Wat is het karakter en rasbeschrijving van een Golden Retriever en hoe voed je deze lieve aanhankelijke gezinshond op? Dat is allemaal te vinden in dit artikel over de Golden retriever.
Rasgroep van de hond:
De Golden Retriever behoort tot de Rasgroepen:
– Staande Jachthonden
– Spaniels
– Retrievers
Het karakter:
De Golden retriever heeft een heel zachtaardig karakter en is ook nog is super intelligent.
Hij is erg actief en het mooie aan deze honden is dat ze actief zijn als de baas dat wil, maar wil de baas even lekker rust dan vind de hond dat ook totaal geen probleem. De hond heeft een grote will to please. Hij is gek op kinderen en heeft heel veel geduld voor ze. Ook de rest van de familieleden komen niets te kort want hij vraagt heel graag je aandacht voor een lekkere knuffel Tegenover andere huisdieren en tegen andere honden gedraagt hij zich heel goed en zal niet gauw ruzie zoeken, ze gaan dat soort dingen liever uit de weg en dat doen ze vooral door lekker speels uit de hoek te komen. Dan houd de hond ook nog heel erg van zwemmen, vaak als ze eenmaal met water in aanraking zijn geweest houd je ze ook echt niet tegen om ook weer in de volgende sloot te springen. Natuurlijk zijn er ook Golden Retriever die gek op jagen zijn maar dat doet hij alleen als je dat als baas met hem gaat ondernemen. Als waakhond is het niet echt een goede keuze, aangezien het heel erg van mensen houd. Wel is een Golden Retriever heel erg gesteld op de mensen uit het gezin en dreigen die gevaar te lopen, dan wil de hond daar wel iets aan doen en zal het gezin beschermen door bijv. te blaffen, maar aanvallen zal de hond absoluut niet snel doen.
Het rasstandaard:
De Golden Retriever moet een evenredig gebouwd postuur hebben. Het moet ook een krachtige en actieve hond zijn met mooie bewegingen en een vriendelijk karakter en uitdrukking hebben. Dan het hoofd: dat moet in balans zijn met brede, maar niet te grove schedel. Daarbij heeft hij een krachtige, brede en diepe voorsnuit en ook een zwarte neusspiegel. Het komt nog wel eens voor dat hij op ten duur een zachtroze neus krijgt, maar dit word op shows afgekeurd. De ogen zijn altijd donkerbruin en goed uit elkaar geplaatst met hele donkere oogranden. De oren moeten middelgroot zijn en aangezet ter hoogte van de oren. De Golden retriever heeft een schaargebit en als het goed bijgehouden word ook een heel wit gebit. De hals van deze hond is droog en gespierd met een mooie lengte. Dan het lichaam: die is evenredig gebouwd met een compacte en lange borstkas. De rug loopt in één vlakke lijn. De Ledematen van de hond hebben sterke botten. Zijn schouders liggen goed naar achteren en hij heeft lange opperarmen en rechte voorbenen. Sterke lendenen en een goede hoeking van de achterbenen is ook belangrijk voor dit ras. Hij heeft goed bespierde dijbenen en de achterbenen moeten evenwijdig aan elkaar staan. Zijn voeten zijn rond en sterk met een katachtige uitstraling. En dan de staart natuurlijk niet te vergeten, die stevig aangezet is en lijkt één met zijn rug te zijn omdat hij hem zo recht draagt. De vacht van de hond is glad, golvend en dicht met een waterafstotende ondervacht wat natuurlijk handig is omdat deze hond heel graag gaat zwemmen. De kleur van de vacht varieerd van goud tot roomkleurige tinten maar helemaal wit is niet toegestaan. Een paar witte haren op de borst zijn wel toegestaan.
Dan als laatste de schofthoogte: Een reu moet zo tussen de 56 en de 61 cm zitten, een teefje daarin tegen moet wat korter zijn namelijk tussen de 51 en de 56 cm.
Voeding:
Het belangrijkste voer voor een hond zijn brokken. Een pup geef je 3 keer per dag eten en als hij 5 maanden is geef je hem dezelfde hoeveelheid maar dan twee keer per dag. De hoeveelheid die ze mogen hebben staat vaak op de zak met voer. Fokkers geven veelal gespecialiseerd voer voor golden retrievers en dat is extra goed voor hun ontwikkeling. Geef je hond het liefst voer op vaste tijden. Als je hem een bak voer geeft die telkens bijvult dan gaat hij eten waarneer hij maar wilt en dus ook voordat je hem gaat uitlaten. Het is niet goed voor zijn maag om te eten voor een wandeling omdat zijn maag daarvan kan omdraaien en dan kan het wel eens slecht aflopen.
Verzorging van de vacht:
Je kan het beste je hond borstelen als je hem net hebt uitgelaten. De vacht is dan warrig en vaak in de klit dus het beste moment om het goed glad te kammen. Een volwassen Golden Retriever reu hoef je niet elke dag te kammen, eens per week volstaat ook tenzij hij erg veel krullen heeft. Bij een teefje is dat een ander verhaal: die moet meerdere keren per week geborsteld worden, vooral omdat ze vaak in de rui is door loopsheid of zwangerschap of door het zogen van pups. Een Golden hoef je niet vaak te wassen en mag ook niet te vaak omdat dat slecht is voor de ondervacht. Wil je je hond toch een keer wassen omdat het nou toch echt nodig na die duik in een modderpoel, gebruik dan een goede hondenshampoo. Na het wassen kan je je hond gewoon laten drogen op een handdoek, maar wil je het iets sneller laten gaan, doe dan zijn vacht af met een zeem. Het water word daarmee snel van zijn vacht afgehaald.
opvoeding:
De opvoeding is heel belangrijk om een gezellige huisgenoot ervan te maken. Het begint al vanaf dag één dat de pup in huis komt. Door veel met je pup te spelen en te knuffelen krijg je een hechte band. Het zindelijk maken kan heel eenvoudig zijn maar het kan ook heel lang duren. Telkens als je pup geslapen, gedronken, gegeten of gespeeld heeft moet hij eventjes naar buiten. Misschien hoeft de pup niets te doen maar hij leert er wel door om alles netjes buiten te doen en je bent altijd op tijd. Doet je pup toch per ongeluk iets binnen straf hem dan niet en doe zeker niet zijn neus erdoor, de hond snapt zo’n actie toch niet. Je kan veel beter je pup compleet negeren en net doen alsof hij er niet is. Is de pup nog bezig met zijn behoefte til hem dan op, ze stoppen dan automatisch en zo kun je ze buiten verder laten gaan. Verder is het bij de opvoeding belangrijk dat je consequent blijft, wat nu niet mag, mag morgen ook niet. Het kan ook heel belangrijk zijn om met je hond naar de hondentraining te gaan. Je bent dan lekker bezig met je hond en versterkt je band met de hond nog meer.
Pak deze hond nooit met een harde hand aan omdat dat hun lieve karakter kan schaden waardoor ze bang worden.