarmoede. Hierbij wordt je gauw duizelig en voel je je moe. Helaas komt dit vaak voor onder Nederlanders. IJzer zit ook veel in o.a. aardappels, vlees, noten en spinazie. IJzer binnenkrijgen vanuit melk is belangrijk, omdat ijzer uit dierlijke producten veel beter opgenomen wordt door het lichaam dan uit plantaardige producten. Hierbij speelt vitamine C een rol. 

Zouten

Nederlanders nuttigen bijna het dubbele aandeel zout als wordt aangeraden. Een overschot van zout leidt namelijk tot een hoge bloeddruk met alle gevolgen van dien. Ook in melk zit zout. In melk zit echter ook kalium, wat de zoutgevoeligheid vermindert. Zuivelproducten staan op plaats 1 bij de inname van kalium. Maar, als je 1.5 tot 2 gram extra kalium binnen krijgt per dag, dan daalt de bloedddruk met 1.6 tot 2.4 mmHg. Een glas melk bevat 250 milligram kalium en 200 milligram zout. De vuistregel is dat je drie keer zoveel kalium als zout binnen moet krijgen, wil de verhouding positief zijn. Dit is bij melk dus niet het geval. Ook melk draagt bij aan een te hoge zoutopname, maar dit is maar een zeer klein percentage (2%). Om het zout hoef je melk dus niet te laten staan. Beter kun je minder chips en dergelijke eten. 

Vitaminen

De belangrijkse vitaminen die in melk voorkomen zijn vitamine A, B1, B2 , B12, D en foliumzuur. Deze vitaminen zijn nodig om het lichaam goed te laten functioneren. In onderstaande tabel is te zien waar zij goed voor zijn en in welke mate ze bijdragen aan de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid. De vitaminen A en D zijn in vet oplosbaar. Als je het vet uit de melk zal halen dan verdwijnen deze vitamines dus ook. Vitamine B is wel in water oplosbaar. Je dagelijkse opname van vitamine A moet tien keer zo hoog zijn als die van vitamine D. A is namelijk nodig om D op te nemen. Bij melk is dit dus een zeer gunstige verhouding.  

Vitamin
Rol van de vitaminen voor het menselijk lichaam
1 glass melk
 Dagelijkse behoefte
A
Gezonde huid, ogen en haar, immuniteit
120 ug
750 ug
B1
Energie produktie en groei
0.05 mg
0.8 – 1.1 mg
B2
Bevordert de groei, nodig voor gezonde ogen, haar, huid en nagel
0.5 mg
1.2 – 1.7 mg
B6
Essentieel voor het eiwit-metabolisme, gezonde huid, haar en nagels
0.15 mg
1.2 – 1.6 mg
B12
Groei en onderhoud van het zenuwstelsel; nodig voor de lichaamscellen en het bloed
1 ug
2 ug
D
Werkt samen met calcium en fosfor voor sterke beenderen en tanden
2 ug
No RDI set
Foliumzuur
Helpt samen met vit.B12 voor het onderhoud van de lichaamscellen. Bovendien erg belangrijk in geval van zwangerschap
15 ug
200 ug

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Enzymen

In melk zitten verschillende enzymen. Bij de bederving van melk is er bijvoorbeeld lipase. Deze zorgt voor de vieze smaak waaraan je kunt herkennen of het bedorven is. Verder is het al eerder genoemde enzym fosfate wat in rauwe melk zit erg belangrijk voor de calciumopname. Dan is er peroxidase, wat in de melk voorkomt zodra het een paar seconden verhit wordt tot 80 graden. Dit is een controlemiddel wat laat zien of de melk goed verhit is. Dan is er katalase. Dit mag niet te hoog zijn, omdat dit betekent dat de melk uit een ongezond uier komt. Dan is er nog fosfatase, ook dit is een meetmiddel om te controleren of de pasteurisatietemperatuur is bereikt. “Goed” verhitte melk bevat namelijk geen fosfatase, wat dus tevens de reden is dat de melk verpest wordt. 

Koemelkallergie

Koemelkallergie is heel wat anders dan lactose-intolerantie, maar helaas worden deze twee begrippen vaak door elkaar gehaald. Bij koemelkallergie ben je overgevoelig voor melk. het lichaam geeft hierop zijn reactie door middel van jeuk, ademhalingsproblemen, maag- en darmproblemen of gedragsproblemen. De allergie komt vaker bij kinderen voor dan bij volwassenen, maar allebei de groepen kunnen het hebben. Het is ook mogelijk om er gewoon overheen te groeien. De allergie ontstaat doordat iemand allergisch is voor het koemelkeiwit beta-lactoglobuline. Het is dus puur een allergische reactie en heeft niet te maken met de bewerking van melk zoals bij de lactose-intolerantie. 

Conclusie

Wie het artikel goed gelezen heeft zal tot de conclusie komen dat de winkelmelk niet zo gezond is en de natuurlijke, rauwe melk wel. Bij het consumeren van rauwe melk is er een verlaagde kans op botontkalking en is er veel minder gauw sprake van lactose-intolerantie. Verder bevat melk gezonde vitaminen en mineralen. Alleen mensen met een koemelkallergie moeten melkproducten mijden. De rest van de bevolking kan gewoon melk drinken. Houd je van melk en wil je profiteren van de gezonde eigenschappen ervan, bel dan eens een melkveehouder op en vraag of je er wekelijks een kan melk mag halen. Veel melkveehouders zullen dit prima vinden. Let er hierbij wel op dat de houdbaarheid niet zo lang is als bij winkelmelk, maar je krijgt er een gezond en natuurlijk product voor terug. Yoghurt draagt nog wel steeds bij aan botontkalking, omdat je dit niet kan maken zonder het te verhitten. Maar je kan gewoon ’s ochtends een glas rauwe melk bij het ontbijt drinken, dit is erg gezond en zorgt voor een goede lichaamswerking! 

Kijk voor meer informatie over zuivel ook eens op zuivel.startpagina.nl