blog placeholder

Voor dat  we ons in detail toeleggen op het gedrag, de verzorging en de voeding van verschillende diersoorten moeten we eerst vertrouwd geraken met een aantal basisbegrippen. we moeten daartoe een stukje terug gaan in de geschiedenis.

Wat houd dierenverzorging nu precies in? Hoe komt het dat we zoveel diersoorten tot huisdier 'gemaakt' hebben? welke evolutie heeft de domesticatie van onze (huis)dieren gekend? we lichten dit allemaal toe in deel1.

1) De relatie tussen mens en dier
Miljoenen jaren stond het leven op aarde in het teken van de ontwikkeling van allerlei dieren en planten . na de eencellige, de zeedieren en de amfibieën ontwikkelden zich reptielen, vogels, en zoogdieren en ook duizenden soorten insecten. Er ontstond een geweldige variatie van soorten, elk aangepast aan zijn natuurlijke omgeving. alleen de wetten der natuur heersten. Het sterkste individu, het individu dat zich het best kon aanpassen aan wijzigende omstandigheden, of de sterkste soort overleefde. De aarde was nog ongerept. Het enige gevaar voor de dieren waren hun natuurlijke vijanden. De mens was er nog niet…

Onze huisdieren komen voornamelijk uit de categorie zoogdieren. Maar daarnaast vinden veel mensen ook plezier in het houden van allerlei vogels, vissen, reptielen,amfibieën en zelfs insecten en spinachtige.

De ontwikkeling van de mens heeft een enorme invloed gehad op het leven op aarde en op heel wat diersoorten in het bijzonder. Hij bepaalt min of meer welke leefruimte er is voor dieren. Door bewoning,bebouwing,industrie en verkeer over land ,water en lucht beperkt de mens niet alleen de ruimte die er voor de dieren overblijft , maar veroorzaakt hij ook vervuiling van het leefmilieu voor mens en dier. Voor sommige diersoorten was deze inmenging zo rampzalig dat ze er niet inslaagden zich (op tijd) aan te passen. Ze stierven dan ook uit,denken we aan de Dodo.

Voor andere diersoorten betekende deze inmenging dat de soortdiversiteit enorm toenam. De mens begon te fokken met de dieren waarvan de eigenschappen hem het best uitkwam. Op die manier ontstonden verschillende rassen. Kijk maar eens naar de enorme keuze uit honden- of kippenrassen

2) Dieren voor consumptie:
Jacht op dieren:
In het begin van de prehistorie (de nomadische samenleving) maakte de mens jacht op dieren. Zo zorgde hij voor het noodzakelijke voedsel. Maar de jacht diende ook om zich te beschermen tegen dieren die hen wilden aanvallen. Als de mens een dier gedood had , gebruikten ze er alles van. Ze aten het vlees en de ingewanden. De huid benutten ze voor kleding en tenten . Ze maakten werktuigen van de beenderen. Zelfs het bloed werd gebruikt om te drinken of als grondstof voor verf.

3) Dieren in gevangenschap:
Na verloop van tijd (de agrarische samenleving) begon de mens gewassen telen en dieren in gevangenschap te houden, omdat hij ze voortdurend nodig had. De mens koos daarvoor dieren uit die zich gemakkelijk lieten temmen. Paarden en kamelen werden gebruikt als lastdier. Geiten en schapen leverden vlees, melk en wol. Later werden ook runderen, kippen, ganzen enz… als huisdier gehouden. De mens zorgde voor de dieren. Ze vormden immers zijn broodwinning. Mens en dier waren nauw met elkaar verbonden. Soms leefden ze onder hetzelfde dak. Deze relatievorm is zeker nog niet verdwenen. In heel wat gebieden ter wereld ( regenwoud in Afrika, zuid Amerika, Azië) leven bevolkingsgroepen nog steeds volgens diezelfde principes.

Huisdieren:
Tot ver in de twintigste eeuw bleef het in de agrarische sector gebruikelijk om verschillende huisdieren te houden en waren er in Vlaanderen en Nederland duizenden kleine tot middelgrote boerderijen met zowel rundvee (melkvee en vleesvee) , varkens, pluimvee. Ook het paard kon als krachtig lastdier niet ontbreken. Op die manier werd het risico gespreid. Heerste er een jaar een ziekte onder de varkens, dan kon het inkomen gewaarborgd worden door de verkoop van eieren of melk en omgekeerd.

Intensieve veehouderij:
Met de explosieve groei van de wereldbevolking is echter het aantal landbouwhuisdieren zo enorm toegenomen, dat boeren zich gingen toeleggen op het houden van één diersoort, maar dan op grote schaal . Zo ontstond de intensieve veehouderij, waarbij voornamelijk koeien, varkens en kippen speciaal werden gefokt voor de consumptie. Daarnaast ging de mens ook zijn stempel drukken op de ontwikkeling van de dieren door ze te fokken op kenmerken die voor de mens gunstig zijn. De bio – industrie is daarmee een echt industrie geworden. Ook het manipuleren met genetisch materiaal van dieren ten behoeve van de mens is inmiddels mogelijk. We kunnen zelfs al dieren klonen. Het schaap dolly , genoemd naar dolly parton omdat het gekloond is uit uierweelfsel, is daar het levende bewijs van.

4) Dieren voor het plezier:

Deel van het gezin:
Dieren zijn belangrijk voor mensen. Veel mensen hebben één of meerdere huisdieren. Deze dieren zijn vaak een volwaardig lid van het gezin. Vooral honden en katten worden door ons in de watten gelegd. De handel speelt daar handig op in door voor deze dieren een breed gamma van speciale etenswaren en verzorgingsproducten aan te bieden.

Dieren trainen:
Er worden ook dieren voor meer sportieve doeleinden gehouden. Zo zijn er schoonheid – en behendigheidswedstrijden voor vb: Honden , Katten , Konijnen

We gebruiken dieren voor andere wedstrijden zoals:Paarden , Honden , Duiven

honden worden ook dikwijls getraind om speurwerk uit te voeren.

In de valkerij wordt met valken gejaagd op klein wild. Het jagen op wild in Vlaanderen en Nederland is bedoeld om de wildstand op peil te houden, maar heeft daarnaast ook een sportieve component. Honden en paarden worden ook gebruikt voor specifieke doeleinden die de mens dienen. Honden worden getraind als politiehond of als blindengeleidehond. En paarden worden ook ingezet bij de behandeling van geestelijk gehandicapte kinderen

Verbondenheid:
Dat mensen zich tot dieren aangetrokken voelen, blijkt wel uit de vele dierentuinen en kinderboerderijen die er zijn. Vooral kinderen genieten van dieren,om te aaien of naar te kijken. Vanuit hun intuïtie voelen ze zich verbonden met dieren. Kinderen hebben niet zelden een bijzondere relatie met een huisdier of ander dier uit hun omgeving.

Ook oudere mensen kunnen een heel hechte band met hun huisdier(en) hebben. Onze bevolking vergrijst en het gebeurt steeds vaker dat één van de partners uit een relatie jaren lang alleen achterblijft. Een huisdier kan het gemis enigszins aanvullen en kan de vraag om ‘nog nuttig te zijn’ en ‘ iemand om voor te zorgen’ invulling geven. Ook rusthuizen beginnen het belang hiervan in te zien en sommige trachten hierop in te spelen door hiervoor speciaal getrainde huisdieren uit te nodigen in het rusthuis.

Onze maatschappij kent ook meer en meer eenpersoonsgezinnen. ‘s avonds thuiskomen in een leeg huis kan enigszins verzacht worden door de enthousiaste ontvangst van een huisdier. Een dier aaien heeft een ontspanend effect en kan de dagelijkse moeilijkheden wat doen vergeten.

Dieren worden ook meer en meer in therapie gebruikt. ‘ moeilijke ‘ jongeren krijgen de kans om gedurende een aantal weken/maanden de handen uit de mouwen te steken op de boerderij. Ze leren er verantwoordelijkheid dragen en krijgen een strikt dagritme opgelegd. Zaken die later in hun gewone leven van pas zullen komen.

Enkele cijfers:
België telt ongeveer 1 miljoen honden en 2 miljoen katten
In Nederland zijn er ongeveer 2 miljoen honden en 3 miljoen katten
Één gezin op vijf bezit minstens één hond, één op vier minstens één kat
Kinderloze gezinnen hebben meer honden en katten
De Belgen besteden jaarlijks ongeveer 750 miljoen euro aan huisdieren
We kopen jaarlijks voor ongeveer 180 miljoen euro aan hondenvoeding en evenveel miljoen euro aan kattenvoeding

5) Dieren in moeilijkheden:
Mensen beperken en vervuilen de leefruimte van heel wat dieren op aarde. Door de bouw van steden en dorpen , de aanleg van wegen, , het vlieg – en treinverkeer en het verkeer over water krijgen dieren steeds minder ruimte om te leven. Dieren die een groot leefgebied nodig hebben, trekken zich terug. Uiteindelijk overleven ze niet door voedselgebrek en te weinig mogelijkheden om zich voort te planten. Andere dieren sterven door de vervuiling van hun leefgebied.

Stropers proberen nog steeds hun slag te slaan door te jagen op exotische dieren. Ze verrijken zich door te handelen in dierenhuiden, slagtanden van olifanten, allerlei tropische vogels, kleine zoogdieren enz… er zijn ook diersoorten die juist explosief groeien door de aanwezigheid van de mens. Door een overdaad aan gemakkelijk te vinden voedsel zorgen meeuwen,spreeuwen en duiven vaak voor overlast in stedelijke gebieden.

6) Zorg voor dieren:

Terwijl de mens aan de ene kant de belangrijkste bedreiging vormt voor heel wat diersoorten, zet hij zich aan de andere kant juist in voor het welzijn van dieren. Er zijn allerlei organisaties die opkomen voor de belangen van dieren, zoals de dierenbescherming en dierenactiegroepen zoals GAIA. We hebben dierenartsen en dierenklinieken. Er zijn dierenasiels en dierenpensions die zorgen voor opvang van dieren als het nodig is. Er zijn zelfs speciale dierencrematoria waar onze dierenvrienden hun laatste rustplaats vinden.

We proberen wilde dieren,zowel nationaal als internationaal, te behoeden voor uitsterven door het afbakenen van speciale wild – en natuurgebieden en natuurreservaten en door het invoeren van fokprogramma’s in dierentuinen. Sommige dieren krijgen de status van beschermde diersoort. Dat betekend dat er wereldwijd word afgesproken dat de mens er alles aan doet om de bedreigde diersoort te redden. Internationale overeenstemmingen en samenwerking zij daarbij van groot belang.

Dieren krijgen dus meer en meer  een speciale plaats in ons leven. Dieren worden ook voor meer diverse doeleinden gebruikt. Door de steeds grotere kennis over dierenverzorging kunnen we hen ook steeds beter verzorgen. Dit is ook belangrijk. Sommige mensen willen ’iets anders’ en gaan opzoek naar huisdieren die minder bekend zijn bij het grote publiek. Deze dieren komen meer en meer in de handel terecht. Dierenverzorgers moeten zich dan ook steeds bijscholen om ook deze diersoorten te verzorgen.

De meeste mensen houden het bij de gewone ’ huis – ,tuin – en keukendieren ’. waarom zijn deze zo populair? Waarom treft men in heel Vlaanderen en nederland één of meerdere honden,katten,konijnen enz… aan?

7) Domesticatie:
Dieren moesten op bij ons te kunnen wonen- gedomesticeerd worden. Ongeveer tienduizendtal geleden begon een van de grootste veranderingen in de geschiedenis van de mens. Jagers-verzamelaars, een groep mensen die leefden van de jacht, visvangst en wilde planten, veranderden hun manier van voedselvoorziening. Jagers-verzamelaars hadden geen vaste woonplaats, ze trokken van gebied naar gebied opzoek naar voedsel. Op een gegeven moment werden ze boeren en gingen zich vestigen op een stuk land, ze kregen een vaste woonplaats. In de loop der tijd hebben ze wilde graansoorten gecultiveerd om gemakkelijker te verbouwen en wilde dieren tam gemaakt als hulp op de boerderij. De eerste boerderijen vestigde zich in het nabije oosten.

Domesticeren is het van wild naar tam maken van diersoorten. De dieren worden afhankelijk van de mens en wonen als het ware bij hem in.

Het begin:

De mens begon ongeveer tienduizend jaar geleden met het houden van dieren, waarom is nooit helemaal duidelijk geworden. Er wordt echter heel wat onderzoek naar gedaan. Bepaalde archeologen denken dat het te maken had met een explosieve groei van de bevolking. hierdoor bood de omgeving niet genoeg voedsel en ontstond er een ernstig voedseltekort. Domesticatie begon in het nabije oosten en trok door de eeuwen heen naar respectievelijk zuid – en west-europa

Dieren:

De belangrijkste dieren, die geëvolueerd zijn tot huisdier zijn:

Hond , Kat , Konijn , Knaagdieren (witte muis,witte rat,goudhamster,en cavia) , Paard , Koe , Geit , Kameel , Dromedaris , Lama , Alpaca , Jak , Waterbuffel , Een aantal vogelsoorten , Aquariumvissen , Honingbij en andere

Geschiktheid voor domesticatie

Om geschikt te zijn voor domesticatie moet een dier bepaalde biologische eigenschappen hebben, waarvan we er hier een aantal gaan opsommen

Gemakkelijk tam te maken: dieren die zich niet laten temmen, zijn niet te domesticeren. Als een dier agressief blijft en voortdurend van zich afbijt, zal de domesticatie mislukken. Dieren die van nature in een groep leven zijn gemakkelijker te temmen dan solitair levende dieren
De mens als baas erkennen: groepsdieren zijn hiërarchische verhoudingen gewend. Ze onderwerpen zich om die reden ook vrij gemakkelijk aan het gezag van de mens. Een sociaal dier als de hond zal de mens als baas erkennen, een solitair dier als de kat niet. Niet voor niets gaat de kat zoveel mogelijk haar eigen gang en loopt de hond de hele dag achter z’n baas aan

Geen stress krijgen van leven in gevangenschap:

veel diersoorten raken gestrest als ze opgesloten worden. Vooral in een dierentuin is dat goed te zien. Het eeuwige heen en weer geloop van panters in hun kooi duid op stress. Dit zogenaamde ijsberen is een overlevingsstrategie: de dieren schijnen er een geruststellende stof door te produceren in hun hersenen. Deze stof houd ze rustig en voorkomt dat ze totaal in paniek raken. Overigens is dit soort van stressverschijnselen ook bij gedomesticeerde dieren te zien als ze in een te kleine ruimte gehouden worden zonder dat ze er eens uit mogen. Veel staldeuren zijn kapot gemaakt door knagende paarden. Dit zogenaamde ‘kribbebijten’ is te vergelijken met het heen en weer lopen van de panter : het paard word er rustig van. Ook bij mensen met ,een bepaalde vorm van,autisme zien we soms deze repetitieve bewegingen want ook zij zitten gevangen maar dan in zichzelf .

Een gemakkelijk dieet hebben:

de mens moet het dier dat onder zijn toezicht staat van voedsel voorzien. Dat lukt alleen als het dier geen al te hoge eisen stelt aan zijn menu. Geiten bijvoorbeeld zijn snel tevreden. Als er geen hooi is , lusten ze ook bladeren en takken. Rendieren zijn extreem kieskeurig : ze lusten alleen bepaalde, moeilijk door de mens te verzamelen korstmossen.
Zich voortplanten in gevangenschap: dit is een essentiële voorwaarde voor domesticatie. Als het dier zich in gevangenschap niet kan voortplanten, zal de domesticatie mislukken. Domesticatie is er immers op gericht op het verbeteren van de eigenschappen van het dier over de generaties heen. En daar is voortplanting voor nodig. want om het ras te verbeteren of een nieuw ras te krijgen, bepaalt de mens welk mannetje met welk vrouwtje paart.

deel 2 komt zo snel mogelijk.