Nederland is een fietsland. Het kan hier ook makkelijk: afstanden zijn niet te groot, alles is vlak, parkeerplaatsen zijn altijd en overal bezet, dus fietsen is een uitkomst. Auto’s en racen vinden we minder typisch Nederlands. We doen het wel, maar we blinken niet echt uit in Monaco of Spa Francorchamps. Toch hebben we ook in Holland een paar fraaie circuits liggen waar we best een beetje trots op mogen zijn.
Misschien is circuitpark Zandvoort wel het bekendste parcours van het land. Wat minder mensen weten is dat het Zandvoortse circuit er wellicht niet was geweest zonder de Duitse bezetting in de jaren veertig. De Zandvoortse bevolking was sowieso al vrij enthousiast over het harde rijden, want al in 1939 werden de eerste straatraces gehouden in de buurt van waar nu het circuitpark ligt. Toen de bezetter het roer overnam, sloot de burgemeester een dealtje: in ruil voor een brede weg dwars door Zandvoort, die tijdens de bezetting als paradeplaats gebruikt zou kunnen worden, hoefde de Zandvoortse bevolking geen dwangarbeid te verrichten. De Duitsers (die ook de A12 hebben aangelegd) zagen wel wat in het plan en stemden in. Deze wegen zijn na de oorlog samengevoegd en omgebouwd tot een racecircuit.
Minstens zo bekend is het Circuit van Drenthe. Dat heeft echter bekendheid verworven onder een andere naam: de TT van Assen. Het originele parcours was een kleine 30 kilometer lang en bood op 11 juli 1925 het toneel aan de eerste race. Georganiseerd door de Motorclub Assen en Omstreken, baanden de motorrijders zich een weg over verharde en onverharde wegen die dwars door meerdere Drentse dorpen voerde. In 1949 werd de MotoGP zoals we hem nu kennen voor het eerst in Assen georganiseerd, en voerde toen dus nog over de openbare weg. Het huidige traject werd in 1955 in gebruik genomen, maar was oorspronkelijk een stuk groter. In 1999 heeft het circuit een flinke facelift gehad. Er is onder andere een nieuwe, grote hoofdtribune, met een voetgangerstunnel naar het middenterrein gebouwd en een complex met twee verdiepingen waarin ook hospitality units zijn.
Een stuk minder bekend, en ook een stuk minder oud is het Midland Circuit bij Lelystad. Of het aan het enorme overschot aan ruimte in de polder ligt, of aan de hardnekkige liefde voor het hard rijden met auto’s is onbekend, maar er liggen naast het Midland Circuit maar liefst nog twee parcours: zowel de ANWB als de politie hebben hun eigen testcentrum direct naast dat van Midland gebouwd. Daar testen ze bijvoorbeeld hoeveel steenslag je kan hebben, voordat je autoruit vervangen moet worden. In Lelystad worden vooral veel ovalraces, slalomwedstrijden en supermotoraces gehouden. Ook kun je karts huren en zelf de baan op gaan.
Naast deze parcours kent ons kikkerlandje ook nog circuits met namen als ‘de Polderputten van Ter Apel’, het Eurocircuit van Valkenswaard en de Raceway van Venray. Echte formule 1-races zal je er niet zien, maar ook hier is genoeg vertier voor de echte autosportliefhebber. En er is er altijd eentje in de buurt, dus je kan er sowieso op de fiets naartoe.