blog placeholder

De leeuw behoort tot de familie van de katachtige (Felidae). De leeuw is de op één na grootste katachtige ter wereld (alleen de tijger is groter). De mannetjesleeuw is te herkennen aan zijn lange hoofdhaar die manen worden genoemd. De mannetjesleeuw kan een schouderhoogte van 128 cm, een kop-romplengte van maximaal 250 cm en een staartlengte van 100 cm bereiken. De grootste mannetjesleeuwen wegen zo’n 280 kilo. De vrouwtjesleeuw (leeuwin) heeft geen lange manen. De leeuwin wordt iets minder groot dan de mannetjesleeuw.

De leeuw

De leeuwin bereikt een schouderhoogte van zo’n 100 cm, een kop-romplengte van maximaal 192 cm en een staartlengte van 90 cm. Bij het jagen behalen leeuwen een topsnelheid van 60 km per uur. De grootste leeuwinnen wegen zo’n 182 kilo. Kenmerkend voor de leeuw is zijn luide brul. De brul van het mannetje is luider dan die van de leeuwin en is tot op een afstand van 8 kilometer te horen. Met de brul houdt de leeuw contact met andere groepsgenoten: hij geeft zijn aanwezigheid en positie aan, en mogelijk ook zijn status binnen de groep. Leeuwen worden in het wild zo’n 14 jaar, in gevangenschap worden ze zo’n 20 jaar of soms nog ouder.

Leefgebied van de leeuw:
De meeste leeuwen, naar schatting 15.000, leven in de open savannen, grasvlakten, struikgebieden, halfwoestijnen en licht beboste streken van Afrika ten zuiden van de Sahara. De enige plek buiten Afrika waar, naar schatting 350, leeuwen in het wild voor komen is het Gir Forest National Park in India.

Leeuwen

Soorten leeuwen:
De familie van de leeuw is onder te verdelen in 4 ondersoorten. Dit zijn de leeuw(Panthera leo), de Perzische leeuw (Panthera leo persica), de uitgestorven Kaapse leeuw (Panthera leo melanochaita) en de bijna uitgestorven Berberleeuw (Panthera leo leo).

003 Kaapse leeuw

Groepsleven van de leeuw:
De leeuw is de enige katachtige die in groepen leeft met een vast territorium (=een tegen soortgenoten verdedigd leefgebied). Een groep leeuwen bestaat uit één tot maximaal acht volwassen mannetjesleeuwen, twee tot twintig volwassen leeuwinnen, de bij de volwassen leeuwen behorende jongen en een aantal onvolwassen nakomelingen. Meestentijds leven de leeuwen uit deze grote groepen in kleinere deelgroepen die zelfstandig op pad gaan. De deelgroepen komen elkaar regelmatig tegen en likken, wrijven en spinnen er dan op los. De leeuwinnen blijven hun hele leven bij één groep. De mannetjesleeuwen blijven meestal zo’n drie tot vier jaar bij één groep. Mannetjesleeuwen die eenmaal bij de groep weg zijn gegaan leiden meestal, alleen of met een aantal andere mannetjesleeuwen, een zwervend bestaan. De mannetjes worden door dit zwervende bestaan gemiddeld minder oud dan de leeuwinnen.

004 Berberleeuw

Leefwijze van de leeuw:
De leeuw is, net als alle predators (jagers), eigenlijk een heel lui dier. Meestal ligt de leeuw wel twintig uur per dag te slapen. De leeuw is maar zo’n vier uur per dag actief om te jagen en zich voort te planten. Het liefst leven ze in de buurt van hun prooi en indien mogelijk reizen ze dus met de grote trekkende kudden gnoes, zebra’s en gazellen mee. Leeuwen jagen meestal in groepen waardoor ze makkelijk grote prooidieren aan kunnen. Kleine prooidieren bijten ze dood en grotere prooidieren worden gewurgd. Van alle prooidieren die de groep leeuwen vangt  wordt 80 % door de leeuwinnen gevangen. Leeuwen vangen bij voorkeur dieren tussen de 50 en 300 kilo. Als er geen dieren van dit formaat voorhanden zijn jaagt hij op alle andere dieren vanaf 15 kilo tot dieren van wel 1000 kilo. Als de groep een dier gevangen heeft mogen eerst de volwassen mannetjes eten en daarna de leeuwinnen en de welpen. Door ziekte verzwakte of gewonde dieren eten indien nodig zelfs ratten, hagedissen, vissen of zelfs noten.

Leeuwen familie

Voortplanting:
In een groep leeuwen is er maar één dominante mannetjesleeuw, de leider van de groep, die paart met de leeuwinnen. De leider moet regelmatig zijn leiderschap verdedigen als hij wordt uitgedaagd door andere mannetjesleeuwen. Dit kunnen rondzwervende mannetjesleeuwen zijn maar ook mannelijke welpen uit zijn eigen groep die groot zijn geworden. Zowel de leider als zijn uitdagers zijn meestal tussen de 5 en de 10 jaar oud. Een leeuw is namelijk op de toppunt van zijn kracht als hij tussen de 5 en de 10 jaar oud is. Als er een nieuwe leider is doodt deze eerst alle welpen in de groep. Dit doet hij omdat de leeuwinnen niet vruchtbaar zijn zolang ze jongen hebben. Zodra de leeuwinnen weer vruchtbaar worden kan de nieuwe leider met ze paren zodat hij zich kan voortplanten. De draagtijd is ongeveer 100 dagen. Een leeuwin krijgt 2 to 6 jongen per keer. De welpen worden blind geboren en pas na 3 tot 11 dagen gaan hun ogen open. Ze drinken ongeveer 8 maanden bij hun moeder. De eerste maand zijn ze vrij hulpeloos en na een maand beginnen ze zich goed te bewegen. Na twee maanden gaan ze al af en toe mee op jacht. Na 18maanden kunnen ze zich zelfstandig redden en na 5 jaar zijn ze volgroeid.

Parende leeuwen

Foto’s:
Heel veel mooie foto’s van leeuwen en welpjes in dierentuin Artis kun je vinden op http://www.flickr.com/photos/62950692@N03/page9/